"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Alan's war

Woensdag, 31 januari, 2018

Geschreven door: Emmanuel Guibert
Artikel door: Jona Lendering

Over soldaten die niet schieten

[Recensie] Er bestaat een discussie over het aantal soldaten dat tijdens een gevecht daadwerkelijk in staat is te schieten. Dat schijnt een betrekkelijk laag percentage te zijn, al is die conclusie niet onomstreden en misschien wel onjuist. Toch zijn er tijdens de Tweede Wereldoorlog soldaten geweest die nooit vuurcontact hebben gemaakt, bijvoorbeeld omdat ze laat in de oorlog werden opgeroepen, in de eerste maanden van 1945 op non-actief stonden omdat hun tanks zoek waren, en het front pas bereikten toen het Derde Rijk al grotendeels was ingestort.

Zo’n soldaat was Alan Cope, en je zou niet onmiddellijk hebben verwacht dat zijn oorlogsherinneringen een fascinerend boek over de Tweede Wereldoorlog opleverden. Dat is echter wel het geval, zelfs al gebeurt er dus weinig in de oorlog van Alan van de Franse striptekenaar Emmanuel Guibert. (Het verscheen vanaf 2000 als La guerre d’Alan en ook in Nederland zijn vanaf 2009 drie delen verschenen onder de titel De oorlog van Alan)

De jonge man wordt onder de wapenen geroepen, krijgt zijn opleiding, maakt vrienden, heeft wat stoere kazerneverhalen van het soort waarvan er dertien in een dozijn gaan, steekt de Atlantische Oceaan over, moet wachten op het materieel, rijdt dan in een pantserwagen dwars door Frankrijk en belandt uiteindelijk in Plzen in Tsjechoslowakije. Hij heeft zegge en schrijve één keer geschoten als de oorlog halverwege het boek onverwacht is afgelopen.
De enige gebeurtenis die je met enige goede wil historisch zou kunnen noemen, is de capitulatie van een Duitse generaal, die in Praag stand houdt (na de onderdrukking van de, wonderlijk genoeg onvermeld gebleven, volksopstand). Alans onderdeel rukt op naar de Tsjechische hoofdstad, maar de generaal is verder naar het oosten gegaan en terwijl de Amerikanen nog onderweg zijn, komt het nieuws van de Duitse capitulatie. Dan realiseren de GI’s zich dat de generaal hen met opzet naar het oosten heeft gelokt om te verhinderen dat de Sovjet-troepen westelijk Tsjechië zouden bezetten. Het mocht, zoals bekend, niet baten: de Amerikanen ontruimden de bevrijde gebieden en lieten ze over aan de Sovjets.

Zoals gezegd, we zijn pas halverweg het boek als Alans oorlog voorbij is. In de tweede helft verblijft hij in Regensburg, maakt hij vrienden onder de voormalige vijanden, wordt hij gedemobiliseerd, behoudt hij een baantje in Europa, keert hij terug naar Californië, studeert hij daar wat, en vestigt hij zich uiteindelijk in Frankrijk. Einde verhaal. Dat lijkt bizar, maar Guiberts zegsman heeft een tweede verhaal te vertellen. Al tijdens zijn training ontdekt hij de klassieke muziek en in Duitsland ontmoet hij componist Gerhart Muench, met wie hij een lange vriendschap opbouwt. Zonder dat dit tweede verhaal een anti-Amerikaanse inslag krijgt, blijkt dat voor Cope de Europese oorlog ook een persoonlijke bevrijding is geweest: hij leerde anders naar de wereld kijken dan hij in Amerika gewend was en werd een rijker mens. “I wasn’t really the military type,” zoals hij ergens zegt. “I was more of a dreamer.”

Boekenkrant

Het is een wonderlijke conclusie van een boek over de oorlog. Meestal eindigen die in mineur en is de moraal nihilistisch. Zelfs als het gaat over een conflict waarin de grenzen tussen goed en fout redelijk scherp te trekken zijn, zoals de Tweede Wereldoorlog, worden de good guys geconfronteerd met morele ambiguïteit. Dit boek is eigenlijk heel positief, maar Cope heeft dan ook maar één keer geschoten – op een huis dat verlaten was.

Eerder verschenen op Mainzer Beobachter