"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Bewonder mij! Overleven in een narcistische wereld

Dinsdag, 25 juni, 2019

Geschreven door: Eddie Brummelman
Artikel door: Mariska van Sprundel

Hoe onze samenleving narcisme aanmoedigt

Ontwikkelingspsycholoog Eddie Brummelman schreef met Bewonder mij! een actueel boek in tijden van toenemend narcisme. Leer kinderen gezonde zelfwaardering aan in plaats van zelfbewondering, is zijn boodschap. Met tips hoe dat te doen.

[Recensie] Narcissus was een knappe vent die verliefd werd op zijn eigen spiegelbeeld in het water, zo gaat de mythe. Hij had enkel oog voor zijn eigen verschijning, at en sliep niet meer en werd langzaam verteerd door de intense liefde voor zichzelf. Mensen die kenmerken van zulk gedrag vertonen heten sinds eind negentiende eeuw ‘narcistisch’.

Eddie Brummelman doet aan de Universiteit van Amsterdam onderzoek naar narcisme en zelfwaardering bij kinderen. Met zijn collega’s ontwikkelde hij onder meer een vragenlijst om te kijken of ouders hun kinderen overwaarderen, de zogeheten Parental Overvaluation Scale. Wat blijkt? Overwaardering is een voorspeller voor latere narcistische trekken van het kind. In zijn eerste boek Bewonder mij! Overleven in een narcistische wereld beschrijft hij wat narcisme is, hoe het ontstaat en wat er aan te doen is.

In de spotlights

Geschiedenis Magazine

Een narcist word je niet vanzelf. De individualistische samenleving waarin kinderen opgroeien zet ertoe aan, laat Brummelman zien aan de hand van eigen studies en van collega’s. Opgeblazen complimenten, bijzondere voornamen, kwaliteiten van kinderen overschatten en ze aanmoedigen zichzelf te onderscheiden: het is een cocktail voor het ontstaan van narcistische trekken.

Narcisme is een persoonlijkheidstrek die iedereen heeft, maar de één wat meer, of zelfs heel wat meer, dan de ander. Wie over het algemeen hoog scoren op deze trek zijn mensen met een baan in de spotlights, zoals acteurs en zangers, die op het podium bewondering oogsten van hun publiek en dat heerlijk vinden. Ook leidinggevenden en presidenten zijn vaker dan gemiddeld narcisten. “Narcisten vinden dat een leiderschapspositie ze op het lijf is geschreven: ze willen niets liever dan bovenop de apenrots zitten en tevreden neerkijken op iedereen die onder hen staat”, schrijft Brummelman.

Arnold Schwarzenegger

Voorbeelden en anekdotes uit het dagelijks leven komen ruimschoots voorbij. Zo valt de naam van de Amerikaanse president Donald Trump regelmatig. Arnold Schwarzenegger past ook in het rijtje. Hij ruilde zijn carrière als bodybuilder eerst in voor die van acteur en uiteindelijk werd hij politicus. Gemeenschappelijke deler? Elke keer weer staat hij in het middelpunt van de belangstelling.

Brummelman schrijft slechts enkele keren een anekdote waarin hijzelf de hoofdrol speelt. Het woordje ‘ik’ is een zeldzaamheid, als het al voorkomt is het meestal in combinaties als ‘mijn collega’s en ik’. Bewonder mij! gaat puur en alleen over de resultaten van zijn onderzoek en dat van anderen, niet over de academische prestaties van de persoon erachter. Niet dat hij niks heeft om over op te scheppen. Vorig jaar won hij de Nationale Postdocprijs voor de maatschappelijke impact van zijn onderzoek, uitgereikt door de Jonge Akademie en de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen.

Narcisme is voor niemand fijn

Tijdens het lezen bekruipt je het gevoel dat er iets grondig mis is met de individualistische cultuur waarin we kinderen grootbrengen. Onbedoeld kweken we narcisten in plaats van mensen die blij zijn met zichzelf zonder zich beter te voelen dan anderen.

Narcisten zijn op het eerste oog charmante mensen die iedereen om hun vinger winden, maar na een tijdje dooft die bewondering uit. Dan wekken ze, in het beste geval, alleen nog maar ergernis op. Voor de narcist zelf is die constante drang naar lof en complimenten ook geen pretje, het is hartstikke stressvol. Op meer narcisme in de samenleving zit niemand te wachten. Het is tijd om het tij te keren, besluit Brummelman. In zijn boek reikt hij de handvatten aan. Les één: een kind heeft geen complimenten nodig om blij te zijn met zichzelf, maar wel warmte en onvoorwaardelijke liefde.

Bewonder mij! is losjes geschreven, vrij van jargon en leest daardoor als een trein. Minpuntje is dat Brummelman de neiging heeft in herhaling te vallen. Zo leer je in hoofdstuk elf het verschil tussen gezonde zelfwaardering en narcistische eigenliefde, wat ook terug is te lezen in de samenvatting waarmee elk hoofdstuk afgesloten wordt. Vaak bevat een hoofdstuk dan ook nog een kader, in dit geval een tabel met een overzicht van de verschillen tussen narcisme en zelfwaardering. De lezer krijgt binnen één hoofdstuk dus drie keer dezelfde informatie voorgeschoteld. Het is Brummelman vergeven, de inzichten uit dit boek zijn dusdanig belangrijk dat zwaar geschut geoorloofd is om de boodschap te laten beklijven.

Eerder verschenen op Kennislink