"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De romans

Vrijdag, 3 juli, 2020

Geschreven door: Ivan Toergenjev
Artikel door: Karl van Heijster

De onmogelijke liefdes van Toergenjev

[Recensie] In wezen heeft elke roman van Ivan Toergenjev (1818 – 1883) dezelfde plot: een buitenstaander treedt een adellijke gemeenschap binnen; een liefdesgeschiedenis ontvouwt zich, maar deze is gedoemd te mislukken. Wat dat betreft zou je kunnen stellen: wie één van de vijf romans in deze uitgave van de Russische Bibliotheek heeft gelezen, heeft ze allemaal gelezen. Maar een roman is meer dan plot alleen, natuurlijk. En Toergenjev heeft zijn roem nooit gedankt aan de veelzijdigheid van zijn oeuvre. Nee, het zijn de gedegen psychologische portretten en aangename sfeerbeschrijvingen die Roedin (1856), Het Adelsnest (1859), Aan de Vooravond (1860), Vaders en Zonen (1862) en Rook (1867) de moeite waard maken.

Het titelpersonage in Toergenjevs debuutroman is bijvoorbeeld een intelligente en charmante prater, die met zijn bevlogen toespraken de mensen om hem heen om zijn vinger windt. Met name de jonge, idealistische Natalja valt als een blok voor Roedins charmes. Maar als hij de kans krijgt de daad bij zijn liefdesbetuigingen te voegen en met haar te vluchten, bindt hij onmiddellijk in. De hoogdravende charmeur blijkt een lege huls te zijn, de liefde die hij belooft is niet echt. Toch verwordt Roedin in Toergenjevs handen niet tot een onsympathieke praatjesmaker. De zwakte van de charmeur is precies dat: zwakte. En met die zwakte worstelt het personage zelf ook, naar de epiloog te oordelen zijn hele leven lang. Roedins tragedie zit hem niet alleen in zijn valse liefde, maar vooral in zijn onvermogen waarachtig te zijn.

Aan waarachtigheid heeft de gebroken en goddeloze Lavretski, de hoofdpersoon van Het Adelsnest, dan weer geen gebrek. De liefde die hij in de loop van het boek voor de negentienjarige Liza opvat is meer dan oprecht. Maar de liefde voor het idealistische en strenggelovige meisje valt hem zwaar, na pijnlijk gebroken te hebben met zijn echtbrekende vrouw, die hij achtergelaten heeft in de mondaine kringen van Parijs. Als Lavretski in een dagblad leest van haar overlijden, waagt hij het erop en kiest ten volle voor zijn nieuwe liefde… alleen maar om meteen te worden ingehaald door zijn oude. Van al zijn liefdesgeschiedenissen, is dit misschien wel Toergenjevs meest tragische. De dramatische wending aan het eind van het verhaal is uitmuntend uitgevoerd: alsof de hoop op een gelukkig leven alleen al voldoende is om deze de nek om te draaien.

De tragedie in Aan de Vooravond komt niet in de vorm van het verleden, maar als ziekte. De oprechte zomerliefde van Jelena en de Bulgaarse revolutionair Insarov komt abrupt tot een einde door tuberculose, vlak voordat de twee naar Bulgarije trekken om de Turkse overheersing te bestrijden. De politieke achtergrond van de roman treedt echter nooit op de voorgrond. De kracht van Aan de Vooravond zit hem in de romantische omschrijving van een zomers verblijf in de datsja van Jelena’s ouders. Hoewel ze wordt omringd door dromerige, speelse Russen, kan ze niet anders dan vallen voor de serieuze en vastberaden Bulgaar, zelfs als dat betekent dat ze zich ondergeschikt dient te stellen aan diens vaderlandsliefde. Het is een fascinerend voorbeeld van Toergenjevs opofferingsgezinde vrouwen, die het karakter bezitten om de tragedie te trotseren waar zijn mannen vaak aan ten onder gaan.

Boekenkrant

Vaders en Zonen is Toergenjevs bekendste roman. Hoewel ook deze roman een tragische liefdesgeschiedenis bevat, vormt deze voor de verandering niet de kern van het verhaal. Centraal in Vaders en Zonen staat het generatieconflict tussen de gematigde intellectuelen van de jaren 1840 en de radicalere daaropvolgende generatie – ‘nihilisten’, zoals hoofdpersoon Bazarow zich wenst te noemen. Deze wordt door zijn vriend Arkadi meegenomen naar het landgoed van diens ouderlijk landgoed, waar het onvermogen zienswijzen van vader en zoon te overbruggen, onmiddellijk voor spanning zorgt. Het materialistische wereldbeeld van de nihilisten, waarin er geen plek is voor de erkenning van autoriteit, is volkomen vreemd voor de liberale romantici.

De schets van de zelfverzekerde en niemand ontziende Bazarow vormt de drijvende kracht van de roman, maar minstens zo sterk zijn de beschrijvingen van de vertwijfelde vaders. Vermoeid verzucht Arkadi’s vader dat hij zo zijn best heeft gedaan om op de hoogte te blijven van het laatste nieuwtjes en de modernste literatuur, alleen maar om er bij de aankomst van zijn zoon achter te komen dat dat alles er blijkbaar niet meer toe doet. Veelzeggend is de scène waarin Arkadi zwijgend – vaderlijk, haast – een roman van Poesjkin uit zijn vaders handen trekt, om deze te vervangen door een boek over scheikunde. 

Rook, Toergenjevs op één na laatste roman (zijn laatste, en naar eigen zeggen mislukte, roman Nieuwe Gronden is niet in de bundel opgenomen), speelt zich, anders dan de andere romans, niet af op het Russische platteland, maar in Baden-Baden. Met een scherpe blik – scherper dan we van hem gewend zijn – ontleedt Toergenjev de omhooggevallen Russische gemeenschap in de stad. Ondanks al hun gepraat, blijken ze keer op keer maar weinig te zeggen. Hoewel ook hier een tragische liefde centraal staat, wordt deze door de veelvuldige politieke discussies in de roman naar achteren gedrukt. Rook leest op momenten dan ook eerder als politiek pamflet dan als roman, wat ervoor zorgt dat het de zwakste telg in de bundel is.

Toergenjevs lyrische stijl maken van zijn romans een aangename leeservaring, maar de schrijver is niet zonder zijn gebreken. Ondanks de aanzienlijke hartstochten, kabbelen al zijn romans een beetje voort zonder dat de lezer doordrongen wordt van de noodzaak van het alles. Hij heeft de neiging om lotgevallen van al zijn personages in het laatste hoofdstuk nog even gauw uit de doeken te doen, alsof hij niet helemaal wist hoe hij zijn romans moest eindigen. En bij tijden treedt Toergenjev als verteller te nadrukkelijk op de voorgrond, letterlijk aankondigend dat hij het verhaal even opschort om de voorgeschiedenis van een personage uit de doeken te doen. Het zijn pijnpuntjes waardoor zijn romans vandaag de dag wat verouderd aandoen. 

Een vergelijking met tijdgenoten Tolstoj en Dostojevski is misschien oneerlijk: niemand is zo goed als Tolstoj of Dostojevski. Maar toch, Toergenjevs romans ontberen de epische compositie van de eerste, de filosofische noodzaak van de tweede en de psychologische diepgang van beide. De schrijver is in alles gematigder. Zijn grote verdienste is dat hij over romantiek kan schrijven zonder aan literaire pretentie in te boeten en in sentimentalisme te vervallen. Het zijn liefdevolle portretten van de negentiende eeuwse Russische plattelandsadel, liefdevolle portretten van liefde, en vooral liefdevolle portretten van mensen.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub Van Alles

Boeken van deze Auteur:

De romans

Vaders en zonen