"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het diner

Zondag, 22 december, 2019

Geschreven door: Xenophon
Artikel door: Bart Deckx

[Recensie] 385 v.C.: Plato schrijft het Symposium, een van de beroemdste teksten van de Griekse filosofie. In een drinkgelag geven negen personages hun visie op Eros. Veel minder bekend is het 25 jaar later geschreven Het diner van Xenophon. Ook hier vormt een ludieke samenkomst de setting om erotiek, roddel en filosofie te laten samensmelten. 

Xenophon is beroemd en berucht geworden als politicus en veldheer – maar zoals veel welvarende Atheners uit de vierde eeuw gaf hij ook aandacht aan filosofie. In zijn rond 360 v.C. geschreven Het diner komen tien personages rond 430 v.C.  enigszins tegen hun zin samen bij de steenrijke Kallías die een diner geeft voor zijn vriendje Autólykos.

“Voor filosofische diepgang moet je bij Xenophon niet wezen, maar des te meer voor een scherpe karakterisering van de bij de vertelling betrokken personages, voor een nuchtere kijk op de in het klassieke Athene vigerende maatschappelijk en seksuele verhoudingen (…)”, zo erkent ook vertaler Christiaan Caspers in de inleiding. De gasten spreken over drank, seks, het lichamelijke, vrouwen, sport, paarden en… uien. Heel even besluiten ze het gesprek naar een hoger niveau te brengen. De gastheer vraagt elke deelnemer zijn waardevolste eigenschap te noemen. Gerechtigheid, schoonheid, een goed geheugen… worden genoemd en besproken. Maar Socrates, die antwoordt zo: “Ik ben een pooier.” Echt hoogstaand wordt het gesprek nooit.

Ze zijn ruw en grofgebekt tegenover elkaar. Wanneer Socrates de vrouw bejubeld, werpt zijn leerling Antisthénes hem het volgende voor de voeten: “Waarom doe je dan niet wat aan die Xanthíppe van jou, in plaats van te hokken met zo’n beetje het meest onaangename vrouwmens aller tijden?” Homoseksualiteit en pedoseksualiteit worden openlijk besproken. Het feest eindigt dan ook met een erotisch toneeltje.

Foodlog

Voor de politicus Xenophon was de filosofie slechts een vrijetijdsbesteding. Het diner is inhoudelijk dan ook een “reeds bij voorbaat verloren krachtmeting met Plato’s meesterwerk”, aldus Caspers. Het blijft allemaal te vrijblijvend. Maar waar het werk filosofisch te kort schiet, biedt het een klare kijk in de leefwereld van de welgestelde Atheners van de vierde eeuw voor Christus. Erotiek en seksualiteit, hebzucht en afgunst, gulzigheid en drankzucht, Xenophon beschrijft het allemaal in de ruwste bewoordingen. De manier van vertalen verscherpt die ruwheid nog meer. Geen eufemismen, geen verzachtende woorden, maar stevig taalgebruik als ‘loverboy’ en ‘afzeiken’. De waarde van Het diner blijft dan ook beperkt tot die van interessant tijdsdocument. 

Voor het eerst verschenen op De Leesclub van Alles