"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

DRAⱯIDAGEN

Vrijdag, 6 september, 2019

Geschreven door: Bianca Boer
Artikel door: Marjon Nooij

De oorlog voorbij

‘De geschiedenis is een zooitje
waar wij een verhaal van maken.’
– Marcel Möring, Louteringsberg

[Recensie] Een ongepland avontuurtje met een medestudent doet Judith besluiten om te stoppen met haar studie filosofie. Haar kamer zegt ze op en trekt weer in bij Nini, haar oma die haar heeft grootgebracht nadat haar dochter – moeder van Judith, vader onbekend – vroeg kwam te overlijden. De twee zijn op elkaar aangewezen, daar ze alleen nog elkaar hebben.

Al snel blijkt dat haar oma fysiek achteruit is gegaan en ook haar geheugen lijkt haar steeds vaker in de steek te laten. Stukje bij beetje geeft ze haar herinneringen prijs over haar oorlogsverleden. Herinneringen die haar steeds verdrietiger, achterdochtiger en angstiger maken. Ze vertelt Judith over de deportatie naar Auschwitz en het verlies van haar eerste man en dochtertje. Daardoor krijgt het herbeleven van de Tweede Wereldoorlog een steeds grotere lading. Judith ontdekt door deze verhalen dat ze eigenlijk maar bitter weinig weet van de geschiedenis van haar familie

Ze strijdt met de vraag wat ze met haar toekomst wil en besluit te reageren op een advertentie waarin wordt gevraagd naar figuranten in een Nederlandse film en vrijwel direct wordt ze gebeld met de aanbieding om als edelfigurant te fungeren, in de rol van verpleegster. Een uitgelezen kans om haar oma misschien beter te kunnen begrijpen.

“Ze vraagt of mijn haar eraf mag. Ik begrijp niet goed wat ze zegt. Of het geknipt mag, mijn haar? Dat ik daar uiteraard een extra vergoeding voor krijg, haast ze zich te zeggen. ‘Ik ben dol op films,’ zeg ik. Ze legt uit dat het een bijzondere productie is over de Tweede Wereldoorlog. Ik kijk opzij naar jou, het is een reflex. Je hoort niets, natuurlijk niets. ‘Ik wil weten hoe het is.'”

De film draagt de titel De krankzinnigen en speelt zich af in de voormalige Joodse instelling Het Apeldoornse Bosch, waarvan de patiënten te maken krijgen met de deportaties.

De combinatie van de draaidagen en de zorg voor haar oma is niet gemakkelijk en Judith staat meer dan eens voor een dilemma hoe ze dit het best in de juiste vorm kan gieten. Meer dan eens is ze genoodzaakt om een beslissing te nemen die niet altijd even handig blijkt uit te pakken.

‘Jouw oorlog zal met jou sterven. Ik kan er nog zoveel over weten, tegelijk begrijp ik er niets van.’

Op beklemmende wijze weet de auteur met dit verhaal de lezer onder de huid te kruipen, net als de draaidagen dat doen bij Judith. Naarmate de opnamen vorderen lijken de levensechte gebeurtenissen grenzen te overschrijden tussen heden en verleden, fictie en werkelijkheid. Ze lopen naadloos in elkaar over en wervelen op zeer inventieve wijze door elkaar heen.

Het horen vertellen over de trauma’s van de oorlog en het ‘aan den lijve’ ondergaan – als is het maar een paar uur per dag – grijpen Judith meer dan eens bij de strot en ze kan haar emoties niet altijd de baas. Hierdoor echter ontpopt ze zich al snel tot een gewaardeerd acteertalent.

Het bijzondere aan dit romandebuut is dat, buiten de ik-vorm waarin het is gegoten, ook het minder vaak voorkomende jij-perspectief wordt gebruikt, waarmee Judith haar gedachten en de gebeurtenissen aan Nini vertelt. Dialogen en innerlijke monologen wisselen elkaar af, waardoor ik me uitstekend kon inleven in de gedachten van het hoofdpersonage. Doordat de auteur gebruik maakt van een compacte en lucide schrijfstijl is het verhaal gemakkelijk te lezen. Geen overbodig bloemrijke taal, wel heel beeldend.

De auteur maakt veel gebruik van korte zinnen, soms zelfs één, twee of drie woorden. Dat is in beginsel wel even wennen, evenals dat het verhaal van start gaat met de beslommeringen van een jonge studente. Het kan het idee geven dat je te maken hebt met een roman voor jong volwassenen, maar gaandeweg het verhaal komen steeds meer aspecten van angst, verdriet, onvermogen en het maken van de juiste keuze naar voren. De sfeer wordt grimmiger en steeds levensechter, niet alleen voor Judith maar ook voor de lezer. De strijd die ze met zichzelf moet voeren is uiterst voelbaar.

Kort gezegd: – misschien clichématig, maar welgemeend – dit verhaal ontroert, zuigt je mee en zindert na. Een uiterst lovenswaardig romandebuut!

 Over de auteur

Bianca Boer (1976) is schrijver, dichter en schrijfdocent. Ze won de Nieuw Proza Prijs, publiceerde in De Gids, Tirade en Passionate en trad onder meer op tijdens Crossing Border. In 2007 werd haar verhalenbundel Troost en de geur van koffie genomineerd voor de Selexyz Debuutprijs. In 2010 verscheen de dichtbundel Vliegen en andere vogels en eind 2017 verscheen Auch das ist Geschichte, Ein poetischer Dialog in Briefen, waarin ze met de twee Duitse dichters Ellen Widmaier en Katharina Bauer van gedachten wisselt over kunst, schrijven en literatuur. Haar nieuwe roman Draaidagen is verschenen in de zomer van 2019.  Ook schrijft Bianca Boer theaterteksten, bijvoorbeeld voor de locatievoorstelling De paardenmonologen onder regie van Wim Staessens, die te zien was op Oerol 2010. [Bron: https://www.atlascontact.nl/auteur/bianca-boer/]

Eerder verschenen op Met de neus in de boeken