"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Leven en wandel van Zorbás de Griek

Vrijdag, 23 juli, 2021

Geschreven door: Nikos Kazantzakis
Artikel door: Christian Jongeneel

Ontmoeting tussen ratio en emotie

[Recensie] Door een blogje bij Mainzer Beobachter raakte ik geïnteresseerd in roman van Nikos Kazantzakis, die vooral in het collectieve geheugen beland is door de verfilming met Anthony Quinn in de hoofdrol en de talloze restaurants die zich er vervolgens naar vernoemden. Het boek komt absoluut los van de romantische clichés die eromheen hangen, maar uiteindelijk was ik toch niet erg onder de indruk.

Het verhaal gaat over een naamloze schrijver die wil laten zien dat hij meer kan dan mijmeren en daarom besluit een bruinkoolmijn op Kreta te kopen en te exploiteren. Op weg ernaartoe komt hij de avonturier Zorbás tegen, die het echte werk in de mijn voor hem zal gaan doen, terwijl de schrijver gewoon voortmijmert en zijn nieuwe vriend na een dag hard werken ook nog doodleuk voor het eten laat zorgen. Zorbás, één brok emotie, ontwikkelt zich voor de schrijver tot een vaderfiguur, die hem (tevergeefs) probeert het piekeren af te leren en te leven in het moment.

Misogynie

Naast een schelmenroman over het gehannes in de mijn, de dorpstwisten, de hypocrisie van de lokale monniken en Zorbás’ avontuurtjes met vrouwen, heeft Kazantzakis ook een filosofische beschouwing over het leven willen schrijven. Het verhaal wordt wel voorgesteld als een ontmoeting tussen ratio (de schrijver) en emotie (Zorbás), maar dat is kletskoek. Een rationeel mens koopt niet op de bonnefooi een bruinkoolmijn om de exploitatie daarvan vervolgens over te laten aan een oude sjacheraar die wel eens eerder iets met een mijn gedaan heeft. Beide mannen zijn impulsief en emotioneel gedreven, maar bij Zorbás uit zich dat in een hang naar fysieke geneugten, terwijl de schrijver blijft hangen in Sehnsucht. Met allebei voelde ik geen enkele connectie.

Geschiedenis Magazine

Wat me ronduit tegenstond in de roman was de misogynie. Alle vrouwen in het boek zijn gebruiksvoorwerpen om je mee te vermaken. De lynchmoord op een weduwe met wie de schrijver een nacht heeft doorgebracht, gaat bijna onbesproken voorbij. Het is natuurlijk vervelend, vindt de schrijver, maar ja, het wijf had nu eenmaal volkswoede opgeroepen en dan krijg je dat soort dingen. De dodelijke longontsteking van een vriend voor wie hij (vermoedelijk) homo-erotische gevoelens koestert, grijpt hem meer aan.

Enfin, hoewel de inhoud me niet aansprak, moest ik ook erkennen dat het een prachtig geschreven roman is, kristalhelder in de nieuwe vertaling van Hero Hokwerda. Misschien moet je Kazantzakis’ roman lezen zoals Zorbás zou doen, in het moment, gewoon genietend van de scènes bij het kampvuur en de dansen op het strand, alles negerend wat je niet bevalt, omdat het toch in het verleden of de toekomst ligt.

Eerder verschenen op Christian Jongeneel

Boeken van deze Auteur:

Christus wordt weer gekruisigd

Leven en wandel van Zorbás de Griek