"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Kernenergie als kans

Maandag, 29 april, 2019

Geschreven door: Janne Korhonen
Artikel door: Rijkert Knoppers

Tegenvallend studie over kernenergie

[Recensie] Onlangs verscheen Kernenergie als kans van de Finse auteurs Rauli Partanen en Janne Korhonen. De oorspronkelijke publicatie was in 2015 in het Fins verschenen, in 2017 actualiseerden de schrijvers de tekst, en nu is er dan de Nederlandse vertaling. Aanleiding voor het boek was, zo lezen we op de achterflap, de constatering dat het klimaatdebat gekenmerkt is door “een onjuiste presentatie van onderzoeksresultaten en door wensdenken over technologische wonderen.” Daarnaast zou er tijdens de maatschappelijke discussie een systematisch tekort zijn aan objectieve informatie over kernenergie, dat volgens het boek ‘s werelds belangrijkste CO2-vrije energiebron is. Kortom, deze tekortkomingen willen de schrijvers met deze publicatie graag verhelpen. Een ambitieuze opdracht die zij zichzelf stellen, maar slagen zij hierin? Lukt het energieconsultant Partanen en energieonderzoeker Korhonen om, zoals ze het zelf zeggen “gezichtspunten bij te dragen die voor de meeste mensen, zelfs voor experts, volslagen onbekend zijn”?

Allereerst valt op, dat concreet formuleren niet de sterkste kant is van het duo. Neem de zin (p.18/19): “Een groot aantal individuen en groepen die veel belang hechten aan het tegengaan van klimaatverandering doen er alles aan om een van de krachtigste oplossingen – kernenergie – uit te sluiten van onze zeer beperkte keuze aan beschikbare hulpmiddelen.” Welke individuen en groepen zouden de schrijvers bedoelen? Uit welk land? Van welke organisaties? En wat houdt het in dat zij “er alles aan doen” om kernenergie uit te sluiten? Schrijven zij ingezonden brieven, demonstreren zij of hanteren zij geweld om hun standpunt te promoten? En om welke beschikbare hulpmiddelen gaat het hier?

Even verderop lezen we: “De populaire media brengen energie uit hernieuwbare bronnen misleidend positief in beeld. Daardoor krijg je gemakkelijk de indruk dat het hier gaat om een volledig goedaardige en probleemloze manier om energie te produceren.” Het is allereerst de vraag welke populaire media Partanen en Korhonen hebben bestudeerd. Waarom in dit verband niet wat concreter? Maar het zal hen toch ook bekend zijn dat er volop discussie is over bijvoorbeeld het not-in-my-backyard probleem rond de plaatsing van windturbines en het verschijnsel dat inverters van zonnepanelen vaak dienst weigeren? Toch niet helemaal probleemloos, die duurzame bronnen!

Tamelijk irritant zijn de talloze verwijzingen naar ‘de’ milieugroeperingen en ‘de’ antikernergieactivisten! Om welke organisaties gaat het dan: de Finse milieuactivisten? Greenpeace? Friends of the Earth? Wereld Natuur Fonds? Wie het weet mag het zeggen.

Schrijven Magazine

Maar goed. Laten we deze onvolkomenheden maar even op de koop toe nemen en laten we ons liever concentreren op de centrale stelling van de Finse deskundigen, die luidt: duurzame bronnen als zon en wind leveren een te bescheiden aandeel aan de energievraag, dat aandeel zal nooit voldoende groeien en daarom is kernenergie noodzakelijk. Uiteraard is het niet gezegd dat zij met dit standpunt per definitie ongelijk hebben, maar het is spijtig om te moeten constateren dat ook wat betreft de onderbouwing van dit uitgangspunt de auteurs ernstig tekort schieten. Zo valt het op dat wat betreft duurzame energiebronnen het boek zich beperkt tot zonne- en windenergie, terwijl het aandeel van met name waterkracht buiten schot blijft. Met als enige uitzondering een grafiek op pagina 21. Daaruit blijkt dat waterkracht van de totale hoeveelheid opgewekte koolstofvrije energie in de wereldwijde energiemix tussen 1965 en 2015 verreweg het grootste aandeel heeft geleverd! Waarom lezen wij vervolgens nergens meer iets over deze ‘koolstofvrije bron’ en het grote aandeel in de mondiale energievraag die deze techniek kan leveren?

Opvallend is de constatering dat biomassa “de enige bron van hernieuwbare energie is die we kunnen omzetten in vloeibare brandstoffen.” Zouden de schrijvers nu echt nooit gehoord hebben van vloeibare waterstof, gemaakt via de elektrolyse van elektriciteit uit duurzame bronnen, een techniek die overigens al rond 1920 ontwikkeld is?

Ook op de opvatting dat zonne-energie te weinig elektriciteit kan opwekken voor de mondiale behoefte valt het een en ander af te dingen. Uit een scenario van het Duitse Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium DLR uit 2007 blijkt bijvoorbeeld dat als je ongeveer 0,6 procent van de 35 miljoen vierkante kilometer aan woestijnen ter wereld vol zet met Concentrated Solar Panels (CSP), ofwel spiegelcentrales, je voldoende elektriciteit kan genereren om aan de mondiale vraag aan stroom te voldoen! Zoeken op internet met de zoekterm ‘desert energy’ levert overigens ook diverse studies op rond het grootschalig gebruik van PV-zonnepanelen in de woestijn. Het is pijnlijk om te constateren dat Partanen en Korhonen aan de ene kant aankaarten dat er te weinig goede informatie rond het energievraagstuk beschikbaar is, maar dat zij tegelijkertijd dit soort essentiële informatiebronnen over het hoofd hebben gezien! Wie zich wil oriënteren op de mogelijke bijdrage van kernenergie aan de oplossing van het klimaatprobleem, zal met dit boek weinig opschieten!

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles