"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het Maastrichts experiment

Woensdag, 6 maart, 2019

Geschreven door: Annemiek Klijn
Artikel door: Peter van Dam

 Over de uitdagingen van een jonge universiteit (1976-2016)

[Signalering] De in 1976 opgerichte ‘RijksuniversiteitLimburg’ was een echt kind van de jaren ’70. Betrokkenen wilden meer dan een nieuwe universiteit voor het sterk gegroeide aantal studenten. In Maastricht hoopten ze een heel nieuw type universiteit op de kaart te zetten, waar een impuls vanuit moest gaan voor het Nederlandse hoger onderwijs. De nieuwe instelling moest vakrichtingen bij elkaar brengen, aanmoedigen om samen problemen op te lossen en maatschappelijk betrokken zijn. Dit moest ook een tegenwicht bieden tegen de toenemende specialisatie binnen de wetenschap.

Met een aantal hoofdrolspelers blikt Annemiek Klijn veertig jaar na dato terug op dit ‘experiment’. In hun ogen is het experiment geslaagd, maar ze zijn kritisch genoeg om ook de grenzen van het succes te zien. Al gauw ontstond er spanning tussen overtuigde vernieuwers en collega’s met andere ambities. Hoe innig de relatie tussen politiek en universiteit is, blijkt onder meer uit het Haags-Limburgse spel over de oprichting, de interne richtingenstrijd en de pogingen om nieuwe studierichtingen in huis te halen. De universiteit werd gaandeweg ‘normaler’, stelt Klijn. Anderen namen ideeën over, de scherpe kantjes van de vernieuwing sleten af. De universiteit wil zich blijven onderscheiden met een internationaal perspectief en aandacht voor de maatschappelijke context van wetenschap. Tegenwoordig valt ze vooral op door haar vele buitenlandse studenten, die deze universiteit een opleiding voor de Europese arbeidsmarkt belooft.

Eerder verschenen in Geschiedenis Magazine

Boekenkrant