"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De uitweer

Vrijdag, 27 januari, 2017

Geschreven door: Amy Liptrot
Artikel door: Marnix Verplancke

Terug naar de rots

Op de vlucht voor de Londense alcohol keerde Amy Liptrot een paar jaar geleden terug naar haar geboortestreek: de Schotse Orkney-eilanden. Ze schreef er een prijsbeest van een boek over dat een persoonlijk afkickverhaal koppelt aan een reeks weergaloze natuurbeschrijvingen. Ook Marnix Verplancke is enthousiast over dit boek. De uitweer staat centraal op DLVAlive van 28 maart.

[Recensie] Achttien was Amy Liptrot toen ze besefte dat ze geen toekomst had op de Schotse Orkney-eilanden waar ze was opgegroeid. Ze werkte als poetsvrouw in een olieterminal, het beste baantje dat ze had kunnen vinden, maar het idee dat ze dit de rest van haar leven zou doen maakte haar nog middelijker dan de oliewalm. Dus trok ze naar Londen, om te studeren, te werken en vooral heel veel te drinken. “Het was er warmer dan het op Orkney ooit was geweest,” beschrijft ze haar eerste kennismaking met de hoofdstad wanneer ze in mei van de trein stapt, “Ik leek wel in het buitenland”.

Die exotische warmte zou echter al vlug omslaan in een bijna arctische kilte, beschrijft Liptrot in het autobiografische De uitweer. Na twee jaar liet haar vriendje haar in de steek en steeds meer mensen begonnen haar te mijden. Waar ze zich vroeger stevig indronk voor ze het uitgaansleven indook, raakte ze steeds vaker niet meer tot aan de voordeur. Eenzaamheid en zelfmoordgedachten werden haar nauwste drinkebroers, tot ze besefte dat het zo niet langer kon. Ze was inmiddels dertig, woonde in een kleine kamer en werd om de haverklap ontslagen omdat ze te vaak afwezig was. Dus ging ze naar een ontwenningskliniek en begon het besef ter dagen dat ze de voorbije twaalf jaar tegen iedereen wel had lopen uitbazuinen dat ze nooit meer zou terugkeren naar ‘de rots’, zoals Orkney door de lokale jeugd werd genoemd, maar dat ze toch stiekem de wulpen, scholeksters en mantelmeeuwen had gemist. Dus keerde ze terug.

De uitweer is Liptrots verhaal over haar wanhopige gevecht tegen de alcohol, haar zoektocht naar een onbestaande verlossing en haar gevoel net zo ongedurig en vooral dorstig te zijn als een woestijnrat. “Ik wilde niets liever dan nuchter blijven,” schrijft ze, “maar ik wilde godverdomme drinken.” En toch houdt ze vol, ook wanneer ze op het strand een halfvolle fles Finse wodka vindt. Ze probeert haar nimmer afnemende verlangen te stelpen met sloten Coca-Cola, heel veel sigaretten en dagenlang op internet zitten. Altijd staan er wel twintig tabbladen open, zowel op haar computerscherm als in haar hoofd.

Boekenkrant

Maar De uitweer is ook het verhaal van Amy’s leven op Orkney en dat van de eilandengroep zelf. Terwijl ze in Londen zat, zijn haar ouders gescheiden en is de boerderij verkocht. Moeder woont in een bungalow in Kirkwall en vader in een stacaravan op het laatste stukje grond dat niet verkocht is, die uitweer dus, het hoogst gelegen stuk kustland, waar het gras nooit gemaaid moet worden omdat de immer snijdende wind en het opstuivende zeewater de groei verhinderen. Tijdens haar eerste winter gaat Amy in het Rose Cottage wonen, op het eiland Papay: net geen tien vierkante kilometer, zeventig bewoners, een schooltje met zes leerlingen, geen politie en een kerstboom die in een blok beton wordt gegoten omdat hij anders zou wegwaaien.

Het is daar dat ze haar drang naar verslaving terugvoert tot bij haar bipolaire vader en haar extreem religieuze moeder, en het is ook daar dat ze schrijft over de geschiedenis, mythologie, antropologie en biologie van de Orkney-eilanden. En dat doet ze voortreffelijk. De uitweer is een boek dat je automatisch traag gaat lezen, op het ritme van Liptrots vertelstem. Iedere pagina bevat wel een paar zinnen die erom smeken geciteerd te worden en het boek kreeg dan ook niet toevallig dit jaar de Wainwright Prize voor de mooiste natuurbeschrijvingen.

Alleen waar Liptrot haar eigen verhaal aan dat van het eiland koppelt, wordt ze soms te expliciet. Wanneer ze bijvoorbeeld de stenen muurtjes rond haar vaders uitweer heropbouwt, legt ze te makkelijk de link naar de wijze waarop ze na haar alcoholverslaving haar eigen persoonlijkheid weer moet opbouwen. “Ik moet gewoon doorgaan met stenen leggen,” rondt ze doorzichtig haar verhaal af.

Eerder verschenen in De Morgen


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

De uitweer

De uitweer