"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het zout der aarde

Vrijdag, 8 januari, 2021

Geschreven door: Jozef Wittlin
Artikel door: Nico Hylkema

Roman vol terloopse en onheilspellende observaties

“In vredestijd brachten de burgers van de roemruchte stad Sniatyn heerlijke uren op deze stoelen door, een uiltje knappend, een glas bier drinkend of een pijp rokend, een kaartje leggend. Maar nu waren de stoelen lijden staties voor de veroordeelden. Alsof er maar één vonnis mogelijk was bij het laatste oordeel: de hel.”

[Recensie] Bijna op elke pagina van Het zout der aarde (1935) van de Poolse schrijver Józef Wittlin (1896-1976) vind je zulke terloopse en onheilspellende observaties. Niet voor niets geldt deze roman als een van dé beste romans van de twintigste eeuw. Het boek verscheen voor het eerst in het Nederlands in 1937 en verdween, ondanks erg goede kritieken, ras in de vergetelheid. Met de dreiging van een nieuwe oorlog, was de aanloop tot de eerste wereldoorlog wellicht niet zo´n geliefd onderwerp.

In de Nederlandse vertaling van Elias Boutelje was Het zout der aarde al enige tijd niet meer verkrijgbaar. Dankzij Madeleine Rietra, vicevoorzitter van het Joseph Roth Genootschap in Wenen, die in Wenen een lezing gaf over de vriendschap tussen Joseph Roth en Jósef Wittlin en daar een kleindochter van de schrijver trof, hebben we nu een nieuwe vertaling.

Vertaler Dirk Zijlstra tekende voor een schitterende hedendaagse. En zo kunnen we weer genieten van deze grote roman en concluderen dat hij niets aan zeggingskracht heeft verloren. Het is het verhaal van de Hoetsoel Piotr Niewiadomski, die rond het uitbreken van de eerste wereldoorlog een simpel bestaan leidt als soort baanwachter bij het onbelangrijke dorpsstation van Topory in een uithoek van het Oostenrijks-Hongaarse keizer-, en koninkrijk.

Boekenkrant

Piotr is analfabeet, bezit een half huis en een half stuk grond. De andere helft is van zijn in ongenade gevallen zus, die als prostituee de kost verdient in een nabijgelegen stad. Piotr is geen rebel. De keizer Franz Joseph is voor hem een soort God. En als deze keizer zijn lot bezegelt door hem op te roepen als soldaat in de losgebarsten oorlog, is dat voor Piotr een goddelijk bevel.

Wittlin´s beschrijving van het keizerrijk is vilein. De stupiditeit van de door inteelt aangetaste adel, die desondanks de top van het leger vormt, is soms hilarisch maar toch ook weer dieptreurig. Tenslotte verloren miljoenen soldaten het leven door die stupiditeit.

Het zout der aarde zou het begin zijn van een trilogie. Helaas moest Wittlin vluchten voor de nazi´s en verloor hij tijdens die vlucht het manuscript van de twee volgende delen. In New York probeerde hij tevergeefs die verloren delen alsnog te schrijven. Het lukte hem niet. Dat maakt deze roman evenwel niet minder.

Of de geschiedenis van het Oostenrijks-Hongaars nu nog relevant is, is wellicht niet de goede vraag. De teloorgang van een simpele Hoetsoelse ziel, ten gevolge van onvoorstelbare domkopperij van de elite in die tijd, is nu nog heel erg relevant. Al lezend zie je zoveel dingen, die nu zo bekend voorkomen, dat je bijna twijfelt aan het jaartal van verschijnen van de roman. Was het echt 1935? Het had zo de 21ste eeuw kunnen zijn.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub Van Alles