"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Een zoon voor de führer

Woensdag, 1 januari, 2020

Geschreven door: Roel van Duijn
Artikel door: Henk Slechte

De nazi-utopie van Julia Op ten Noort

[Recensie] Julia Op ten Noort (1910-1996) was een aantrekkelijke en spirituele vrouw die opgroeide in een adellijk gezin met actieve nationaalsocialistische sympathieën. Ze was actief in de Oxford Groep, beter bekend als de Morele Herbewapening, ontmoette in 1934 Heinrich Himmler en sloot vriendschap
met Meinout Rost van Tonningen (op wie ze verliefd was); zij stelde hem aan Himmler voor. Julia werd in 1937 lid van de NSB en bezocht met partijkameraad Rost in Neurenberg de partijdagen van Hitlers en Himmlers NSDAP. Ze voelde zich thuis bij de radicale antisemitische SS-kant van het nationaalsocialisme. In Nederland richtte ze de Nationaal-Socialistische Vrouwen Organisatie op, en ze was tijdens de oorlog directrice van de Reichsschule für Mädel, een school voor de nazi-elite.

Julia’s fanatieke nationaalsocialisme en antisemitisme is eerder door
Machlien Vlasblom in een doctoraalscriptie (2007) geanalyseerd. Van Duijns rode draad is Julia’s motief om (letterlijk) een zoon voor de Führer te baren: het scheppen van een nieuw, superieur mensenras. Ze had een voorliefde voor foute nazi-mannen onder wie Pieter Schelte Heerema, van wie ze in 1943 zwanger was; of de baby is geboren, is onduidelijk. Van Duijns zoektocht naar de vader van Julia’s zoon Heinrich die in 1944 geboren werd, leidt wel tot kandidaten, maar niet tot resultaat. Julia heeft haar zoon nooit verteld wie zijn vader was. Heinrich, die in 1989 vermoedelijk zelf een eind aan zijn leven maakte, geloofde dat het Himmler was. Lang is aangenomen dat dat klopt, maar dat is zeker niet het geval. Himmler was wel Heinrichs peetvader en heeft gezorgd dat de ongetrouwde Julia kon bevallen in een Lebensborn Haus, waar Duitse vrouwen ‘raszuivere kinderen’ baarden. Na haar gevangenisstraf vertrok Julia in 1949 naar Duitsland. Ze nam geen afstand van het nationaalsocialisme, maar werd wel weer spiritueel actief.

Roel van Duijn, oud-provo maar ook historicus, beschrijft op grond van archiefmateriaal, brieven en veel gesprekken de levens van Julia en haar zoon indringend. Hij waarschuwt eerlijk maar ook terecht dat hij soms op de rand balanceert als hij leven en motieven van Julia met die van hemzelf vergelijkt: zoeken naar een utopische maatschappij, maar wel langs tegengestelde wegen. Hij werkt dit uit in een losstaand essay, maar het is soms hinderlijk in het boek zelf dat de biograaf vaak persoonlijk opduikt.

Yoga Magazine

Eerder verschenen in Geschiedenis Magazine