"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De jongen die draken kweekte

Zaterdag, 21 juli, 2018

Geschreven door: Andy Shepherd
Artikel door: Nico Voskamp

Lekker fout anti-regeltjesboek

[Recensie] Het zou heel vreemd zijn als dit boek niet aanslaat bij kinderen. Er gebeuren zo veel dingen in die niet netjes zijn, tegen de goede smaak van pappa en mamma in gaan en normaliter verboden zijn, dat het de jeugdige fantasie prikkelt als een cactus.

De vergelijking met Roald Dahl komt dan al snel in beeld. Hij was een meester in het creëren van dit soort situaties (Matilda, Sjakie en de chocoladefabriek, GVR), waardoor zijn boeken nog altijd bestsellers zijn. Toch, met een eigen stijl, heeft Andy Shepherd een wereld geschapen met voldoende originaliteit om de weg te gaan vinden naar grote kinderscharen.

De flaptekst zegt er het volgende over: “Andy Shepherd was lerares Engels toen ze besloot zich volledig te wijden aan het schrijven van kinderboeken. Toen haar agent het manuscript voor De jongen die draken kweekte en de plannen voor twee vervolgdelen rondstuurde, struikelden de Britse uitgevers over elkaar om de boeken te bemachtigen. De rechten zijn ook al verkocht voor een Britse televisieserie.”

Hoeveel aanmoediging heb je nodig? Laten we eens kijken in de wonderlijke wereld van Tomas en zijn familie.

Heaven

“Als mensen me vragen wat we in grootvaders tuin kweken, denken ze waarschijnlijk aan komkommers, tomaten en snijbonen. Ze verwachten vast niet dat het ware antwoord ‘draken’ is. Maar dat is het wel. We kweken draken. En ik kan je één ding vertellen: dat is een hoop meer gedoe dan komkommers.”

Die lekker lezende, tegen je aan pratende stijl geeft het boek een enorme vaart, die versterkt wordt door elkaar in razend tempo afwisselende chaotische gebeurtenissen. Hierbij komt de droge humor in de tekst en de Pietje Bell-achtige houding van Tomas. Dat alles maakt het een onweerstaanbaar geinig en rebels boek.

Zijn er ook minpunten? Toch wel. Het thema ‘draken’ kunnen we zonder onszelf geweld aan te doen, niet origineel noemen. Het ‘drakenfruit’ waaruit bij rijping jonge, kleurige draakjes vallen die liefst in de broekzak van kinderen slapen is grappig, maar niet zo’n enorme vondst.

Dan de jonge draakjes die voortdurend rondvliegen in kamers, huizen, boven straten. In die huizen en straten houden zich ook volwassenen op, maar die zien de draken nooit omdat ze nét weggeglipt zijn. Of in een broekzak gefrommeld. Na een paar van dat soort scenes wordt het beeld van vliegende draakjes een beetje ongeloofwaardig.

Maar afgezien van dit gemuggenzift dus lof en bewondering. Tomas en zijn opa hebben een jaloersmakende band, zijn ouders een wat minder benijdenswaardig rommelig huishouden waarin driejarig zusje Lolli haar etenrondsmijtende bijdrage belangeloos aan levert, en de sfeer van het verhaal blijft luchtig maar toch serieus genoeg om erin mee te gaan. En het belangrijkste: het boek neemt de wereld van de volwassenen niet te serieus. Hun regeltjes nog het minst van al. Dat zou weleens de belangrijkste les kunnen zijn voor onze oplettende lezertjes.

Voor het eerste gepubliceerd op De Leesclub van Alles en Nico’s recensies


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.