"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Een winter vol verhalen

Een literaire toverdoos

[Recensie] “Een onweerstaanbare literaire toverdoos”: zo wordt dit boek Een winter vol verhalen in het voorwoord door de uitgever aangekondigd. Er werden 50 schrijvers benaderd en hun bijdragen werden hier in alfabetische volgorde geplaatst. “Er was geen vooropgezet idee, geen specifieke vraag”, de enige aanwijzing is dat de bijdragen tussen de 1500 en 5000 woorden dient te zijn.

Het resultaat is een rijk geschakeerd palet aan verhalen van zeer uiteenlopend karakter. Er zijn verhalen die doen denken aan het klassieke kerstverhaal dat een goede afloop kent zoals dat van Thera Coppens Het gedroomde model dat gaat over een schilder en zijn leerling die werken aan de opdracht Aanbidding van het Goddelijk Kind. Een mooi maar ook enigszins voorspelbaar verhaal dat wel zeer geschikt is voor de kerstdagen en een zinvolle moraal heeft.

Frits Abrahams vertelt een kerstverhaal in moderne trant waarin ook een bepaalde boodschap zit. De sfeer is totaal anders; het verhaal gaat over een schrijver die plagiaat heeft gepleegd en een journalist die dit ontdekt. Een prachtige wending is de reactie van de vrouw van de journalist die de slotzin vormt waarin alles samenkomt: “Laat het gaan. Maak er een verhaal van”, pag 25.

Jeroen van Kan actualiseert op verdienstelijke maar ook wat voor de hand liggende wijze het bijbelverhaal van de kindermoord in Bethlehem. Hij vertelt over de soldaat Filippus in dienst van koning Herodes. Het verhaal heeft een aangrijpend einde waarin de lezer Filippus anders leert kennen.

Boekenkrant

Een schitterend plot heeft het verhaal Het chateau van Maarten Asscher over twee vrienden waarvan de één voortdurend pocht over zijn kasteel in Frankrijk. De ander komt er ter plaatse achter dat de werkelijkheid heel anders is en confronteert hem daar mee. De ontdekking wordt door beide vrienden schitterend opgevangen.

Het is natuurlijk persoonlijk maar ik heb ook diverse verhalen gelezen die mij niet zo konden boeien. Ze misten spanning, humor of karakter, ze waren een wat droge aaneenschakeling van feiten zoals het verhaal Couscous voor broer gek van Abdelkader Benali.

Ook zijn er merkwaardige verhalen met een specifieke, wat melancholische sfeer die de lezer misschien wat treurig stemmen zoals Hotel Adler van Merijn de Boer dat ook wat trekjes van een thriller heeft. Ook Engelenhaar van Peter Buwalda is wat bizar, al noemt hij het zelf aan het begin een kerstverhaal. Jaap Goedegebuure schreef Schipper naast God, een verhaal met sterk religieuze trekken dat misschien juist daardoor niet overtuigend overkomt.

Diverse verhalen zijn persoonlijke herinneringen zoals Vliegen vangen van Jan Brokken, en Heimwee van Jeroen Brouwers. Beide verhalen spelen in Indonesië kort na de oorlog. Wim Hazeu haalt herinneringen op aan zijn ervaringen als uitgever met Gerard Reve en Tom Lanoye vertelt over vakantie in zijn jeugd in Zeeuws-Vlaanderen. De bijdrage van Cees Nooteboom bestaat uit fragmenten uit zijn dagboek van 1971. In het jeugdverhaal van Max Pam speelt de kerstboom ook een belangrijke en zelfs dramatische rol. Rob Schouten vertelt ook over zijn jeugd onder de titel Achterbuurten, slechte mensen. Zijn herinneringen zijn overigens minder negatief dan de titel suggereert.

De actueel getinte bijdrage van Ian Buruma heeft een fascinerende titel De grote satan en is niet zozeer een verhaal maar een beschouwing over de verkiezingen in de Verenigde Staten. Ook Nicolaas Matsier vertelt niet echt een verhaal maar houdt een wat kunsthistorisch getinte verhandeling over de kerststal.

Maarten ’t Hart heeft een breed uitgesponnen verhaal Het kerstconcert dat autobiografische trekken heeft. Het maakt de indruk echt gebeurd te zijn maar de verhandeling – een ontmoeting met een nogal zelfbewust jongetje – komt wat onnatuurlijk over.

Poëtische bijdragen zijn er van Judith Herzberg, Anton Korteweg, Neeltje Maria Min, Jean Pierre Rawie en Marjoleine Vos.

Het meest hilarische verhaal is van Gijs Scholten van Aschat, getiteld Oom Louis. Schitterend is de beschrijving hoe hij beneveld op de logeerkamer in bed stapt waar ook oma ligt te slapen. Bijzonder plastisch en humoristisch is de beschrijving van wat er vervolgens gebeurt met een schitterende slotzin als afsluiting.

Een onweerstaanbare literaire toverdoos? Een aantal verhalen is inderdaad charmant en intrigerend. Andere verhalen laten niet zo’n onuitwisbare indruk achter, enkele verhalen boeien nauwelijks en een enkel verhaal is misschien wel onuitstaanbaar te noemen. Maar een “toverdoos” is dit boek zeker.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Enquête. Bazarow en De Leesclub van Alles zoeken de nieuwe leeslijst Nederlands. Doe je mee? Welke boeken van nu moeten jongeren volgens jou zeker lezen. Laat het ons hier weten: https://lnkd.in/dBRuAUX. Invullen kan tot en met 26 november.