"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Crux

Bevinden wij ons op een CRUX?

[Recensie] Met de tentoonstelling CRUX krijgen vier schilders uit Leipzig, Martin Kobe (1973), Mirjam Völker (1977), Robert Seidel (1983) en Titus Schade (1984) een podium in Museum De Fundatie. Dit museum besteedt regelmatig aandacht aan kunstenaars die hun opleiding hebben aan de vermaarde Hohschule für Grafik und Buchkunst genoten in Leipzig. Het is een van de oudste openbare kunstacademies in Duitsland en dateert van 1764. In deze voormalige DDR-stad legde men de nadruk op het ambacht en het figuratief schilderen. Abstractie en conceptuele kunst waren in de voormalige DDR not done. Na de val van de Muur volgde pas een internationale doorbraak met Neo Rauch als een van de exponenten. De aankoop van het schilderij Tal van Rauch was in 2019 de duurste aankoop ooit van de Museum De Fundatie.  Werner Tübke, Wolfgang Mattheue, Neo Rauch en Michael Triegel, allemaal schilders uit Leipzig, kregen een overzichtstentoonstelling in De Fundatie.

Drie van de vier kunstenaars (Kobe uitgezonderd) hebben les gehad van Neo Rauch, zo is te lezen in het  fraai vormgegeven boek dat ter gelegenheid van de expositie is uitgebracht en de titel CRUX heeft gekregen. Kunsthistorica Leonie Pfennig gaat nader in op de betekenis van CRUX. In het Duits heeft dit woord een negatieve lading en verwijst naar iets lastigs dat een oplossing vereist. In het Engels en het Nederlands betekent het ‘kernpunt’, ‘sleutelmoment.’ Daarnaast verwijst het naar het sterrenbeeld Zuiderkruis dat een vast oriëntatiepunt symboliseert. En de ‘x’ van crux zou je als verwijzing kunnen zien van het bij elkaar komen van de kunstenaars in Leipzig,  de ontmoeting met elkaar en vervolgens het de eigen weg kiezen om weer verenigd te worden in de tentoonstelling in Zwolle. ze op een kruispunt in hun loopbaan? Staan ze op het punt het figuratieve te verlaten en te kiezen voor abstractie? Markeren ze twee werelden van voor en na de Wende?

De kunstenaars zijn ook inhoudelijk met elkaar verbonden door hun aandacht voor landschap en architectuur, hun ambachtelijke en perfecte manier van schilderen (dat past bij de opleiding die ze in Leipzig hebben gehad) en het nagenoeg ontbreken van menselijke figuren in hun werk. In de vormgeving van het boek, waarvoor Harald Slaterus tekende, komt het ‘x’-teken overal terug, zelfs onderaan de pagina. Mooi om zo inhoud en vorm op elkaar aan te laten sluiten. De eenheid van het boek wordt onderstreept door het terugkomen van de namen van de kunstenaars op iedere pagina. De kunstenaar waar de pagina betrekking op heeft is dan rood gekleurd ten opzichte van het grijs van de andere. Subtiel en smaakvol gedaan.

Iedere kunstenaar wordt in een kort essay geportretteerd gevolgd door afbeeldingen van zijn/haar werk. De acrylschilderijen van Kobe verwijzen naar gebouwen en zijn opgebouwd uit elementen van gebouwen die hij ooit gezien heeft. Hij heeft die gebouwen tot de grondvormen teruggebracht. Vanuit die vormen heeft hij nieuwe, open ruimtes gecreëerd die een nieuwe, futuristische, maar niet te realiseren architectuur weerspiegelen. Hij speelt met perspectief. Gaat het om een nieuwe constructie of juist om het uiteenvallen ervan: de strijd tussen chaos en orde? Het figuratieve verdwijnt in het abstracte.

Sociologie Magazine

Mirjam Völker laat door de natuur overwoekerde huisconstructies/hutten zien, de restanten van een verloren gegane beschaving. In haar gedetailleerde houtskooltekeningen en acrylschilderijen balanceert alles tussen stabiliteit en instorten. De constructies lijken soms iconisch: een wachthuisje, een soort van uitkijkpost, een totem.

Robert Seidel grijpt terug naar het oude ambacht door zelfgemaakt verf van eitempera te gebruiken en die laag over laag aan te brengen. Hij verdiepte zich in de landschappen en steden in Saksen Hij reduceert wat hij waarneemt tot de essentie. Soms verwijst hij in de wereld die hij construeert naar games.

Duitse vakwerkhuizen zijn een terugkerend thema in het werk van Titus Schade. Het lijkt of zijn olie- en acrylschilderijen maquettes zijn die verwijzen naar een nieuwe stad. Strakke lijnen, heldere kleuren kenmerken zijn werk. Regelmatig duiken brandende vuurtjes in zijn werk op. Het zijn de enige referenties aan mensen die te zien zijn. Hij zet natuur en cultuur naast elkaar. Alles is geordend, maar ademt bevreemding uit.

Vier kunstenaars die eigen werelden op hun schilderijen creëren, die vragen stellen over wat we als mensen met de natuur doen, die de tegenstelling tussen wat mensen maken en de natuur op spanning zetten. Eigenlijk zetten ze ons aan het denken over hoe we onze wereld zouden moeten vormgeven: bevinden wij ons op een CRUX?

De tentoonstelling in Museum De Fundatie is te zien tot en met 5 mei 2020.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles