"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De ondergrondse spoorweg

Vrijdag, 3 februari, 2017

Geschreven door: Colson Whitehead
Artikel door: Marnix Verplancke

Te veel goede bedoelingen in nieuwe roman over de slavernij

Colson Whitehead liep met zijn recentste roman die speelt in het Amerikaanse zuiden ten tijde van de slavernij sterk in de kijker. Hij kreeg er niet alleen de National Book Award voor, maar ook Oprah en zelfs Obama waren vol lof. Terecht?

“Als je dit land echt wil leren kennen, zeg ik altijd, moet je het spoor nemen. Kijk naar buiten terwijl jullie erdoorheen denderen, en je zult het ware gezicht van Amerika zien.” Aan het woord is een stationschef van de ondergrondse spoorweg uit  de nieuwste roman van Colson Whitehead. Hé, vraag je je dan af, hoe kun je iets zien wanneer je trein onder de grond rijdt?

Colson Whiteheads De ondergrondse spoorweg speelt in de zuidelijke staat Georgia begin negentiende eeuw. Cora is een jonge slavin die op een plantage woont waar eigenaar Terrance met harde hand regeert. Fysieke en psychische terreur vormen de orde van de dag en wanneer Cora tussenbeide komt wanneer een bediende slaag krijgt omdat hij een wijnvlek heeft gemaakt op het hemd van zijn eigenaar, krijgt ze op haar beurt ook van de rotting. De maat is vol, besluit ze, en ze gaat in op het voorstel van lotgenoot Caesar om samen de biezen te pakken. Caesar brengt haar naar een blanke vriend die tot haar verbazing in zijn kelder een luik opengooit en haar de trap af maant waar een heus station is gebouwd. Hier passeert de ondergrondse trein, legt de man uit. Je weet nooit zeker wanneer hij stopt of waar hij naartoe rijdt, maar hij brengt je wel naar betere oorden.

Het is moeilijk originele romans te schrijven over onderwerpen waarover iedereen denkt alles al te weten en een morele consensus geldt. Welke goedbedoelende auteur is bijvoorbeeld niet ten onder gegaan in een poel vol clichés bij het schrijven van zijn grote holocaustroman? Hetzelfde geldt voor de Amerikaanse slavernij. We horen de zweep knallen, de kettingen rinkelen en in de verte het gehuil van een jonge slavin die hoor haar meester wordt verkracht. Om die klip te omzeilen heeft Whitehead het concept van de ondergrondse spoorweg, een historische metafoor voor de keten vrijwilligers en abolitionisten die met gevaar voor het eigen leven zwarten vanuit de zuidelijke staten van Amerika naar de noordelijke smokkelden, letterlijk opgevat. In zijn roman rijdt er een echte trein door de ondergrond. Veel zie je niet wanneer je ermee meerijdt, je toekomst is duister, maar gelukkig zijn er wel hier en daar stations waar je kunt uitstappen.

Boekenkrant

Wat Cora daar ziet is niet fraai. Zo belandt ze in South Carolina, waar ze met open armen ontvangen lijkt te worden en een slaapplaats krijgt in een opvangtehuis. Omdat er in die staat meer zwarten wonen dan blanken hebben deze laatsten een manier gezocht en gevonden om het demografische evenwicht weer te herstellen: eugenetica. Tijdens het verplicht medisch onderzoek krijgt Cora het voorstel zich te laten steriliseren als voorbehoedsmiddel. Niet dat het verplicht is, zegt dr. Stevens, dat is het alleen voor geestelijk gestoorden en vrouwen die al twee kinderen gebaard hebben. Even later komt Cora ook te weten dat zwarte mannen onderworpen worden aan experimenten waarbij hun syfilis zogezegd behandeld wordt, maar deze daarentegen alleen wordt geobserveerd, omdat de artsen willen zien wat de gevolgen zijn van deze ziekte op lange termijn.

In feite is dit een verwijzing naar het befaamde Tuskegee-experiment dat tussen 1932 en 1972 werd uitgevoerd en uitgroeide tot het belangrijkste medische schandaal uit de Amerikaanse geschiedenis. We zaten toch in het begin van de negentiende eeuw, denkt u nu wellicht, en dat was ook zo, maar Whitehead schreef een roman, en daarin kunnen zulke zaken, zeker als die roman een beetje spitsvondig wil zijn. Het is dus zeker niet op dat vlak dat De ondergrondse spoorweg tegenvalt. Maar tegenvallen doet hij. Cora’s trein stopt iets te vaak om goed te zijn, waardoor het boek een opsomming van op zich staande verhalen dreigt te worden. Iedere plaats toont weer een ander facet van de slavernij. Om daar een mouw aan te passen heeft Whitehead een rode draad doorheen zijn boek gesponnen in de vorm van slavenjager Arnold Ridgeway. Samen met een paar lugubere kompanen, waarvan er een een halsband gemaakt van gedroogde oren draagt, gaat hij achter Cora aan. Dat levert best een aantal spannende passages op, maar van echte eenheid is geen sprake.

Veel romans vertonen een dip rond het midden. In De ondergrondse spoorweg komt die opmerkelijk genoeg vlak voor het einde. Nadat Cora zich meer dan een half jaar op Anne Frank-achtige wijze op een zolder heeft verstopt, is ze in Indiana beland, op de farm van de Valentines, waar gevluchte slaven een vrije gemeenschap proberen op te bouwen. Cora leert er deftig lezen en wordt een vaste klant in de bibliotheek die in een speciaal gebouwtje in de tuin ondergebracht is. Ze wordt zelfs voor het eerst van haar leven verliefd. Jammer genoeg zet al die gelukzaligheid Whitehead aan tot filosoferen over de lots gelijkenissen tussen indianen en zwarten, over de ware aard van Amerika en over psychische littekens die misschien nog wel dieper zijn dan fysieke. De weg naar de hel ligt geplaveid met goede bedoelingen, en dat geldt ook in de literatuur. Ze wordt er eenduidig en weinig verrassend door. Het lijkt alsof Whitehead in de voorgaande hoofdstukken nog niet al zijn ideeën had kunnen uitwerken en hij ze daarom op het einde maar in de hoofden van zijn personages heeft gestoken. Het is allemaal veel te expliciet voor een goede roman. Al levert dit je in het verdeelde Amerika van vandaag wel een zak vol lof en prijzen op natuurlijk.

Eerder verschenen in De Morgen