"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Cicero Consultants

Zaterdag, 26 juli, 2008

Geschreven door: Henk Hofland
Artikel door: Daan Stoffelsen

Dunne satire

Dit is satire. Het staat er niet op en het hoeft er niet op, op H.J.A. Hoflands laatste roman Cicero Consultants (2007). Vanaf het abstracte beginprogramma van het gelijknamige tweemansbedrijfje via hun eerste opdrachten en het bijbehorende detectivewerk in razend tempo tot de bedoeld desastreuze gevolgen van hun malicieuze copywriting toe ligt het er dik genoeg op. Té dik.

‘Met een idee was hij een maniak; zonder een man op de grens van lethargie. Nu was het weer gebeurd.’ Jakob Daader is de maniak in kwestie, en hij verleidt zijn goede vriend Roen Trapstra tot het oprichten van Cicero Consultants, een adviesbureau dat rancune en reputatievernietiging tegen ruime betaling omzet in eloquentie. Al snel na hun eerste, programmatische advertentie (‘Er wordt wat afgeluld!’) krijgen ze hun eerste opdracht. In een met prominenten gevulde zaal luisteren ze naar de de door hen opgestelde tekst in de mond van een boze weduwe:

‘“Ik ben niet verheugd dat mijn man is gestorven. Ik ben ook niet bedroefd. Ik heb alleen een niet eindigende spijt dat ik mijn leven met hem heb gedeeld. […] Mijn vijand is dood, maar tot mijn einde zal ik met hem moeten voortbestaan. Dat is de waarheid. Bij de dood passen geen leugens.‘”

Zoals te verwachten zijn de reacties niet mals, en Jakob en Roen redden de weduwe maar net van een lynchpartij. De tevreden cliënte betrekt ze daarop meteen in een tweede opdracht: het zwartmaken van een concurrent in het vastgoed. Jakob zet zich aan wat detectivewerk, dat hem naar een trendy restaurant, een luxe bordeel, een partijcongres en een krakerscafé leidt, en waarbij hij niet alleen belastend materiaal zoekt voor de toespraak, maar ook acquireert: de zwart te maken vastgoedman wordt ook een klant van het opportunistische Cicero Consultants. Het weerhoudt Jakob er overigens niet van met de weduwe het bed te delen. De grootste slachtoffers van het spel worden twee al te beïnvloedbaar – de een met seks, de ander met liefde – gebleken politici, hoewel ook de brave auto-eigenaar het moet ontgelden: in het centrum van de hoofdstad sneuvelen enkele tientallen auto’s door het vuur en de woedende massa.

Boekenkrant

De triomf van woorden die tot daden leiden? Hofland ontmaskert de sprekers wier woorden niet met hun daden overeenkomen, toont de leegheid van publieke functionarissen. Een behartigenswaardige boodschap van een van Nederlands grootste opiniemakers. Een bekende boodschap ook, al heeft niemand nog serieus geprofeteerd dat woorden tot banlieu-achtige situaties in hartje Amsterdam zouden kunnen leiden. De werkelijkheid ligt iets te ver af van het universum van Cicero Consultants, en als de levensechte karikaturen van de mensen die onze actualiteitenprogramma’s vullen spreken, dan doen ze ook niet meer dan dat.

De hoofdpersonen, maar ook de entrepreneurs, vastgoedlieden, mediamensen en politici van deze korte roman zijn slechts figuren, mannetjes en een enkel vrouwtje die hun functie en de daaraan klevende vooroordelen niet ontstijgen. Ze zijn stereotypen, opgevoerd in een tempo waarin geen enkel personage tot wassing zou kunnen komen, in een even clichématige wereld die van corruptie, geld en loze taal aan elkaar hangt, en daardoor zijn ze ook niet serieus te nemen. Hofland vertelt niets nieuws, hij vertelt evenmin iets pijnlijks – zo ver van de werkelijkheid doet niets meer pijn.

En als ze spreken, spreken, treffend, maar het blijven slechts woorden. De vastgoedman: ‘Wat vind je ervan. Van Maeckrostaete. Niet omheen lullen!’ De partijleider: ‘Met deze ultieme créatieve oplossing neemt de stad de verantwoordelijkheid van haar voorbeeldfunctie! […] En als we over een bonte verscheidenheid spreken, dan is dat hier!’ De woorden van de tv-presentator lijken me van toepassing: ‘Dankjewel. Duidelijke taal.’

Dankjewel. Maar niet veel méér dan duidelijke taal. Het adviesbureau ontleent zijn naam aan een van de beste redenaars ooit, die in een viertal redevoeringen tegen een tegenstander eigenhandig een nationale crisis uit de grond stampte om die vervolgens als een staatsman te beëindigen. Het is die Cicero waar de jonge entrepreneurs en de auteur zich aan spiegelen, met spel op de man en het beroep op een publiek belang dat niet van eigenbelang gespeend is. Maar ze blijven consultants, de gladde jongens, de mannen op de achtergrond die snel cashen terwijl iemand anders met geleende (en niet al te geniale) woorden achter het spreekgestoelte ten onder gaat. Ze ontlenen hun bestaansrecht aan vlotte, lege woorden en bij lange na niet aan de vergelijking met de taalvirtuoos waaraan hun bedrijfsnaam refereert.

Dit wil satire zijn en is het technisch gezien ook, maar Cicero Consultants is uiteindelijk samen te vatten tot een in begrafeniszaal, bordeel, restaurant of politieke presentatie luid uitgesproken ‘Er wordt wat afgeluld!’ Je kunt het ermee eens of oneens zijn, je kunt de toon waarderen, maar de vergelijking met net zo goed straatrumoerige, maar evenwichtiger jaargenoten als Vladiwostok! en De literaire kring valt wat dat betreft in het nadeel uit voor het hier besproken boek. Cicero Consultants is te zeer een eenzijdige karikatuur om spannend of pijnlijk te zijn, te vol en te haastig om in zijn 160 pagina’s tot nadenken aan te zetten. Cicero Consultants is in de eerste plaats een satire, en in de tweede plaats vooral dunnetjes.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.