"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Dubbelleven

Vrijdag, 1 mei, 2020

Geschreven door: Chinouk Thijssen
Artikel door: Jorien Tromp

Chinouk Thijssen over schrijven, social media en haar nieuwe boek Dubbelleven

[Interview] Chinouk Thijssen schreef al thrillerverhalen op de basisschool. Nu heeft ze meerdere Young Adult-titels op haar naam staan, waaronder de populaire trilogie DubbellevenBazarow Magazine interviewde haar om meer te weten te komen over haar boeken, haar schrijfcarrière en hoe ze omgaat met haar doelgroep.  

Hoe ben je schrijver geworden? 

 “Ik begon op de basisschool al met schrijven. Dat waren voornamelijk korte thrillerverhalen, waarschijnlijk omdat ik zelf veel jeugdthrillers las. Pas veel later, toen ik me heel erg verveelde, besloot ik om weer eens een stukje te schrijven. Dat vond ik zo leuk dat het uiteindelijk een boek werd.  

Ik dacht toen: ik stuur het op naar een uitgever en dan wordt het boek uitgegeven. Nou, dat werkte natuurlijk niet zo. Ik kreeg de ene afwijzing na de andere en besefte dat het misschien toch niet goed genoeg was. Vanaf dat punt ben ik meer thrillers gaan lezen en me binnen het genre gaan ontwikkelen. Mijn eerste boeken heb ik uitgebracht via Printing on Demand. Dat deed ik ook om feedback te kunnen krijgen. Ik had nog geen proeflezers, dus ik hoopte tips te krijgen over hoe het beter kon. Met die feedback ben ik beter gaan schrijven.” 

Pf

Heeft het lang geduurd voordat je een uitgeverij vond? 

“Tussen het moment dat ik voor het eerst mijn boek naar een uitgever stuurde en het moment dat ik een contract tekende bij een reguliere uitgeverij, zit denk ik zo’n twaalf jaar. Jaren later schreef ik Fataal Spel en dat heb ik naar een paar uitgeverijen gestuurd. Soms kreeg ik een afwijzing of kwam het op de ‘misschien-stapel’ terecht. Maar heel vaak kreeg ik überhaupt geen reactie. Clavis, mijn huidige uitgeverij, zat bij de tweede ronde uitgeverijen en reageerde al na twee weken. Dat is heel snel. Meestal moet je drie tot zes maanden wachten, maar ik heb ook meegemaakt dat ik een jaar moest wachten en nog veel vaker dat ik helemaal nooit meer iets hoorde. Bij Clavis hielp het denk ik dat ik al een aantal boeken op mijn naam had staan en dat ik in die tijd zo’n 3000 volgers op Instagram had. Dat helpt, omdat de uitgeverij er dan zeker van is dat in ieder geval een eerste oplage verkocht kan worden.” 

Je nieuwste boek Dubbelleven verscheen in februari. Hoe is dit boek er gekomen? 

“Ik schreef Dubbelleven voor het eerst in 2012 en heb het toen zelf uitgegeven met de titel Blindelings, maar ik hield altijd het gevoel dat ik er niet alles uit gehaald had. Bij elk boek dat ik teruglees, wil ik achteraf nog dingen veranderen, maar bij Blindelings was het echt heel veel. Uiteindelijk heb ik het verhaal tussen het schrijven van Truth or Dance en Break a Leg helemaal herschreven en naar mijn huidige uitgever gestuurd. Daar waren ze enthousiast, maar we hebben nog veel herschrijfrondes gehad omdat ik nog niet helemaal tevreden was. Ik heb er zoveel aan veranderd. Het verhaal uit de eerste versie staat nog steeds overeind, maar alles klopt gewoon veel meer. De acties van de personages zijn logischer geworden. 

Toen ik Blindelings schreef, was ik eigenlijk al bezig met het idee van een ballet-thriller (Truth or Dance-trilogie). Ik wilde schrijven over de duistere kanten van de balletwereld. Maar toen ik een keer in de trein zat, kwam ik ineens op een heel ander idee, dat echt uit het niets kwam. Ineens waren Ivy, Kim en Marscha (uit Blindelings) er. De trilogie heb ik toen even opzijgelegd.” 

Je schrijft meestal thrillers, maar Dubbelleven noem je een contemporary-boek. Was het anders om dat te schrijven? 

“Toen ik Dubbelleven (toen nog Blindelings) schreef, noemde ik het een YA-thriller. Van proeflezers hoorde ik dat ze het voor een thriller niet zo spannend vonden. Toen ik het zelf nog eens las, dacht ik: het is eigenlijk helemaal geen thriller. Toen heb ik het contemporary genoemd. 

Het is een heel andere opzet dan in een thriller. Minder engere, spannende momenten. Maar ik had vooral het gevoel dat het een verhaal was dat heel belangrijk was. Het thema, loverboys, is eigenlijk een oud onderwerp, maar nog steeds actueel. Omdat ik nu vaker lezingen op scholen geef, vond ik het belangrijk om dit verhaal nieuw leven in te blazen. Als jongeren dit boek lezen op school, denk ik dat ik er wat mee zou kunnen bereiken. Het is een boek dat ik leuk en belangrijk vond om te schrijven, maar mijn hart ligt wel echt bij de thrillers.” 

Het thema loverboys is, zoals je zelf al zei, best een oud onderwerp, omdat er zo’n tien jaar geleden al jeugdboeken over geschreven zijn. Was je nerveus om daar nu nog een boek over te schrijven? 

“Toen ik aan het boek begon, dacht ik niet zoveel aan een loverboy. Ik dacht gewoon aan een hele gemene jongen, die drugsdealer is. Later, toen de discussie tussen Ivy (de hoofdpersoon) en haar vriendinnen ontstond waarin zij zeggen dat ze met een loverboy te maken heeft, besefte ik dat een loverboy niet alleen maar cadeautjes geeft. Dat is de bekendste manier, maar dit is iemand die het heel anders aanpakt. Hij weet Ivy te manipuleren en wil haar weghouden bij haar vriendinnen en ouders. Ik wilde ook graag die kant belichten.” 

Truth or Dance speelt zich af op een balletschool, en je hebt zelf een achtergrond in het ballet. Ivy uit Dubbelleven zit op de modevakschool. Heeft dit ook met iets persoonlijks te maken? 

“Mijn oma was vroeger coupeuse. Ik ben opgegroeid met mijn oma die achter de naaimachine zat, patronen tekende, kleding voor mij en mijn zusje ontwierp. Dat is me zo bijgebleven dat ik er een soort ode aan wilde brengen. Zelf kan ik helemaal niets op dat vlak, maar ik heb het altijd bij mijn oma gezien. Ik vond het geweldig: ze maakte van lappen stof de mooiste jurken. Dat vond ik heel bijzonder.” 

Zit er in Ivy ook iets persoonlijks van jou? 

“Ivy is heel naïef en goedgelovig. Daarin herken ik mijzelf van toen ik tiener was. Ik ben vaak ergens in getrapt, bijvoorbeeld op het gebied van vriendschap. Inmiddels is dat naïeve veranderd, doordat ik ouder ben geworden. Ivy is natuurlijk een meisje van zestien. Hoewel er ook mensen zijn die op hun zestiende nergens in trappen. Dat ligt aan je karakter.” 

Zoals je eerder noemde, ben je heel actief op Instagram. Is het een bewuste keuze om als schrijver zo actief te zijn op social media? 

“Dat is niet heel bewust gegaan, maar komt vooral doordat ik gek ben op social media. Instagram en YouTube zijn mijn favoriet, want foto en video vind ik heel leuk omdat het iets anders is dan tekst. Mijn bedoeling was dat lezers me via social media achter de schermen konden leren kennen. Uiteindelijk groeide mijn volgersaantal en ontstond er meer interactie. Op dat moment kreeg ik door dat het eigenlijk heel handig is om je als schrijver op social media actief in te zetten. Het zorgt voor meer verkoop van je boeken, maar ook voor boekingen voor evenementen of lezingen op scholen.” 

Dus het onderhouden van social media is belangrijk voor auteurs? 

“Ja, ik denk het wel. Veel schrijvers denken dat de uitgeverij alles regelt, maar ik denk dat lezers, vooral uit een jongere doelgroep, veel meer geneigd zijn jouw boek te kopen als ze denken dat ze je een beetje kennen. Dan ben je de persoon achter het boek. Wat ik heel vaak zie gebeuren op social media, is dat schrijvers hun boek delen met de boodschap: ‘Koop mijn boek!’ Als ik dat vaak achter elkaar zie, hoeft het voor mij al niet meer. Ik denk dat je je boeken verkoopt door ze niet letterlijk te verkopen op social media. Je verkoopt boeken door jezelf te laten zien en persoonlijker contact te krijgen met lezers.” 

Wat is het leukste aan dat persoonlijke contact? 

“Dat ik precies weet wat mijn doelgroep is. Dus ik weet precies wie mijn boeken lezen; wie zij zijn en wat zij willen. Maar ik vind het ook leuk dat ze de moeite nemen om mij een bericht te sturen. Als ik reageer, krijg ik vaak de reactie: ‘Oh, je reageert echt! Dat had ik niet verwacht.’ Ik vind het leuk dat de lijntjes korter zijn. Vroeger was een schrijver onbereikbaar. Dat heeft natuurlijk ook z’n charme, want dan blijft het een beetje mysterieus, maar het past niet meer bij deze tijd.  

Er zit ook een keerzijde aan. Als je je doelgroep volgt, zie je soms recensies voorbijkomen die je liever niet had willen zien. Dat maakt het soms lastig, maar ik probeer mensen te volgen van wie ik weet dat ze mijn boeken lezen met plezier.” 

Hoe ga je om met negatieve recensies? 

“Ik ben toevallig sinds een week geleden gestopt met het lezen van recensies. Ik las elke recensie waarin ik getagd werd. Je gaat er meestal van uit dat het positief is, maar dat is niet altijd zo. Ik las veel recensies op Goodreads. Dan scrolde ik langs nieuwe reacties en af en toe zit er een recensie tussen die niet zo leuk is. Als het slechts een paar zinnen is waarin staat: ‘Het was een slecht boek’, dan doet het me niets. Maar als ik een heel betoog zie waarin er hatelijk over mijn boek geschreven is, kan ik dat niet makkelijk naast me neerleggen. Daarom heb ik van de week heel drastisch het besluit genomen om mijn Goodreads-app van mijn telefoon te halen.  

Negatieve meningen moeten er ook zijn. Ik denk dat Goodreads voor lezers onderling heel leuk is, want daar kunnen ze elkaars meningen over boeken lezen. Als auteur kan het beter zijn daarbij uit de buurt te blijven. Dat heb ik eigenlijk nu pas door. Er is ook wel verschil met recensies op Instagram. Die zijn over het algemeen wat vriendelijker en enthousiaster. Op Goodreads lijkt de laatste jaren meer kritiek te komen. Ook denk ik dat lezers kritischer zijn dan een aantal jaar geleden.” 

Je schrijft Young Adult-boeken, waarvan jongeren de grootste doelgroep zijn. Waarom ben je Young Adult (YA) gaan schrijven? 

“Van de eerste boeken die ik schreef, was ik overtuigd dat het boeken waren voor volwassenen, maar de mensen die het lazen zeiden dat het meer boeken waren voor jongeren. Eerst zette ik me daartegen af, want ik wilde graag voor volwassenen schrijven. Maar ik was zelf pas halverwege de twintig en voelde me nog helemaal niet volwassen. Ik weet eigenlijk niet waar ik het over heb, dacht ik. Toen probeerde ik eens voor jongeren te schrijven en tijdens het schrijven merkte ik dat het veel meer klopte.” 

Je werkt op dit moment ook aan een kinderboek. Hoe verschilt dat van het schrijven van Young Adult? 

“Een kinderboek schrijven is heel anders dan het schrijven van Young Adult-boeken, waaraan ik gewend ben. Daarom heb ik lang uitgesteld om aan het kinderboek te beginnen: ik was bang dat het niet zou lukken. Een tijdje geleden ben ik toch begonnen en ik merkte na het eerste hoofdstuk al dat ik het verschrikkelijk fijn vond om te doen. Bij het schrijven van een kinderboek heb je veel vrijheid qua fantasie. Het hoeft niet allemaal écht te kunnen. In een YA-thriller moet alles juist wel kloppen en aannemelijk zijn. Young Adult-lezers zijn heel kritisch.” 

Young Adult is vrij nieuw in Nederland. Wat merk je van de populariteit van het genre?

“Ik heb het idee dat YA sinds twee jaar meer upcoming is. Dat zie je aan Young Adult-evenementen die regelmatig georganiseerd worden. Vergeleken met de aandacht die auteurs van boeken voor volwassenen of kinderboeken krijgen, heb je soms het gevoel dat je ertussenin hangt, maar de aandacht is aan het groeien. 

Ik heb wel het idee dat schrijvers en lezers van literatuur soms neerkijken op alles wat daaronder valt. Dan denk ik: het gaat er toch om dat mensen lezen? Op middelbare scholen zie je dat je jongeren niet snel aan het lezen krijgt met literaire boeken.” 

Sommige mensen vinden dat Young Adult-boeken op de leeslijst zouden moeten staan. Zo schreef Nynke de Jong daar in maart een column over in het AD. Ben je het hiermee eens? 

“Ja, eigenlijk zou Nederlandse YA goedgekeurd moeten worden voor de leeslijst. Vooral oudere leerkrachten vinden Young Adult een marketingterm en willen dat jongeren vooral klassieke literatuur lezen. Maar als je leerlingen hebt die al niet van lezen houden, ga je ze daarmee niet aan het lezen krijgen. Geef ze boeken die voor hun doelgroep bedoeld zijn, zodat ze erachter kunnen komen wat voor boeken ze echt leuk vinden. Wie weet wat ze daarna nog gaan lezen. Veel mensen stoppen tijdens hun middelbareschooltijd met lezen en niet iedereen pikt het daarna weer op. Gelukkig merk je wel verschil in de nieuwe lichting docenten Nederlands. Uiteindelijk gaan er dingen veranderen.”

Naast schrijven maak je ook een podcast, samen met collega-auteurs Laura Diane, Pamela Sharon en Astrid Boonstoppel. Hoe is dat ontstaan? 

“We zijn vorig jaar oktober met de podcast I Write BetterThan I Talk begonnen. Laura en Pamela kwamen met het idee. We hadden met z’n vieren al contact gehad via Instagram, over onze ervaringen als YA-auteur en hoe we die zouden kunnen delen. Laura en Pamela zeiden: ‘Zou het niet leuk zijn om een podcast te beginnen?’ Ze hebben Astrid en mij erbij gehaald en we zijn er eigenlijk meteen mee begonnen, met heel weinig voorbereiding. De eerste aflevering hebben we bijna direct online gezet. Daar werd heel enthousiast op gereageerd.  

In het najaar willen we beginnen met seizoen 2. We hebben wel plannen om de podcast groter te maken. We merken dat ook wanneer we geen opnames hebben, en gewoon veel op social media doen, er nog steeds belangstelling voor is. En we zijn nog lang niet door onze onderwerpen heen.” 

Wat zijn je schrijfplannen voor de toekomst? 

“Ik wil binnen het thrillergenre verschillende subgenres uitproberen. Ik heb al een whydunit en een whodunit geschreven, maar wil ook nog wel een actiethriller schrijven en een slasher-thriller, want ik ben zelf erg fan van Scream. Daar wil ik eigenlijk dit najaar al mee beginnen. Al die subgenres lijken me heel leuk, en ik zou niet willen dat elk boek dat ik schrijf uiteindelijk hetzelfde trucje is. Binnen het thrillergenre wil ik me blijven vernieuwen. 

Het schrijven van kinderboeken blijf ik ook doen en is de tegenhanger. Dat is echt fantasy, meer een sprookjesverhaal. Mét een beetje spanning erin. Dat gaat bij mij automatisch.” 


Voor het eerst verschenen in Bazarow Magazine

Boeken van deze Auteur: