"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Tussen politiek en publiek

Woensdag, 18 december, 2019

Geschreven door: Eveline Koolhaas-Grosfeld, Marij Leenders
Artikel door: Henk Slechte

Politieke prenten uit een opstandige tijd, 1880-1919

[Recensie] Politiek was tot ca. 1880 voorbehouden aan de liberale elite, daarna betraden ook nieuwe groepen het toneel. Elite en nieuwkomers
kenden elkaar niet en moesten dus aan elkaar wennen. De rode draad van dit boek is dat politieke prenten een belangrijke rol vervulden in het met elkaar in contact komen van enerzijds de elite die in de Tweede Kamer de wetgeving verzorgde en anderzijds de groepen die geen of nauwelijks kiesrecht hadden, maar zich nu in de politieke strijd mengden omdat zij algemeen kiesrecht wilden (socialisten, vrouwen) of gelijke rechten voor bijzonder en openbaar onderwijs (confessionelen). Met het algemeen kiesrecht in 1919 waren de nieuwe groepen en de liberalen voor het kiesrecht gelijk. Het aan elkaar wennen was achter de rug, mede dankzij de
politieke prenten.

Hoe zij die rol vervulden hebben Koolhaas en Leenders voor het eerst onderzocht. Met het toetreden van nieuwe groepen veranderden de spelregels in de politiek én de relatie tussen politiek en publiek, wat in prenten tot uiting kwam. Omdat politici zich gingen beschouwen als volksvertegenwoordigers was het belangrijk dat het volk hen kende. Een spotprent toont een katholiek Kamerlid dat het onplezierig vindt een poos niet in het – satirische – Uilenspiegel te hebben gestaan, want “dan lijkt het of je niets beteekent…” De auteurs behandelen de spotprenten in bladen met een politieke kleur zoals de vooruitstrevend-liberale Uilenspiegel en de socialistische Notenkraker, maar de ondertitel is terecht ‘politieke prent’:
niet alle beeldmateriaal dat politiek en publiek bij elkaar bracht was spottend of karikaturaal. Informatieve boekjes zoals J.H. Speenhoffs De Tweede Kamer in woord en beeld en neutrale politieke prenten vulden dit genre aan. Zo portretteerde Pieter Josselin de Jong in 1887 Kamerleden tijdens het debat over de grondwetsherziening, voor het culturele gezinsblad Eigen Huis. De geestige schetsen stellen zonder felle spot de Kamerleden aan een heel breed publiek voor. Dit boek beschrijft en analyseert ze voor het eerst in dit kader.

Politici beseften destijds het belang van spotprenten heel goed. Abraham Kuyper mengde zich zelfs onder het publiek om het commentaar te horen op wat er nu weer verschenen was. De confessionelen hadden geen tekenaar van het kaliber Albert Hahn, die in De Notenkraker onder meer fel opkwam voor het algemeen kiesrecht. De auteurs vertellen dat Abraham Kuyper en de zijnen tekenaar Hahn daarom meer haatten dan SDAP-politici. Het boek eindigt met een citaat uit het Algemeen Handelsblad (1893): “Wat in beeld gebracht wordt, hindert op geheel andere wijze dan wat beschreven wordt door woorden.” De journalist ging eraan voorbij dat juist dit het beeld aantrekkelijk maakte voor publiek en tekenaars, volgens
de auteurs. Zij behandelen veel meer dan hier kan worden samengevat;
hun belangrijke boek biedt een verrassende blik op de rol van de politieke prent toen politiek en publiek met elkaar te maken kregen. De auteurs vullen elkaar aan, de een is kunsthistoricus, de ander politiek historicus, wat bijdraagt aan de hoge kwaliteit. Het is mooi uitgegeven met 80 illustraties, informatieve noten en een personenindex. Het verdient een ereplaats in de boekwinkel.

Kookboeken Nieuws

Eerder verschenen in Geschiedenis Magazine