"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Bouwmeesters, zedenmeesters

Woensdag, 15 juli, 2020

Geschreven door: Pieter Huistra
Artikel door: Peter van Dam

Geschiedbeoefening in Nederland, 1830-1870

[Signalering] Rond het midden van de 19de eeuw stond geschiedenis in het middelpunt van de belangstelling. Pieter Huistra gaat in Bouwmeesters, zedenmeesters op zoek naar de concrete vormen die die belangstelling aannam. Hij beschrijft hoe geschiedbeoefenaars lazen, correspondeerden, opgroeven, zochten, vergaderden, uitgaven en schreven. Veel gangbare aannames over de 19de-eeuwse geschiedschrijving sneuvelen daarbij.

Huistra ziet naast nationale geschiedenis de aanhoudende populariteit van regionale, lokale en familiegeschiedenis. Evenmin was er sprake van een toenemende professionalisering – het onderscheid tussen amateurs en professionals had voor tijdgenoten geen betekenis. Genres als de kroniek bleven relevant en het belang van bronnen stond nauwelijks ter discussie. Sommige betrokkenen legden de nadruk op het verzamelen van bronnenmateriaal als grondstof voor geschiedschrijving – de bouwmeesters. De zedenmeesters benadrukten het belang van het gesprek over geschiedenis, vaak heel concreet in één van de vele geleerde genootschappen. Debat over de geschiedenis was eerder de uitzondering dan de regel, stelt Huistra, die de overeenstemming in opvattingen over praktijk en moraal van deze ‘burgerlijke’ historische cultuur benadrukt. Een verfrissende benadering, maar was deze geschiedbeoefening uiteindelijk niets meer dan zelfbevestiging?

Eerder verschenen in Geschiedenis Magazine

Geschiedenis Magazine