"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De uitdager

Zaterdag, 5 september, 2020

Geschreven door: Taran Matharu
Artikel door: Nico Voskamp

Als jij me slaat, sla ik harder terug

[Recensie] Het recht van de sterkste geldt nog altijd in de vreemde wereld waarin Cade Carter is neergezet. Weten we het nog hoe het ging in deel 1? In de gewone wereld is Cade van school gestuurd naar een strafkolonie, omdat op zijn kamer een stapel dure laptops was gevonden. Volgens de politie had hij die gestolen, maar volgens Cade was dat zijn kamergenoot. De politie geloofde zijn kamergenoot.

Dan komt Cade terecht in een andere, vreemde, niet bepaald vriendelijke wereld, waar hij op onverklaarbare wijze een heel ander leven moet leiden. Met een paar andere jongens en meisjes uit zijn ‘gewone’ leven is hij daar terechtgekomen en ze merken al snel dat het hier ‘eten of gegeten worden’ is. Ternauwernood weten ze deel 1 te overleven door een monster te verslaan, alleen om in dit deel 2 een nog grotere uitdaging te vinden. Helaas is het een onwaarschijnlijk verhaal geworden vol zinloos geweld, zinloos voor de vertelling dan. 

Er moet gevochten worden en heftig ook. Cade moet er eigenlijk niet aan denken, hij heeft al problemen genoeg met zichzelf. Er is de onderlinge strijd tussen de jongeren. Er is de vijandige wereld om hen heen. En er is de nooit eindigende honger. Hij probeert vis te vangen of vruchten (er zijn alleen vijgen) te eten, maar er is nooit genoeg om zijn honger te stillen. Of die van de anderen. Allemaal lopen ze er vel over been bij, zoekend naar schaars voedsel.

Geen ideale voorbereiding voor een gladiator. En de ongevoelige machine die de Codex heet, en ongelukkigerwijs de enige verbinding met de organisator van dit helse spel is, jaagt ze meedogenloos op. Zo is Abaddon, de organisator van het spel met alle karaktereigenschappen van een volbloed duivel:

Kookboeken Nieuws

“’Jullie zijn ondankbaar,’ klonk de stem. ‘als baby’s die de melk van hun moeder uitspugen.’

De stem klakte misprijzend met zijn tong. Het was een raar geluid voor een machine. Cade betwijfelde of Abaddon wel een tong had. Elk woord was doordacht, afgewogen. De geluiden, de klanken, de stembuigingen… allemaal gekunsteld. Het was angstaanjagend.

‘Heb ik jullie niet de tijd gegeven om te herstellen?’ vervolgde Abaddon. ‘Om je voor te bereiden op dat wat jullie te wachten staat Maar liever verdrinken jullie in zelfmedelijden en laten jullie jezelf wegkwijnen. En menen mij de schuld te kunnen geven van je eigen incompetentie.’…

‘Dank je,’ zei Amber. ’Je hebt gelijk.’”

De psychologische spelletjes en de ontberingen die de vrienden moeten doorstaan, zouden een geharde ontdekkingsreiziger ontmoedigen. Maar Cade en zijn medestrijders zijn uit ander hout gesneden. Ondanks de constante pesterijen, de vliegen, muggen, hitte en honger, gaan ze toch door naar de volgende ronde in de Spelen.

Want er wacht een uitdager. Alweer. En Cade moet, verzwakt en gehavend, ook nog zichzelf overwinnen om in de arena te kunnen stappen. Hij moet het gevecht aangaan. Zal hij het overleven?

Ook verschenen op Nico’s recensies

Boeken van deze Auteur: