"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Geborgen bladzijden

Vrijdag, 3 maart, 2017

Geschreven door: Alexandra Zapruder
Artikel door: Henk Slechte

Oorlogsdagboeken van jonge schrijvers

[Signalering] Alexandra Zapruder kwam tijdens haar werk bij het United States Holocaust Memorial Museum in Washington in aanraking met de oorlogsdagboeken van Europese Joodse tieners. Ze werd daardoor zo geraakt dat ze op zoek ging naar nog meer of andere onbekende dagboeken. Ze bedacht daarnaast hoe ze deze ontroerende en tegelijk ook historisch belangrijke teksten zou kunnen en willen plaatsen binnen het enorme terrein van de literatuur over en het onderzoek naar de Holocaust. Zapruder besloot de teksten niet alleen te lezen en uit te geven als symbolen van verloren gegane jonge levens en als bijdragen aan het historische en literaire dossier van de Holocaust. Haar doel was juist om de jonge dagboekschrijvers met hun allerpersoonlijkste ervaringen alsnog te laten deelnemen aan het publieke debat. Ze publiceerde vanuit die optiek in 2002 een bloemlezing van fragmenten uit de dagboeken als eerste versie van Verborgen Bladzijden.

Het boek en zijn samenstelster werden actief in het onderwijs over de Holocaust, wat in 2015 leidde tot een ingrijpend herziene uitgave. Zapruder heeft de meeste fragmenten geredigeerd, uitgebreid en indringend ingeleid met biografische informatie over de schrijver of schrijfster. Daarnaast heeft ze de verhalen in historische context gezet, zoals de plaats waar en de omstandigheden waaronder het werd geschreven. Ook geeft ze de betekenis van elk individueel dagboek voor de geschiedenis of de literatuur van de Holocaust. Omdat veel lezers mensen, plekken en gebeurtenissen in de dagboeken niet kennen, geeft ze die informatie in eindnoten. Alle veertien dagboeken zijn geschreven op verschillende plaatsen, meestal in een getto of op een onderduikadres.

Een indrukwekkend en ontroerend voorbeeld is het dagboek van Mozes Flinker. De 16-jarige, in Den Haag geboren en diep religieuze Mozes beschrijft vanaf 1942 de regels en verboden waarmee Joden te maken kregen, maar ook de onderduik van het gezin in Brussel. Hij beschrijft alles wat hij ervaart als een voortzetting van de geschiedenis van de joden vanaf de vernietiging van de Tweede Tempel in het jaar 70 via de diaspora tot aan zijn eigen belevenissen. Hij eindigt het dagboek bewust in september 1943, nog tijdens de onderduik in Brussel. Na verraad zijn de Flinkers uiteindelijk in Bergen-Belsen terecht gekomen, waar Mozes in 1945 is gestorven. Het originele dagboek is later teruggevonden op het onderduikadres en is in bezit van de familie.

Ons Amsterdam

Eerder verschenen in Geschiedenis Magazine


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.