"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

IJsbrood

Donderdag, 5 september, 2013

Geschreven door: Owen Donkers
Artikel door: Carmen Meuffels

Ongecompliceerde jongetjesobservaties

‘Mijn moeder verdween op een maandag, twee dagen nadat ik wakker was geworden doordat ze gillend door onze straat rende.’ Dit vertelt de jonge, naamloze zoon des huizes, die van de een op de andere dag zonder moeder moet leren leven. In IJsbrood, de novelle van Owen Donkers, peinst hij over haar plotselinge verdwijning en bereidt hij zich voor op het Nederlands damkampioenschap voor middelbare scholieren. Verder gebeurt er weinig. Lukt het Donkers om met weinig gebeurtenissen en een even gering aantal personages een boeiend verhaal af te leveren?

Wie IJsbrood wil samenvatten, kan met een paar zinnen af: een jonge scholier merkt op dat zijn moeder ineens – zonder enige verklaring – is verdwenen, daarbij hem, zijn zus en zijn vader achterlatend. Hij denkt hier soms over na, maar vaker is hij bezig met zijn favoriete hobby: dammen. Daarin is hij zo goed dat hij samen met drie schoolgenoten mag meedoen aan het Nederlands damkampioenschap.

Ongecompliceerde visie

De stijl is zoals je zou verwachten van een boek dat geschreven is vanuit het perspectief van een kind: simpel, met korte zinnen en weinig ruimte voor diepgaande (zelf)reflectie. Dat hoeft geen nadeel te zijn. De ongecompliceerde visie van een kind is, mits goed uitgewerkt, vaak juist verfrissend, vertederend en grappig. Dat laatste is IJsbrood zeker: in de waarnemingen van het jongetje herkent de volwassen lezer het sarcasme. Bijvoorbeeld wanneer hij beschrijft hoe het er op zijn school aan toegaat:

‘Op de montessorischool was het de bedoeling dat je zelfstandig aan het werk ging. Maar als je, zoals ik, de hele dag maar wat voor je uit zat te kijken was er ook niks aan de hand. Ik had een rekenboek en een schrift voor me liggen. Als de meester af en toe voorbijliep maakte ik snel een paar sommen. Hij was allang blij dat het stil was.’

Geschiedenis Magazine

Daartegenover komt de moeder-zoonrelatie niet volledig uit de verf. Het hoofdpersonage vertelt wel dat zijn moeder weggelopen is, en komt daar ook meermalen op terug, maar zijn gedachtes hierover overstijgen het niveau van de neutrale observaties nooit. ‘Ik vroeg me af of mijn vader wist waar mijn moeder was. Zo ja, of hij het ons ook zou vertellen. Zo ja, wanneer.’ Enzovoorts. Áls er al sprake van gemis of andere gevoelens is (wat mij niet onwaarschijnlijk lijkt in het geval van een jonge zoon), zijn die moeilijk uit de tekst af te leiden. Hierdoor mist het boek een diepere laag – een laag die de leeservaring had kunnen verrijken en het verhaal gedenkwaardiger had kunnen maken.

Tweevoudige spanning

Nu blijft het vooral een lange reeks van oppervlakkige observaties, die soms humoristisch zijn (zoals in het citaat hierboven), maar vaker doelloos voortkabbelen. Korte zinnen volgen elkaar op, terwijl niet altijd duidelijk is hoe dergelijke uitweidingen de plot ten goede komen:

‘Het verhaal over de oma was afgelopen. Iedereen ging aan het werk. Ik schroefde een pen uit elkaar en bestudeerde alle onderdelen. Stopte het veertje in mijn mond. Zette de pen in elkaar zonder veertje. Werkte niet. Haalde alles weer uit elkaar. Mijn oma woonde in Tiel.’

Desalniettemin wordt het lezen van IJsbrood nooit een vervelende ervaring. De korte zinnen die elkaar opvolgen beginnen voorspelbaar te worden, dat wel, evenals het gebrek aan een emotionele lading. Maar het gegeven dat in de eerste zin al meegedeeld werd (een moeder is gillend weggerend), zorgt voor een voortdurende spanning. Waarom is zijn moeder weggegaan? Waar ging ze naartoe? Komt ze nog terug, en zo ja, wanneer?

Spanning zit hem ook, zij het van een andere orde, in de ambitie van het jongetje om damkampioen te worden. Aangezien een groot percentage van het boek gewijd is aan zijn fantasieën hierover, en aangezien deze wél zeer geloofwaardig door Donkers beschreven worden (van een ontbrekende emotieve lading waar je je aan stoort is bij dit onderwerp immers minder sprake), kun je niet anders dan met hem meeleven. Je hoopt dat hij de finale wint – en je hoopt dat zijn moeder terugkeert, in die volgorde.

IJsbrood lezen is net als een trainingspartijtje dammen: een vermakelijke tijdsbesteding, maar geen ervaring die je je jaren later nog goed herinnert.


Eerder verschenen op Recensieweb


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Wat je zaait

Dryocopus

Auteur:
Owen Donkers
Categorie(ën):
Literatuur