"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Monument voor de Quagga

Maandag, 17 juli, 2017

Geschreven door: Reinier Spreen
Artikel door: Roeland Dobbelaer

Elegie voor een zebrasoort

[Recensie] “Maar inderdaad zijn de quagga en de zebra twee van elkander gantsch onderscheidene soorten, en houde zich ook in verscheidene en dikwijls wijd van elkander gelegene gewesten op. De merrien van beide soorten zijn even zoo als de hengsten, die tot haar behoren, getekend, behalve dat de kleur der laatsten frisscher en meer in ’t oog vallende is.
De quagga welke ik in Zwellendam [Zuid-Afrika] zag, was als een veulen zo tam en mak geworden, dat het dier bij ons kwam, om zich van ons te laten liefkoozen. Men verhaalde, dat het nooit voor de hyena schrikte, maar integendeel dat roofdier veel eer vervolgde [wegjoeg], wanneer het zich in zijne nabuurschap vertoonde, en dus ook de paarden verdedigde, met welken men het des nachts in de weide liet lopen.”

Dit citaat is afkomstig van Anders Sparrman (1748-1820), een van de vele vooral Nederlandse en Engelse onderzoekers die zich verdiepten in het wel en wee van de Quagga, een zebrasoort uit het uiterste zuidoosten van Afrika. De soort stierf eind 19de eeuw uit. Vernietigd en kapotgeschoten door de Boeren die van de huiden een lucratief handeltje maakten omdat de Quagga het schaarse gras voor hun eigen vee opaten. Het laatste exemplaar dat stierf was een vrouwtje dat in bezit was van dierentuin Artis in Amsterdam. Dat was in 1883.

Neerlandicus en freelance journalist Reinier Spreen schreef een opmerkelijk boek over de Quagga en over het uitsterven van de soort, Monument voor de Quagga. Opmerkelijk, niet alleen omdat hij het boek (erg mooi gemaakt met prachtige reproducties) in eigen beheer uitgaf, maar vooral ook omdat hij op een haast encyclopedische manier alles wat er over de soort bekend is optekende. Het levert een tweehonderdpagina’s lang amusant overzicht op van de discussies over de naamgeving van het beest en van de discussies of het wel een aparte soort was en niet gewoon een zebra met wat andere kleuren en lijnen. De Quagga was op en rond de kop, hals en de schoft tot halverwege de rug en buik prachtig bruin, de rest van het lijf was grijs/wit. Het beest werd al snel opgemerkt toen de eerste kolonisten, Engelsen en Nederlanders, Zuid-Afrika bezetten. Ondanks de mening van Sparrman was het beest slecht te temmen, onbetrouwbaar, je moest oppassen dat je niet een beet of trap kreeg. Wel was het beest waakzaam en werd het gebruikt om ander vee te beschermen en hyena’s weg te jagen.

En was het nu een aparte soort? De classificatie van zebra-achtigen bleef tot ver in de 20ste eeuw een rommeltje. Pas de laatste decennia is er onder andere door genetisch onderzoek aangetoond wat de verschillende soorten zijn. Genetisch gezien blijkt het beest zo sterk op een andere soort te lijken, “de Burchellazebra, dat het niet langer als een aparte soort kan worden beschouwd.” De Quagga heeft de opmerkelijke eer de eerste uitgestorven diersoort te zijn waarmee geprobeerd is om het dna te klonen. Destijds kreeg dat grote aandacht en zo stond het beest aan het begin van films als Jurassic Park, want daar gebeurt hetzelfde maar dan met dino’s. Opmerkelijk is het verhaal van twee Duitse (nazi) wetenschappers die aan de wieg hebben gestaan van het terugfokken van uitgestorven soorten, wat enthousiast door Hitler werd gesteund. Zoiets werd nu ook met de Quagga geprobeerd, er leeft al een vijfde generatie ‘nieuwe Quagga’s. Helaas in het boek geen foto’s van de hedendaagse Quagga’s. Het zijn ook nog niet helemaal de ‘echte’, want ze zijn nog niet bruin.

Boekenkrant

En zo is er nog veel meer over de Quagga te melden. Leuk, boeiend, interessant. Maar toch overheerst bij het lezen van Monument voor de Quagga een groot gevoel van ontgoocheling. Het is bizar  hoe de mens in een paar eeuwen de een na de andere diersoort uitroeide, gewoon afschieten, overbevissen, verdrijven. Soorten geen kans geven om te overleven. Terwijl ik dit schrijf lezen we de berichten dat we midden in een extinctie van diersoorten zitten die vergelijkbaar is met het uitsterven van de dino’s. Reinier Spreen kan het nog druk krijgen. De komende decennia kunnen we het een na het andere boek schrijven over nieuwe uitgestorven diersoorten, met leuke anekdotes en mooie foto’s erbij. Leuk voor in de boekenkast, maar afschuwelijk in de realiteit.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles