"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Drift

Vrijdag, 16 november, 2018

Geschreven door: Ellen Van Pelt
Artikel door: Marnix Verplancke

Uit elkaar in Brussel

De eerste zin

“Er zijn talloze mythen waarin iemand door een geheimzinnig personage één enkel verbod krijgt opgelegd.”

Recensie

De vertelster van Bregje Hofstedes tweede roman Drift is een zesentwintigjarige Nederlandse vrouw die met haar jeugdliefde is getrouwd en al bijna tien jaar met hem samenwoont in Brussel. Op een koude winternacht vult ze haar rugzak met haar dagboeken en gaat ze de deur uit, met het voornemen nooit meer terug te keren. Waarom? “Huwelijk. Brussel. Debuteren. Insomnia,” somt ze de titels van de dagboeken op, “En dan? Therapie? Hysterie? Wat moet ik doen voor ik Harmonie kan schrijven?”

Hereditas Nexus

Het begon nochtans allemaal zo mooi, met die jongen uit haar klas die zei dat ze hem voor chocola altijd mocht wakker maken, al was het drie uur ’s nachts, wat ze natuurlijk meteen ook probeerde. Echt verliefd werd ze op hem tijdens de klassieke Romereis, toen hij in het Vaticaans Museum deed alsof hij een marmeren Cleopatra kuste. Meer nog dan met hem wou ze op dat moment Cleopatra zijn, besefte ze nadien. En ze werd Cleopatra, waarna ze samen Pompeï en Herculaneum bezochten. Ze waren gelukkig en trouwden. Pas later kwam er sleet op de formule en groeiden Luc en Bregje steeds verder uit elkaar. Bregje inderdaad, wat je meteen doet vermoeden dat je hier met een autobiografisch boek te maken hebt. Ook Bregje Hofstede woonde immers lang samen met haar man in Brussel.

Drift bestaat uit passages van de debuutroman van de vertelster, een chronologisch verslag van de dagen na haar vertrek thuis en heel wat dagboekfragmenten die een beeld geven van de geestestoestand waarin de vertelster geleidelijk aan terechtkwam. “Ik zag je de afgelopen jaren langzaam verdwijnen,” zegt haar vader wanneer ze een paar dagen bij haar ouders gaat logeren. Veel vroeger dan gepland vertrekt ze ook daar weer omdat ze er zich niet begrepen voelt.

Vier jaar geleden debuteerde Hofstede met De hemel boven Parijs, een heerlijk parallellenspel dat haar meteen veel lof en nominaties opleverde. Drift gaat op hetzelfde elan verder. In een bijzonder fijnzinnige en gracieuze taal vraagt Hofstede haar lezer zich te wagen in het schimmenpaleis genaamd liefde. Wat betekent het wanneer we zeggen dat we van iemand houden, toch niet dat we hem koste wat kost willen geven wat hem verstikt, zoals Roland Barthes zei?

3 vragen aan Bregje Hofstede

Je boek lijkt heel erg autobiografisch, tot op het randje van het gênante af, maar is het dat ook werkelijk?

Hofstede: “Ik wil dat de lezer zich gaat afvragen in hoeverre de ‘ik’ in mijn roman betrouwbaar is. Dat maakt deel uit van het literaire spel. De Bregje uit het boek lijkt openhartig, maar kan dat wel, een geloofwaardige, objectieve verteller zijn van je eigen leven? Iedereen schrijft fictie over zichzelf. Je moet immers zelf leven in je verhaal. De vertelster uit mijn boek heeft bijna tien jaar lang een verhaal over zichzelf verteld en ze weet niet of ze daar nog langer in kan leven. Er vallen immers steeds grotere gaten in. Als zij niet langer de ideale geliefde is, wie is ze dan wel? Is zij het meisje dat haar ouders ooit beschreven, of dat uit haar dagboeken waarvan ze vervreemd is, of is zij het hoofdpersonage uit haar debuutroman? Door haar Bregje te noemen, heb ik er nog een extra niveau aan toegevoegd: mezelf, de schrijver buiten het boek. Misschien is die gelaagdheid wel het meest waarachtige deel van dit personage.”

Is liefde het opgeven van het eigen verhaal?

Hofstede: “Een liefdesverhaal heeft twee auteurs; je hebt er geen controle over. Wanneer mensen het over de ware liefde hebben, impliceert dat ook vaak een zekere overgave en opoffering. Romeo en Juliet, weet je wel. Alleen bestaan mensen uit verschillende facetten en passen die niet allemaal in dat liefdesverhaal. Erken je die veelkantigheid niet, dan kan dat gaan etteren.”

Drift speelt in Brussel, de stad die je waardeert omwille van het Alice in Wonderland-gevoel dat hij bij je oproept, schrijf je. Wat bedoel je daar precies mee?

Hofstede: “Ik heb lang in Brussel gewoond en vind het een bevreemdende stad. Gewone huizen staan er naast gigantische flatgebouwen. Hier voel je je heel erg klein en tien meter verderop weer groot. Brussel is vaak gewoon ook een chaos. Ik woon nu in Amsterdam. Die stad zit in een vergevorderd stadium van disneyficatie en is hard op weg een tweede Venetië te worden, een stad zonder verrassingen, die precies aan de verwachting moet voldoen. Dat kun je over Brussel gelukkig nog niet zeggen. Wanneer mijn visite toerist wilde spelen, was het onmogelijk om hen een gestroomlijnde ervaring te bieden. Dan reed onze tram bijvoorbeeld tegen een auto, of viel er iemand door een gat in de stoep.”

Eerder verschenen in Knack Focus

Boeken van deze Auteur: