"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Baksteen

Dinsdag, 7 december, 2021

Geschreven door: Femke Vindevogel
Artikel door: Marnix Verplancke

Snijden tot het bloedt

[Recensie] In Baksteen laat Femke Vindevogel een jonge vrouw op zoek gaan naar het verleden van haar vader, en zo ook een beetje van zichzelf.

Wanneer Iggy op een ochtend het huis uit stapt merkt ze dat er twee zakken steenpuin voor de deur staan, met een briefje eraan waarop haar naam te lezen staat. Het blijken de restanten te zijn van een muurschilderij dat haar vader maakte toen hij opgenomen was in psychiatrisch centrum Sint-Jan de Deo. Dat instituut wordt afgebroken en misschien wil Iggy dit aandenken aan haar vader wel hebben. Nu heeft ze als dertigjarige suppoost in het Gentse SMAK inderdaad wel iets met kunst, maar aan haar vader wordt ze liever niet herinnerd. Voor hij stierf aan tong- en slokdarmkanker, het gevolg van zijn alcoholisme dat hem ook in de psychiatrische instelling deed belanden, terroriseerde hij haar, haar moeder en haar zusje Pinkeltje immers onophoudelijk. Zozeer zelfs dat deze laatste, die eigenlijk Pink Floyd heet, op een dag onaangekondigd naar Noorwegen vertrok om er niet ver van Bergen schapen te gaan kweken.

In Femke Vindevogels Baksteen volgen we Iggy die, nadat ze de steenbrokken als puzzelstukken in elkaar heeft gepast, merkt dat er een paar hiaten overblijven in het wandschilderij, net als in het beeld dat ze van haar vader heeft trouwens. En dus belt ze Trees, die voor Sint-Jan de Deo werkt en de stenen heeft laten bezorgen. Waarom gapen er twee leegtes naast en voor haar vader wil ze weten, waarop Trees wat onbegrijpend “dat zijn je broer en je oudere zus natuurlijk” antwoordt. Wie zijn zij, vraagt Iggy zich helemaal ondersteboven af, en waar zijn de stenen naartoe waar zij op staan?

Twee jaar geleden debuteerde Vindevogel met, Kookboeken Nieuws

Vindevogel flirt graag met een barrok taalgebruik. Soms gaat ze daarbij lichtjes uit de bocht, zoals wanneer ze schrijft dat de schaduw van haar raamkozijn een traliewerk vormt dat haar slaapkamer gevangen houdt, of wanneer ze sneeuw hoopjes slagroom laat vormen op de brievenbussen, maar meestal weet ze de bittere realiteit met haar beeldrijke taal juist extra precies te vatten, waarbij ze pikzwarte humor zeker niet uit de weg gaat. Grandioos pijnlijk is bijvoorbeeld de scène waarin ze als klein meisje met haar vader naar een tekenfilm gaat. Omdat vader eerst nog wat moet drinken, zijn ze een uur te laat en mogen ze niet meer binnen. Dus kiest vader een andere film, De Gremlins, waar Iggy veel te jong voor is. Het wordt een verschrikking, waarbij vader uiteindelijk de trap af dondert en zichzelf bepist. Wanneer omstaanders haar vragen of dat haar vader is, zegt ze nee, en gaat ze buiten op een bankje haar chips opeten. Het is een scène die snijdt en perfect past bij Iggy, die Vindevogel neerzet als een jonge vrouw die bij wijze van spreken precies weet waar ze moet snijden en hoeveel druk ze daarbij moet zetten om het bloed uit haar armen te zien druppelen.

Centrale zin:

Enkel de waarheid kan me nog repareren.

Femke Vindevogel debuteerde twee jaar geleden met Confituurwijk, dat op de shortlist van de Bronzen Uil stond en de Publieksprijs van de Confituur Boekhandelsprijs won. Ze studeerde muziekpedagogie en beeldende kunst en werkt als muziekdocente en illustrator. Haar boeken bevatten nogal wat scènes uit haar eigen verleden.

Eerder verschenen op Knack