"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

God bestaat niet en Jezus is zijn zoon

Zondag, 22 oktober, 2017

Geschreven door: Klaas Hendrikse
Artikel door: Annabel Junge

Christus voor atheïsten

[Recensie] “Christelijk gesproken heeft het christendom enorme mazzel gehad.” Deze woorden zijn een citaat uit het nieuwste boek van Klaas Hendrikse, vrijzinnig predikant in Middelburg en Zierikzee en hartstochtelijk atheïst: God bestaat niet en Jezus is zijn zoon. in 2011 uitgegeven bij uitgeverij Nieuw Amsterdam. Daarmee is meteen de toon gezet in dit boek.

De kern van dit boek is dat het christelijk geloof, zoals het doorgaans beleden wordt in wezen niet de juiste interpretatie is, aldus Hendrikse. Sterker nog, het christendom is eigenlijk helemaal niet nieuw, maar draagt sporen in zich van oude zonnereligies, zoals die bekend waren bij de Babyloniërs, Egyptenaren en andere oude culturen. Deze sporen zijn zelfs eerder al in het Oude Testament te vinden. Als voorbeeld haalt Hendrikse Mozes aan. Hij kon God niet van aangezicht tot aangezicht ontmoeten vanwege de enorme straling, die hem dan zou verblinden. Volgens de auteur refereert dit Godsbeeld zonder meer aan de zon. Maar er zijn meer voorbeelden.

In het eerste gedeelte van zijn boek voert Hendrikse de lezer met grote stappen langs delen van het Oude Testament, voornamelijk de periode rondom de Babylonische Ballingschap, om zijn theorie aangaande de ontstaansgeschiedenis van het godsbeeld, zoals wij dat thans kennen, aannemelijk te maken. Dat godsbeeld kwam voort uit de voorouderverering, toen de mensheid aan hen goddelijke krachten toedichtte. De conclusie, die dan haast onvermijdelijk volgt, is dat oude mythen een belangrijke voedingsbodem waren voor Bijbelboeken als Genesis en daar blijft het niet bij.

Ook Jezus was van oorsprong een heidense mythische figuur. De kerk mag Jezus Christus dan in één adem noemen, Hendrikse vindt dat daarin een onderscheid gemaakt dient te worden. Jezus werd pas Christus na zijn dood, toen zijn leer levend werd gehouden. Er bestaan verhalen in overvloed van een stervende en herrijzende god en die invloeden vermengd met Joodse elementen vormden het uiteindelijke verhaal van Jezus. Het was Paulus, die het verhaal van de lijdende Messias ontwikkelde en de evangelisten voegden daar hun eigen meningen aan toe om de verhalen in te passen in het Joodse christendom. Hendrikse stelt daarom als conclusie in zijn boek dat het christendom eerder een heidenschristelijke traditie dan een joods-christelijke traditie kent. Echt baanbrekend is deze opvatting over Christus als mythisch figuur overigens niet. Diverse onderzoekers gingen Hendrikse al voor. Charles Vergeer bijvoorbeeld concludeerde in zijn boeken dat Jezus in eerste instantie gekomen was om het Joodse koningschap op zich te nemen en niet zo zeer voor de rol van religieus meester. Daarmee ontnam hij Jezus in feite eveneens de goddelijkheid, die hem eeuwenlang toegedicht werd.

Boekenkrant

Hendrikse schreef eerder al het boek Geloven in een God die niet bestaat en dat leidde toen tot heftige discussies. Met dit boek zal het niet veel anders gaan, dat kan rustig gesteld worden. Hendrikse lijkt een man, die graag discussies wilt aanwakkeren. Niet om zijn mening aan de omstanders op te leggen, want zo zegt hij zelf: “Ook al heb ik soms een vermoeden hoe het duizenden jaren geleden eraan is toegegaan, het blijft niets meer dan een vermoeden”. Nee, Hendrikse is bezig met een zoektocht en vanuit die zoektocht komt hij tot veronderstellingen. Het zijn die inzichten, die hij andere zoekenden – zowel gelovigen als niet-gelovigen – ook wil voorleggen. Een houding, die wel vraagt om respect, want er zijn tegenwoordig inderdaad velen, die op zoek zijn van een nieuwere en wellicht betere definitie van God.

Of die veronderstellingen van Klaas Hendrikse werkelijk controversieel zijn, hangt af vanuit welk oogpunt je zijn visies bekijkt, namelijk vanuit de traditionele kerkleer of vanuit meer moderne stromingen. Feit is dat de kloof tussen de maatschappij en de traditionele kerk gestaag groter wordt. Steeds vaker is geloof niet meer een vanzelfsprekend iets en zij, die geloven aanvaarden niet meer blindelings wat vanaf de kansel gepredikt wordt. Hedendaagse gelovigen zijn zelfstandige onderzoekers geworden, die op zoek zijn naar een nieuwe invulling van hun geloof, mede door de toenemende groei van spiritualiteit. De kerk evalueert daarin niet mee, ze blijft vasthouden aan het verleden. Doch anno 2011 valt er niet meer aan te komen met zaken als de maagdelijke geboorte of een lijfelijke opstanding na de dood.

De rol van de Tweede Wereldoorlog, die speelt bij deze verandering van de opvatting over God valt beslist niet te onderschatten. Dat concludeert ook Klaas Hendrikse. Legio mensen stellen immers tot op de dag van vandaag de vraag waar God te vinden was in de concentratiekampen en tot op heden blijft het antwoord op die vraag achterwege. Toch is de gelovigheid niet minder geworden. Integendeel. Veel mensen hebben het idee dat “er wel iets is tussen hemel en aarde”, maar omdat nu meteen te bestempelen als God voert vaak net te ver. Dat leidde tot een nieuwe naam voor religie, ze heet nu wat algemener “ietsisme”. Een ietser is een gelovige, die gelooft dat een transcendente maar onbenoembare kracht ten grondslag ligt aan al het bestaande zonder dat hij/zij daarbij een bepaalde religie aanhangt en dat leidt tot de vraag of deze gelovigen de kerk nog nodig hebben. Per slot van rekening keert de mensheid terug op het punt, waar het allemaal mee begon: de “oertranscendentie”bij Adam. Maar ook hierin kan Hendrikse niet meegaan. Hij zou wel willen geloven, maar hij kan het niet. Dat is teveel gevraagd van hem en hij stelt het nog scherper. Als God niet bestaat, is er ook geen hiernamaals. Als een goede atheïst blijft hij consequent, dat moet gezegd worden.

God bestaat niet en Jezus is zijn zoon is geschreven in heldere taal, hier en daar gelardeerd met humor en daarom voor iedereen toegankelijk, ofschoon zeker niet iedereen zich tot het boek aangetrokken zal voelen. Maar dat is ook niet de opzet van de auteur geweest. Het boek bevat niet per definitie de waarheid, wel draagt bij tot dieper nadenken over het fenomeen christendom en tot het opnieuw vorm geven van de definities God en geloof. God bestaat niet en Jezus is zijn zoon zal het geloof in wie, wat of waarin ook zeker niet wegnemen. Immers, voor wie vasthoudt aan het traditionele christelijke geloof, omdat hij/zij zich veilig voelt binnen deze oude tradities, zal zich niet wagen aan dit boek. Maar voor de zoeker en de criticus zal dit boek veeleer een bevestiging zijn van iets wat zij al vaak gedacht hebben, maar nooit hardop durfden te zeggen. Dat wil zeggen de mystificatie van Jezus. Voor het geloof in een hiernamaals geldt hetzelfde als voor het geloof in een hogere macht. Ook dat zal niet meteen verdwijnen na het lezen van dit boek. Daarvoor heeft een deel van de mensheid teveel behoefte aan troost, terwijl een ander deel door persoonlijke spirituele ervaringen van dit bestaan overtuigd is. Slechts een atheïst zal zich volledig kunnen vinden in de opvattingen van Klaas Hendrikse, maar daarom is dit boek niet minder interessant. Wanneer we boeken als God bestaat niet en Jezus is zijn zoon gaan vermijden, zijn we net zo star als de kerk en daarvoor is de maatschappij inmiddels teveel veranderd.

Eerder verschenen op hetleveniseeuwig