"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Adam, waar ben je?

Woensdag, 12 december, 2018

Geschreven door: Willem J. Ouweneel
Artikel door: Wolter Huttinga

Worstelen met de evolutietheorie

De schrijver

[Recensie] Willem Ouweneel, wie kent hem niet? Je zou hem de paus van de evangelische gezindte kunnen noemen, sinds jaar en dag in de weer als orthodox-christelijk spreker, veelschrijver en allesweter. Ouweneel promoveerde in de biologie, de theologie en de filosofie en is medeoprichter van de Evangelische Hogeschool, waar hij tot 2009 doceerde.

Jarenlang was hij een fervent creationist en tegenstander van de evolutietheorie. Meer recent kwam hij daarop terug, flirtte met het ‘theïstisch evolutionisme’ en noemde zich ‘ontstaansagnost’ als het gaat om de oorsprong van de aarde. 

Thematiek

Boekenkrant

Des te verrassender is het dat Ouweneel in dit boek snoeihard uithaalt naar Gijsbert van den Brink en verwante geesten. In zijn boek En de aarde bracht voort uit 2017 pleitte van den Brink voor de omarming van de evolutietheorie, met behoud van de hoofdlijnen van de gereformeerde theologie. Enkele saillante details van dat boek: Adam en Eva vormden niet het eerste mensenpaar, maar waren hominiden die door God geroepen werden om in een verbond met hem te leven (en die daarin faalden). Verder was lijden en dood er ook al lang, als gegeven met het evolutionaire proces, en niet pas na de zogenaamde zondeval van Adam en Eva.

Bladzij na bladzij bestrijdt Ouweneel met name dat eerste standpunt, door hem consequent AGH genoemd (“Adam als geëvolueerde hominide”). Van den Brink bevindt zich in een groter koor van theologen die zich eerder als orthodox dan vrijzinnig presenteren, maar toch ruimte vragen voor erkenning van de evolutietheorie en daarom een lossere interpretatie van de eerste hoofdstukken van de Bijbel hanteren. Dat noemt Ouweneel met de klassieke term een ‘hellend vlak’. Het is tamelijk zwart-wit: óf je bent bereid gewoon de Bijbel te laten spreken en een eerste mensenpaar in het paradijs aan te nemen, óf je laat dat vallen en zet daarmee het complete christelijke verhaal van schepping, zonde en verlossing door Jezus Christus op de helling.

Titel

Na de zondeval in het paradijs roept God de mens ter verantwoording met de woorden: “Adam waar ben je?” Ouweneel geeft een heel andere draai aan die woorden:

“Adam, waar kunnen we je vandaag vinden? Ben je verdwenen in de bosschages van mythe, sage en archetype? Ben je verdwenen in het evolutiedenken, waarin je misschien nog wel ‘historisch’ bent, maar nauwelijks lijkt op het Bijbelplaatje? Of ben je nog steeds waar je duizenden jaren geweest bent: in de feitelijke wereld van de echte geschiedenis?”

Reden om dit boek niet te lezen

Als boek is het wel een vermoeiend en langdradig geheel geworden. Het is meer een discussiebijdrage dan een zelfstandig boek. Het stikt van de genummerde en geletterde opsommingen van mogelijke zienswijzen die afgewogen worden. Ouweneel citeert lappen tekst van anderen om te laten zien hoe zij iets beweren. Bovendien is het boek vooral interessant wanneer je al bekend was met deze discussie. Ouweneels boek vormt een package deal met het boek van Van den Brink.

Het redeneerderige gaat echt tegenstaan. Geloven is toch vooral een set waarheden aannemen die vervat liggen in de Bijbel. Voor zoeken en aarzelen is weinig ruimte. Het is zwart of wit: of je accepteert het complete letterlijk-historische verhaal met al z’n metafysische consequenties, of je komt uit bij atheïsme of softe vrijzinnigheid.

Reden om dit boek wel te lezen

Je kunt Ouweneels boek dan ook hautain terzijde werpen: Äch ja, de typische evangelische fundamentalist die krampachtig aan de letterlijkheid van de Bijbel vasthoudt om het onweerlegbare feit van de evolutie te ontkennen”. Het boek laat zich echter veel opener benaderen wanneer je het laat tornen aan je eigen ‘dogma’s’. Er staan werkelijk een heleboel belangrijke argumenten in die zich veelal terecht beroepen op steun in de christelijke traditie van de afgelopen twee millennia. Ouweneel heeft serieus nagedacht over zijn eigen manier van bijbel lezen, weet als biologisch gepromoveerde veel van het evolutionaire debat en heeft bovendien goed nagedacht over de wetenschaps-filosofische aspecten van de evolutietheorie. Ik waardeer de combinatie van onbuigzaamheid en vriendelijkheid waarmee Ouweneel zijn orthodoxie hier verdedigt. Je kunt dat als een verloren zaak of een achterhoedegevecht beschouwen. Ik heb echter wel respect voor deze eerbiedig opgestoken middelvinger naar de consensus.

Eerder verschenen in Trouw

Boeken van deze Auteur: