"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De Laura’s

Vrijdag, 14 juli, 2017

Geschreven door: Sara Taylor
Artikel door: Marnix Verplancke

We zijn nog lang niet thuis

Sara Taylor schreef een roman waarin een moeder en haar dertienjarige zoon op zoek gaan naar zichzelf. Misschien is het wel niet zo belangrijk om een vaste identiteit te hebben, ontdekken ze.

[Recensie] Noord-Amerika is groot en dat vergeet je nogal eens wanneer je op een kaart kijkt, denkt de dertienjarige Alex wanneer hij al een hele tijd samen met zijn moeder van hot naar her door de V.S. aan het reizen is. Op een nacht stond ze naast zijn bed. Voor de zoveelste keer had ze ruzie met zijn vader, maar ook voor de laatste keer, want ze had haar spullen samen met die van Alex in haar auto gepropt. We zijn weg, zei ze, en toen ze na het ontbijt in een wegrestaurant al haar geld van haar rekening haalde, haar bankkaart in stukken knipte en haar gsm in een riviertje gooide, waren pas echt alle bruggen met het verleden verbrand.

Moeder en zoon rijden echter niet zomaar wat in het wilde weg door het land. “We zijn nog lang niet thuis,” zegt de vrouw, “Maar we komen er wel.” Dat er een systeem zit achter haar waanzin merkt Alex wanneer hij de kaart ziet die zijn moeder gebruikt. Hier en daar heeft ze er een ster opgetekend met daarbij een scheldnaam, maar er staat ook vijf keer ‘Laura’ op, verwijzend naar de meisjes die zijn moeder gemaakt hebben tot de vrouw die ze is. Ma wil afrekenen met haar verleden, openstaande schulden aflossen en hier en daar wat oude relieken in de fik steken, begint het Alex na verloop van tijd te dagen.

In feite was er maar één echte Laura, vertrouwt moeder haar zoon toe, de andere meisjes waren er om de holte op te vullen die die eerste nagelaten had. Dat was nooit echt gelukt, maar ze hadden haar wel allemaal laten kennismaken met een facet van haarzelf. Neem bijvoorbeeld de derde Laura, op wie ze smoorverliefd was, maar die weer verdween toen ze elkaar nog maar net hadden gekust. Hoe anders was haar leven misschien verlopen, schrijft Sara Taylor in een paar van de mooiste pagina’s uit de roman De Laura’s.

Boekenkrant

Haar voor een paar grote prijzen genomineerde debuut De kust liet al vermoeden dat de uit Virginia afkomstige Sara Taylor een goed verhaal in een goede setting op papier kon zetten. Haar tweede, De Laura’s, bevestigt dit vermoeden. Taylor toont de rauwe onderkant van Amerika, waar meisjes misbruikt worden in opvangtehuizen en tattoosalons dekmantels zijn voor bordelen, en ze doet dit op een eerlijke, niet-rancuneuze manier. Zowel moeder als zoon zoeken in dit kader zichzelf. Want ook Alex is op zoek, en wel naar wie hij in feite is. Hij heeft het immers bijzonder moeilijk met zijn ontluikende seksualiteit en de afwezigheid van zijn vader. Is hij een jongen of een meisje, vraagt hij zich af, of allebei? En speelt dat eigenlijk wel een rol? Misschien is de werkelijkheid wel helemaal niet zo belangrijk, maar trekken we ons op aan de verhalen die we erover vertellen.

Eerder verschenen in De Morgen

De Laura’s