"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Eens ging de zee hier tekeer

Woensdag, 4 maart, 2020

Geschreven door: Eva Vriend
Artikel door: Evert van der Veen

Het verhaal van de Zuiderzee en haar kustbewoners

[Recensie] De auteur is een ‘polderdochter’ maar zij heeft zich na een eerder uitgegeven boek over de polder nu volledig ingeleefd in de vissersplaatsen aan de voormalige Zuiderzee. Dit boek brengt de lezer intensief in contact met mensen van vroeger en nu uit deze streek. Vriend heeft daar veel werk van gemaakt en interviewde zo’n 100 mensen en richtte speciaal voor dit boek vertelcafés op. Zo was zij in staat om vele verhalen te verzamelen en dit boek vol menselijke verhalen is daar de rijke neerslag van. Dat is de kracht maar hier en daar ook de zwakte van dit boek wanneer in al die menselijke gebeurtenissen de grote historische lijn wat minder duidelijk aanwezig is.

In het boek volgt Vriend vier vissersfamilies op Urk, in Volendam, Spakenburg en Wieringen. Het boek gaat uitgebreid in op de diverse generaties, hun onderlinge economische relaties en persoonlijke gebeurtenissen.

Toen de Afsluitdijk in 1932 werd gesloten, veranderde het leven van deze mensen ingrijpend en de overheid heeft daarbij weinig hulp geboden. Het perspectief veranderde: “Amsterdam keerde de Zuiderzee de rug toe. Van een belangrijke toegangspoort tot Nederland vielen de Zuiderzee en haar kustplaatsen terug tot een regio in de marge”, pag. 24. In dit citaat is de grote economische verandering kernachtig samengevat.

In de periode van de Tweede Wereldoorlog is er smokkel en zwarte handel. Na de oorlog wordt het aantal vergunningen voor vissen op het IJsselmeer gehalveerd en sindsdien neemt de visserij in dit gebied sterk af. Uiteindelijk draagt deze weinig meer bij aan de bedrijvigheid in de voormalige visserijplaatsen. Vissers verleggen hun koers naar de Noordzee, doen investeringen in steeds grotere en duurdere schepen.

Dans Magazine

“De droogleggingswerkzaamheden versnelden het overgangsproces dat de oude gemeenschap toch al zou doormaken in een Nederland dat na de oorlog in alle opzichten groeide en moderniseerde. De visserijgemeenschap zo sowieso uit elkaar vallen. De jongere generaties zouden hoe dan ook ander werk zoeken”, pag. 170.

Indringend zijn de verhalen over vissers die ‘op zee bleven’ zoals men dat noemt zoals de Urker vissers die in 1954 verdronken, de UK 63 die in 1976 verging. De spanning en het verdriet die dergelijke gebeurtenissen met zich meebrengen, zijn voelbaar.

Het boek beschrijft ook de nieuwe vormen van bedrijvigheid die zich in een aantal plaatsen ontwikkelen. Een aantal vissers zetten nieuwe ondernemingen op die in een aantal gevallen – bakkerij en cv installatie-bedrijf in Spakenburg – uitermate succesvol zijn.

De auteur geeft tussen de bedrijven door uitleg over het leven aan de Zuiderzee: de verschillende vissoorten en de veranderingen na het ontstaan van het IJsselmeer, de groei van de visserij in de 19e eeuw, de hoogte- en dieptepunten in de 20e eeuw en de economische gevolgen voor de bevolking, het opkomende toerisme in het begin van de 20e eeuw waarvan Jac. P. Thijsse zegt: “Marken, Volendam, Edam, Monnickendam trekken jaar in jaar uit duizenden vreemdelingen, die hier allemaal het verkeerde idee komen opdoen dat Nederland voornamelijk bestaat uit doode steden en raar aangekleede visscherlui”.

Ontwikkelingen in het meer recente verleden komen ook ter sprake zoals het visserijakkoord van 1983 dat in Brussel wordt gesloten, de quota en de financiële en emotionele druk die dit geeft. Ook illegale praktijken waarin de quota worden ontdoken en zelfs drugssmokkel komen ter sprake.

De onderlinge verbondenheid blijft in oude vissersplaatsen als Bunschoten-Spakenburg, Urk en Volendam sterk. De brand in de nieuwjaarsnacht in café De Hemel in Volendam krijgt ook aandacht evenals de criminaliteit en het drankgebruik. Het christelijk geloof speelde en speelt in deze plaatsen een belangrijke rol en dit geldt met name voor Urk waar dit in feite nog maar is veranderd. In de andere plaatsen neemt de zuiderzeenostalgie deels de rol van religie over. Mensen spreken over de ‘prachtige visserijtraditie’.

De auteur staat ook stil bij politieke verschuivingen en de belangstelling voor ultra-rechtse partijen.

Kenmerkend voor de oude vissersplaatsen is de sterke gemeenschapszin waardoor men tegenslagen kan overwinnen en de krachtige ondernemersgeest waarbij men gehecht is aan familiebedrijven.

Dit boek schetst een levendig beeld van mensen in vissersplaatsen rond de voormalige Zuiderzee.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Het eiland van Anna

Eens ging de zee hier tekeer

De helpende hand