"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De schatkamer van Babylonië

Zaterdag, 18 november, 2006

Geschreven door: Rada Sukkar
Artikel door: Roosmarijn Scheffer

Een eeuw van verschil

Het land van Mesopotamië, olie, Saddam Hoessein, Bush en veel, heel veel ellende. Dat zal voor de meesten van ons de directe associatie zijn met Irak. Aan de ene kant het begin van onze beschaving, aan de andere kant de minst geliefde vakantiebestemming. De schatkamer van Babylonië vertelt de honderdjarige geschiedenis van een Iraakse familie en brengt daarmee zeer verschillende elementen van dit veelbesproken land naar voren.

De broers Saliem en Jamil Safi wonen in de havenstad Basra. Het is het begin van de 20e eeuw en ze hebben een goedlopend bedrijf, waardoor ze hun families en al het personeel in hun huis kunnen onderhouden. Kinderen worden geboren, de zaken gaan goed en hoewel de komst van de Britten met veel veranderingen gepaard gaat, lijkt hun leven een paradijs op aarde. Maar niet iedereen leeft zo goed als de familie Safi. Dat ontgaat ook Fuad, de zoon van Jamil, niet wanneer hij met zijn schoolvriendje Badir mee naar zijn lemen huisje gaat. Badir draagt geen schoenen en is armer dan wat Fuad gewend is. Ondanks grote verschillen wat betreft rijkdom, cultuur, afkomst en religie leeft de Irakese bevolking in vrede. Christenen, moslims, soennieten, sjiieten, Britten, Koerden, niemand voelt zich beter dan de rest en van onderdrukking is geen sprake.

Het is voor de lezer niet makkelijk om een weg te banen door alle personages en de vele Iraakse namen. Zeker in de eerste hoofdstukken wordt er heel veel informatie gegeven en wisselt de auteur regelmatig van perspectief. Het ene hoofdstuk gaat over Saliem, het volgende over zijn vrouw, het derde over het personeel en zo verder. De grote lijn lijkt te ontbreken. Het taalgebruik is ook niet van dien aard, dat je wordt meegesleept op een poëtische expeditie door het verhaal. De zinnen zijn kort, waardoor de stijl af en toe wat houterig overkomt. Bovendien wordt bij het lezen van het vervolg ook het doel van het eerste deel duidelijk: een beschrijving van het Irak en het Iraakse leven in al haar glorie vóór de grote veranderingen.

De inmiddels arts geworden Fuad trouwt met Fadwa, een voor die tijd progressieve, werkende vrouw. Samen krijgen zij vier kinderen waarvan de jongste dochter, Arwa, zal trouwen met een Nederlandse man. Irak lijkt tegen het einde van het millennium in niets meer op het land waar Saliem en Jamil hun leven hebben doorgebracht. De vrijheid is ernstig beperkt, de verschillende volkeren kunnen niet meer met elkaar samenleven en op politiek gebied je mond open doen staat gelijk aan het tekenen van je eigen doodvonnis. En het belangrijkste: iedereen moet buigen voor de dictator. Arwa vlucht naar Nederland en stuit daar op onbegrip. De Nederlanders vragen haar waarom de Irakezen een dictator accepteren. Het lijkt onmogelijk uit te leggen hoe machteloos de Irakezen zich voelen. Die machteloosheid weet Rada Sukkar mooi te verwoorden in het volgende fragment, waar de dubbele lading niet in te missen is:

Yoga Magazine

‘Terwijl ze van de brug van het Vogeleiland naar de binnenstad loopt, volgen haar ogen een duif die wanhopig op zoek is naar eten in deze koude winter. De duif neemt risico en loopt naar het kleine gat in de bevroren gracht op jacht naar wat eetbaars in het water. De duif glijdt uit. Haar vleugels raken nat en worden zwaar. Te zwaar om mee te kunnen vliegen. De hongerige duif vecht met de laatste energie die ze in zich heeft. Ze vecht voor haar leven. Ze wappert met haar natte vleugels en probeert los te komen van het water. Zonder succes. Arwa kan zich niet op het ijs begeven om de arme duif te helpen. Ze kan niet meer doen dan toekijken hoe de vogel het gevecht op leven en dood voert.’

De tirannie van de heerser, de onmacht van de bevolking en het onbegrip in het buitenland hebben het Irakese leven ingrijpend veranderd. Het paradijs van de eerste generatie heeft moeten wijken voor de hel van de laatste. En Rada Sukkar heeft in De schatkamer van Babylonië hel en paradijs op prachtige wijze angstaanjagend dichtbij elkaar gebracht.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.