"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Majesteit

Maandag, 6 december, 2010

Geschreven door: Oscar van den Boogaard
Artikel door: Carmen Meuffels

Leve Boogaards koningin!

Een vrouw danst, gekleed in alleen haar ondergoed en met een smeulende sigaret in haar hand, door haar kamer op muziek van Dionne Warwick. Ze leest op aanraden van een vriendin De kracht van het nu van Eckhart Tolle. Terwijl ze op haar buik op bed ligt en haar benen beweegt, denkt ze: ‘Ik kan alles doen. Ik kan springen. Ik kan mijn haar wild in het rond schudden. Ik kan giechelen en krijsen.’ Deze vrouw, het hoofdpersonage in Oscar van den Boogaards nieuwste roman Majesteit (en in de gelijknamige film van Peter de Baan) doet alle bovenstaande dingen. Weliswaar altijd in het geheim, in de geslotenheid van haar eigen kamer, omdat ze het zich niet kan permitteren dergelijke dingen in het openbaar te doen. De vrouw in kwestie is namelijk niet zomaar een vrouw, nee, ze is het staatshoofd van Nederland: onze eigen koningin Beatrix.

Uit de ietwat insinuerende openingsscène waarin Beatrix op bed ligt, krijgen we meteen de indruk dat zij niet erg gelukkig is met haar functie als koningin. Ze twijfelt aan alles en mist de nabijheid van wijlen Claus:

‘Het statige hoofd lag bewegingsloos op het kussen. Ze was koningin, zoiets went nooit. (…) Ze streelde met haar handen over haar borsten en buik. Haar hand lag stil op haar navel. De weduwe werd door niemand meer geliefkoosd, behalve door de koningin zelf.’

Ze kan echter niet lang bij haar verdriet stilstaan. Het is namelijk Prinsesjesdag 2003. De tekst van de Troonrede bezorgt de koningin dit jaar kopzorgen: minister-president Balkenende wil namelijk, geheel tegen haar wil in, een bepaalde formulering over de ontwikkelingshulp aan Afrika wijzigen. Beatrix twijfelt, peinst en wanhoopt: enerzijds is ze het hoofd van Nederland en wil ze alleen een tekst oplezen waar ze volkomen achter staat, anderzijds perkt de regering haar macht in en wordt er een zekere meegaandheid van haar verwacht. En dan is er ook nog haar zoon, de koppige en rebelse Willem-Alexander, voor wie een koningshuiswaardige vrouw gevonden moet worden- en snel een beetje.

Hereditas Nexus

De ontevredenheid van Beatrix, niet alleen over Willem-Alexander en diens ongelukkig keuzes op liefdesgebied (onder wie zijn nieuwste vriendin Máxima, dochter van een Argentijnse dictator), maar ook over haar kapsel en over het brilletje van Balkenende (dat zij uit frustratie het liefst in duizend stukjes wil stampen), wordt door Van den Boogaard humorvol beschreven:

‘Beatrix zweeg. Ze was ontsteld toen haar zoon tijdens de Olympische Spelen vanaf de tribune “Wat zijn de yanken stil” had meegezongen en het veld op was gestormd om mee te hossen nadat de hockeydames brons hadden gewonnen. Een hossende kroonprins, dat was een monarchie onwaardig.’

Komische stukjes als deze worden beurtelings afgewisseld met serieuzere passages, voornamelijk gevuld met Beatrix’ herinneringen aan Claus, wiens leven in een notendop wordt samengevat. Zowel zijn jeugd in Afrika als zijn school- en later ook diensttijd in Duitsland komen aan bod in droge, feitelijke flashbacks waarin de lezer een leven in een opsomming van jaartallen krijgt voorgeschoteld, zonder dat hij iets wijzer wordt over wie Claus was als persoon.

De koningin daarentegen kan de lezer al vrij gauw uittekenen: zij voelt zich – in tegenstelling tot wat haar uiterlijke verschijning doet vermoeden – gefrustreerd, miskend, en eenzaam. Hoe dit zo gekomen is, blijft onduidelijk. In Majesteit wisselen humoristische anekdotes uit het heden zich af met nostalgische herinneringen. De indruk wordt gewekt dat er een causaal verband tussen beiden bestaat, en dat antwoorden op vragen uit het heden gevonden kunnen worden in het verleden, maar dit wordt vervolgens niet uitgewerkt: het blijven allemaal losse fragmenten. De stukjes afzonderlijk zijn veelal vermakelijk, maar meer ook niet.

Dat de koningin in haar ondergoed door de kamer danst wanneer niemand kijkt, maakt dat zij onze sympathie wint. Wanneer ze uiteindelijk echter precies datgene doet wat er van haar verwacht wordt, daarbij haar eigen normen en waarden verloochenend, herinneren wij ons weer wat we ook al wisten voordat we Majesteit begonnen te lezen: dat de koningin ook maar een normaal mens is zoals jij en ik, alleen dan met meer beperkingen.


Eerder verschenen op Recensieweb


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Bruno's optimisme

De heerlijkheid van Julia

Dentz