"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Breukvlak

Maandag, 27 oktober, 2008

Geschreven door: Eelco Runia
Artikel door: Daan Stoffelsen

Bewustzijn in het perifere

Zondag 6 mei.

‘Ik had zojuist gezien dat ook op particuliere schaal geldt dat een ingrijpende gebeurtenis alles verandert – niet slechts de dingen die in relatie tot de desbetreffende gebeurtenis staan, maar ook de dingen die daar part nog deel aan hebben. Ik geloof er niets van dat deze sensatie aan de waarnemer ligt. Dat is de common sense–verklaring: dat de sensatie dat de wereld niet meer hetzelfde is na een ingrijpende gebeurtenis veroorzaakt wordt oor het feit dat die gebeurtenis de waarnemer zelf een fractie heeft veranderd. Het feit dat ik Perelman onder mijn ogen zag veranderen van het boek voor, in het boek na Tom en Lucies bezoek maakte me duidelijk dat het echt de wereld is die een nauw merkbare verandering ondergaat.’

Na de zoveelste herlezing weet ik nog niet of ik dit begrijp.

Of dat het niet bedoeld is om begrepen te worden, maar om gewicht te geven aan de komst van deze Tom en Lucie? Het is een van de vele vragen die Eelco Runia’s tweede roman Breukvlak oproept, een boek in weblogposts dat beoogt de periferie te scheiden van de kern van het leven van Minne Algra, geschiedfilosoof, visiting assistant professor in Stanford, nonresident alien individual without a history voor de bank, in scheiding, verliefd, baan in Nederland op de tocht. Die rollen en omstandigheden worden genoemd, maar uit het boek blijkt er verder weinig over. Leren we onze held Minne Algra dan wel goed kennen? Is dit boek dan wel lezenswaardig? Boeiend? Interessant? Of is de belangrijkste vraag of dit wel een boek is, of niet meer dan een geprint weblog, veeleer dan een roman een bundeling korte essays?

Schrijven Magazine

Breukvlak gaat over vragen, en ook deze recensie zoekt antwoorden. Met excuses voor de grote citaten, beste lezer, maar ik hoop ermee aan te tonen dat Breukvlak boeiend en interessant is. Het is inmiddels dinsdag 8 mei, op driekwart van het boek, als Minnes bericht begint met een afbeelding van Barnett Newmans schilderij The Promise (1949).

‘In The Promise is de linkerstreep lineaalrecht, hard en zuiver. De rechter is veel “menselijker”: een aarzelend geschilderde lijn. De werking van het schilderij berust op het feit dat in het midden van het doek een derde lijn zou kunnen staan, die nog ‘menselijker’ is dan de tweede. Maar die lijn is er niet. Zodra je het schilderij op die manier bekijkt is de afwezigheid van de derde streep, de streep waar het doek eigenlijk om draait, ondraaglijk; hij schittert op een hemeltergende manier door afwezigheid. Doordat hij zo ondraaglijk afwezig is, is de derde lijn aanweziger dan als hij wel afgebeeld zou zijn. Ik moest aan Newmans schilderij denken omdat ik deze week in dit weblog Tom en Lucie geïntroduceerd heb – en daarmee zonder het me te realiseren een tweede streep gezet heb.’

Verbluffend. De lezer is getergd – getergd ja, het juiste woord – omdat onze held ze alleen maar noemt, die twee mensen, en krijgt dan pas anderhalve dag later nog geen eens uitsluitsel, nee, niet meer dan een bevestiging van zijn gevoel, een duiding ervan, een plaatsing in het project. En dat is tegelijk immens frustrerend, je bent gewoon een romanheld te leren kennen, dat wil je nu dus ook, én ontzettend bevredigend, want je herkent met genoegen het spel, je waardeert dat de illusie is volgehouden. Je waardeert bovenal dat dit samenraapsel van trivia – Minnes worstelingen met social security numbers, zijn fascinatie voor potvissen, het verhaal van de cactus van zijn huisbaas – en inzichten uit kunstbeschouwing, literatuurwetenschap en filosofie – van Sebald, Pascal, Barthes, Lacan, Zizek, Avedon, Hockney – telkens weer hechter blijkt, dat er een geheel is.

De vraag is of het daarmee een roman is. Of het volstaat dat er een consistent plot is – man verblijft op Stanford en denkt wat af – met fictieve personages. Minne poneert dat ‘een weblog een roman [is] waarin de blogger al schrijvend het personage creëert dat die roman schrijft’. En dat personage krijgt, ondanks onze beperkte kennis van de geschiedenis van deze nonresident alien, een volwaardig karakter, het is een prettige man zonder pretenties en grote ambities, een intelligente man, een aangename gesprekspartner. Maar missen we niet een handeling? Een Handeling, zoals in ‘man ontvlucht zijn problemen en komt, na grote daden, gelouterd terug’? Maar dat is een onjuiste beschrijving, én het is achtergrond, iets anders dringt zich naar de voorgrond.

Met zijn – telkens uitgewerkte en verder doordachte – definitie legt Minne namelijk wel een erg grote nadruk op de narratieve kant van het genre ‘weblog’. Dat is immers net zo verwant aan het essay, gefragmenteerd, persoonlijk en onderzoekend als het is. Dát komt dan ook meer naar boven in Breukvlak; op het triviale verslag van een kinderbevinkje volgt een analyse van het typische krantentaalgebruik over rampen; meer dan over Tom en Lucie gaat bovenstaande passage over een fysiek boek en een schilderij.

Stilistisch doet de passage over The Promise in eerste instantie denken aan een kunsthistorische beschouwing, met plots een emotionele interpretatie, een wending die populair–wetenschappelijk aandoet. En dan, in een onderkoelde slotzin, komen het persoonlijke, het beschouwelijke en het metatekstuele samen. Het roman, het genre, de vertelling over een personage, is even helemaal afwezig, zowel de vertellende stijl als het personage zijn naar de achtergrond verdrongen. Op dat moment blijkt de kunsthistorische uitweiding niet slechts een plot te ondersteunen of een handeling te verklaren, hij gaat overdie ondersteuning, over de verklaring. Daar is geen handeling, daar blijkt bewustzijn.

Dat Minnes posts ondanks het fragmentarische en experimentele karakter een grote en geloofwaardige eenheid tonen van karakter – ondanks de afwezigheid van hoofdzaken en handeling – en thematiek – periferie, omwegen, afwezigheid – is al een prestatie op zich. Maar Breukvlak is ook nog eens uiterst lezenswaardig, boeiend en interessant. Als psychologisch en essayistisch experiment. Als genremix. Als portret van een afwezige aanwezige, tussen impulsiviteit en bedachtzaamheid. Als boek op verschillende breukvlakken, een kinderbevinkje die zowel de zwaarste in jaren is als een verschuiving van slechts enkele centimeters. Knap.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur: