"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Constellaties

Woensdag, 3 december, 2014

Geschreven door: Roelof ten Napel
Artikel door: Suzanne van Putten

Zoektocht naar samenhang

Met Constellaties heeft wiskundestudent Roelof ten Napel een zeer opmerkelijk debuut geschreven. Zijn bundel is opgebouwd uit hoofdstukjes die verschillende vormen aan kunnen nemen. Verhalen worden afgewisseld met constellaties van sterren; op een verder lege pagina zijn hier en daar wat komma’s geplaatst. Ook gedichten of citaten worden soms aangehaald. Het boek nodigt uit om verbanden te zien waar ze niet expliciet aanwezig zijn. Door de titel wordt de lezer gewezen op de samenhang die er tussen losse elementen kan bestaan. Een samenhang die je niet hóéft te zien (sterren kunnen immers ook gewoon sterren zijn), maar die het geheel mooier en interessanter maakt.

[Lees ook de voorpublicatie op athenaeum.nl]

Naast de titel is er nog een manier waarop het boek uitnodigt tot interpretatie. Personages keren gedurende het boek regelmatig terug in andere verhalen. In het tweede verhaal, dat begint met een inleidende alinea waarin een jongen en een meisje (‘geen kinderen meer maar nog niet precies iets anders’) twee personages verzinnen: Ester en Anders. De rest van dit tweede verhaal gaat over deze personages. Zij komen voor in een verhaal in een verhaal. Wanneer zij later terugkomen in een ander verhaal gebeurt er dus iets vreemds in de bundel. Normaal gesproken komen verzinsels van personages niet op gelijk niveau met die personages. De raamvertelling wordt losgelaten; de personages worden als het ware bevrijd. Ester komt een aantal vertellingen later weer terug. Dan is ze samen met Noah, haar vriend. Is dit degene die het personage ‘Anders’ verzon? Je komt er niet achter.

Een verhaal later komt Lux de vertelling binnen. Lux komt bij Noah aankloppen en blijft een tijdje bij hem wonen. In dit verhaal leren we Noah wat beter kennen. Hij is fotograaf en maakt gebruik van een speciale techniek: hij maakt elke foto twee keer, de tweede keer met een constellatie. Iedere foto is zogezegd multiply exposed. In een roman die zelf ook Constellatiesheet en waarin personages verschillende keren terugkomen, lijkt deze manier van fotograferen tekenend voor de schrijfstijl van Ten Napel. Dit maakt het boek een fascinerende puzzel; welke plaatjes, personages, voorwerpen, dieren zelfs, mag je als lezer bovenop elkaar leggen om er één verhaal van te maken?

Yoga Magazine

Onderlinge verbanden

In ditzelfde verhaal komen ook Katherine en Robin voor, in jeugdherinneringen van Noah. Katherine is Noahs zusje, Robin zijn neef. Katherine komt ook buiten de herinnering voor; halverwege het hoofdstuk komt ze bij Noah op bezoek. Haar naam wordt regelmatig afgekort naar Kat. Tegelijk is er een kat die Wolf heeft. Heeft Lux’ naam een relatie met de sterren die in het boek steeds voorkomen? Heeft de kat die Wolf heet een relatie met de constellatie die wordt getoond en die Lupus (=wolf) heet? De Bijbelse Jacob en Esau worden in herinnering gebracht in een van de verhalen genoemd met hun bord rode linzensoep. Tegelijk eten Roos en een onbekend personage een rode soep, waarbij er wordt ingezoomd op het vaatwater dat een rode kleur krijgt. In een van de laatste verhalen krijgt Lukos een flashback, waarin opnieuw Roos een rol heeft en een wasbak een kleur krijgt. Heeft alles een verband met elkaar? De volgende gedachte lijkt daarop te wijzen:

‘Misschien zijn wij een soort landschappen, zeg ik. (…) Een soort vergezichten voor elkaar, zegt [Anders]. Een wildgroei van stemmen die in me echoën. Van Anders, zijn stem, en de stem van mijn vader, en van een vreemde – en al die stemmen zijn zelf niets anders dan klankkasten voor andere. Wij zijn constellaties, hier, waarvan de sterren telkens zelf weer stelsels blijken.’

Begrip door taal

Naast het thema ‘deel van een geheel’ loopt er nog een andere rode draad door de bundel. Een ander terugkerend motief is het verlangen van de personages om grip te krijgen op de gebeurtenissen. Het belang van woorden om gedachten en gevoelens mee te vangen, wordt aangestipt.

‘Ik wilde dat ik het opgeschreven had, hoe het veranderde. Ik zocht een woord, ooit, voor wat hij was. Voor wat we waren. (…) Ik begon me af te vragen of de woorden die ik had genoeg waren, of ik ooit zou kunnen zeggen wat ik wilde. Hoe weet je zeker dat wat je bent zich bevindt in de taal die je spreekt?’

Het boek roept meer vragen op dan dat het antwoorden en afgeronde verhalen biedt. Wellicht zal niet iedereen dat kunnen waarderen. Die ruimte voor eigen interpretatie maakt het boek voor mij echt een pakkende bundel. Ook zonder een focus op de samenhang van het boek kan het boek wellicht boeien, maar juist omdat je als lezer zo aan het werk wordt gezet weet Ten Napel je dicht bij zijn tekst te houden.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur: