"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Hoor nu mijn stem

Vrijdag, 24 november, 2017

Geschreven door: Franca Treur
Artikel door: Nico Voskamp

Uit de schaduw van Wolkers en ’t Hart

[Recensie] Woede is niet de meest in het oog springende emotie in Hoor nu mijn stem. Hier wordt de stemming gezet met een melancholische, bijna verdrietige ondertoon. Verdriet over het zekerheidsverlies dat de gelovige treft als hij/zij voorbij Bijbelse teksten durft te kijken. Daarnaast herkennen we schaamte (door het ontbreken van wereldse kennis die de rest van de buitenwereld wel heeft), nieuwsgierigheid (naar die kennis), plezier (in zelfontplooiing) en door het boek heen een fijne luciditeit (analyserend). Geen wilde woede van Jan Wolkers, of verbeten woede van Maarten ’t Hart, om twee bekeerlingen te noemen.

Met al die gereedschappen én mildheid beschrijft Treur een verstikkende jeugd op het Zeeuwse platteland. Die wordt doorgebracht tussen de vrouwen daar, die met een door de kerk erin geramd schuldgevoel en een hoofd vol zinloze Bijbelteksten hun angstige bestaan volbrengen. Zeer invoelbaar blaast Treur dat milieu en de jeugd van hoofdpersoon Ina leven in.

De andere verhaallijn leert ons Gina kennen, in haar huidige leven. Dat is ook niet super plezierig te noemen. Ze heeft net gehoord dat ze kanker heeft, haar collega’s bij de radio zagen aan de poten van haar stoel en haar vriend heeft het uitgemaakt. Moderne vrouw die ze is geworden, zal ze nu zelf met al die toestanden moeten dealen.

Het boek is uiterst leesbaar. Treurs zinnen zijn kristalhelder en belangrijker, niet gespeend van humor. Een schijnbaar achteloze observatie van de oudere Gina in de trein: “De coupé was leeg als een oude kerk. Alleen achterin zat iemand chips te eten, aan het gekauw te horen een man.”

Pf

De jongere Ina in het Zeeuwse huis: “Het enige leuke van de nette kamer was opa z’n lekkere stoel. Daar bracht hij zijn pensioen in door. De koningin zat niet lekkerder dan mijn opa, en zijn comfort straalde ook op ons af. Zelfs de lichamen van de tantes kwamen ervan tot ontspanning. Op sommige avonden leek het erop dat geen van drieën ooit nog overeind ging komen, alsof de ondergang van de wereld al geweest was en ik alleen was overgebleven met de leeggelepelde advocaatglaasjes.”

We hoppen zo per hoofdstuk heen en weer tussen verleden en heden, chronologisch verteld, elkaar langzaam maar onontkoombaar naderend. Treur bouwt die twee werelden uitstekend op. We krijgen van binnenuit mee hoe een jonge vrouw de moed heeft om verder te willen in de wereld, daarvoor veel van haar zekerheden verliest maar er een ongekend vrijer wereldbeeld voor terugkrijgt. Alleen: weegt die vrijheid op tegen de kwijtgeraakte veiligheid van het oude leven?

De oudere Gina krijgt tijd genoeg om die vraag te onderzoeken als ze door omstandigheden in haar ouderlijk huis terugkomt. Ze verzorgt daar haar ‘Tante Ma’ die haar aftakeling – zoals alles – met rotsvast geloof blijmoedig draagt. Gina kan daar alleen haar nieuwe ongeloof tegenover zetten en wordt zo gedwongen haar oude leven te vergelijken met haar nieuwe. Ze is nu eenmaal losgekomen van het geloof, heeft dogma’s doorgeprikt, zekerheden achter zich gelaten. Wolkers en ’t Hart achterna.

Ook gepubliceerd op Nico’s recensies


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Hoor nu mijn stem

Hoor nu mijn stem

De woongroep