"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Johannes van Dam

Zaterdag, 7 maart, 2020

Geschreven door: Jeroen Thijssen
Artikel door: Marlene Bijlsma

Een wat eenzame oude brompot

[Recensie] Deze keer geen recensie over een kookboek maar over een biografie. En wat voor één! Jeroen Thijssen schreef de biografie over Johannes van Dam, die in 2013 overleed. Zelf ken ik hem van de naar hem vernoemde prijs, zijn enorme bibliotheek aan kookboeken (nu in bezit van de UvA) en DeDikkeVanDam. Van Dam was onder restauranthouders beroemd en berucht vanwege zijn kritieken, hij kon een zaak maken of breken.

Het moet geen sinecure zijn geweest om Johannes van Dam zijn biografie te schrijven en ik ben benieuwd wat hij er zelf van gevonden zou hebben. Jeroen Thijssen schetst een portret van een man die korte tijd student was in de provotijd, wel van een snuifje hield (zoals blijkbaar iedereen in Amsterdam in die tijd) en al een moeilijke jeugd achter de rug had als kind van Joodse ouders met bovendien een jong overleden vader.
Na een afgebroken studie medicijnen en psychologie komt hij de in de boekenwereld terecht; als vertaler, boekverkoper en stripboekenliefhebber. Van kookboeken is pas sprake in de jaren 90 als hij gedurende zes jaar de “Kookboekhandel voorheen Titia Bodon” bestiert. Het is geen lang leven beschoren, mede vanwege zijn chaotische financiële boekhouding. Eigenlijk wilde hij geen boeken verkopen aan domme mensen en hij houdt eigenlijk ook niet van klanten. Wel houdt hij van zijn dan al uitdijende verzameling tweedehands kookboeken.

Nadat hij de kookboekenwinkel overdoet aan de huidige eigenaresse, Jonah Freud, begint zijn carrière als restaurantcriticus. En hoe! In juli 1988 verschijnt in Elsevier een vernietigende recensie over restaurant Parkheuvel in Rotterdam met chef-kok Cees Helder aan het roer. Later volgt een wekelijkse rubriek in Het Parool onder de naam Proefwerk, waarbij cijfers worden uitgedeeld. Een van de eerste prooien is Krasnapolsky waar hij samen met Joop Witteveen en diens partner Bart Cuperus dineert. In de loop der jaren wordt duidelijk dat hij niet houdt van ‘de versierziekte’ en ‘opgedirkte flauwekul’. Voor Wina Born, een van de eerste culinaire schrijfsters, heeft hij geen goed woord over, evenmin als voor de meeste collega recensenten trouwens.

Eerlijkheid en dé waarheid, het zijn zijn hele leven rotsvaste waarden. Op het maniakale af. Een moeilijke man en betweter (die nog vaak gelijk had ook) gebrouilleerd met menigeen en lijdend aan depressies. Het is geen vrolijk beeld wat Jeroen Thijssen schetst, wel vlot en smakelijk beschreven zonder onnodige opsmuk. Dat laatste zou Johannes van Dam in ieder geval bekoord moeten hebben. Mij bleef bovenal een beeld bij van een eenzame ietwat autistische brompot. Maar lees vooral zelf en vel je eigen oordeel.

Boekenkrant

Eerder verschenen op Kookboekennieuws.nl