"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De Kopstoot

In dit meesterwerk, waarvan wereldwijd miljoenen exemplaren zijn verkocht, leven we mee met de tragische heldin Gervaise Macquart. Zij komt met haar minnaar Lantier en twee kinderen vanuit de Provence naar Parijs om haar geluk te vinden. Dat gaat al snel fout als Lantier haar verlaat, maar de goedaardige zinkwerker Coupeau ontfermt zich over haar, en zij trouwen. Met hard werken weet ze haar eigen wasserette te beginnen. Aan de voorspoed komt een eind wanneer Coupeau van het dak valt, zijn werk laat versloffen en aan de drank raakt. Dan komt Lantier zijn plek weer opeisen. De totale aftakeling volgt vanzelf. Zola situeerde de roman (oorspr. titel: L’ASSOMMOIR) in de Parijse volkswijk Goutte d’Or en bestudeerde de taal van de straat en de arbeidersklasse. De roman bracht hem roem en rijkdom, maar de toenmalige conservatieve critici keurden zijn realistische schets van armoede in de arbeidersklasse af, noemde hem de ‘romancier van het gepeupel’ en ‘De Homerus van de beerput’, en vonden het ‘geen realisme maar smerigheid; geen rauwheid maar pornografie’. ‘Een van de heerlijkste romans van Zola, vol drankzucht, Parijse straattaferelen en sociaal onrecht.’ NRC HANDELSBLAD

Informatie

Recensies