"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het mysterie van de valse claims

Zaterdag, 9 april, 2022

Geschreven door: Hasko Dalen
Artikel door: Jan Stoel

Hoe een eigengereide antiheld zich stuntelend uit de misère redt

[Recensie] Dure merkhorloges hebben een bijzondere aantrekkingskracht op ‘eksters’ uit de criminaliteit. Bling, bling! In Het mysterie van de valse claims van Hasko van Dalen (1949) spelen ze ook een rol. Het is het tweede boek van deze auteur die in 2021 met de detective Het bedrog met de Amethyst succes had. Beide verhalen spelen zich af in Wenen. Wederom is privédetective Otto Klein het hoofdpersonage. Een dertiger die subtiel te werk wil gaan (zijn naam is niet voor niets Klein), verbanden legt, deduceert. 

Hij werkte ooit op de fraudeafdeling van een verzekeringsmaatschappij, was stadsgids in Wenen en volgde uiteindelijk een opleiding tot detective. Hij is gespecialiseerd in fraude en heling. Klein is regelmatig een einzelgänger, soms knullig en wat eigenwijs. Zijn manier van werken leidt regelmatig tot wrijvingen en conflicten. Op die manier heeft hij in zijn vorige avontuur zijn licentie voor detective verspeeld.

Klein is ingetrokken bij zijn vriendin Gaby Stubel. Wanneer hij gebeld wordt door een befaamde verzekeringsmakelaar in Wenen is hij blij dat hij een opdracht binnenhaalt. Er is door het hoofd controle, Biedermann, intern onderzoek gedaan naar schadeclaims wegens diefstal van kostbare merkhorloges. Er zit een luchtje aan die claims. Het lijkt erop of die horloges helemaal niet in het bezit van de eigenaars zijn geweest. Maar Biedermann is dood. De maatschappij wil opheldering, maar is bang voor reputatieschade. Klein wordt tijdelijk aangesteld als hoofd interne controle. 

Een klassieke whodunnit
Wat volgt is een verhaal in de vorm van een klassieke whodunnit. Van Dalen houdt alle verhaallijntjes keurig in de gaten, verstopt aanwijzingen in het verhaal, brengt je op een dwaalspoor en houdt de spanning vast. De nadruk ligt natuurlijk op het proberen te achterhalen hoe de dood van Biedermann in elkaar steekt en wat er achter die valse claims zit. De auteur laat de stad Wenen, maar ook andere plekken in Oostenrijk zoals Kirchberg en Brandenberg, een rol in het verhaal spelen. 

Hereditas Nexus

Dat maakt het verhaal authentiek. De locaties kloppen en je hebt daardoor de neiging op de bagagedrager van Klein te zitten en mee te gaan speuren, ze op te zoeken op internet. Je maakt op deze manier kennis met al die plekken als was het een vakantietrip. Maar het is soms wat te veel en leidt af van de plotontwikkeling

Klein komt in een wereld van belangen, chantage, moord, manipulaties en machtsmisbruik terecht. En – typisch Klein – hij maakt ook zijn foutjes. Zo laat hij zich verleiden door de ravissante Afrikaanse Tharsilla, die op haar werk last heeft van ongewenste intimiteiten. Of – zoals uit de epiloog blijkt – is ontrouw een deel van Otto’s werkwijze? Heeft Van Dalen de naam Tharsilla bewust gekozen? Tharsilla was samen met Emiliana in de zesde eeuw een van de zogenaamde maagdelijke heiligen.

Rondleiding in het zondige Wenen
Deze Tharsilla is net iets anders. Klein leidt haar rond in het zondige Wenen “langs de plekken waar Josefine Mutzenbacher (een prostituee aan het einde van de 19e eeuw, die via rijke en machtige klanten terechtkomt in de jetset van Wenen) en haar collega’s hun klanten vonden. Uitgebreid  vertelt hij over de gewoontes in haar tijd, het verschil tussen koude en warme hotels, waarop een krijtstreep op de Graben de standplaats van de hoertjes afbakende en natuurlijk over het bezoek van Casanova aan de bordelen van Spittelberg. Maar is zij te vertrouwen? 

Van Dalen kiest in het verhaal voor het ik-perspectief van Otto Klein. Dat maakt dat je in zijn hoofd kruipt en gaat voelen, denken en kijken zoals hij. Je leert hem goed kennen, met zijn sterke als zijn zwakke kanten. Zo is Klein eigengereid en voelt zich vrij wat losser met afspraken om te gaan om zo zichzelf wat prominenter te positioneren. 

De auteur heeft Wenen in zijn hart gesloten. Hij begint dit verhaal zelfs met Ein Wiener sonnet met deze regel ‘Die Donaustadt bleibt mich jeden Tag Inspiration geben’. Je kunt de twee Otto Klein-detectives lezen als een serie, maar ze zijn ook los van elkaar goed te lezen. Regelmatig grijpt Van Dalen terug op elementen uit zijn debuut. Bijvoorbeeld de verbindingen naar de muziek. Gaby zingt Otto toe met Verdammt, ich lieb’ Dich van Matthias Reim. Bij de eerste ontmoeting met Tharsilla klinkt Sweet Black Angel van The Rolling Stones. Zo neemt Van Dalen je mee op een spannende citytrip door Wenen met een pittige ontknoping. 

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Het geheim om voor te sterven

Het mysterie van de valse claims

Het bedrog met de Amethyst