"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ontwaak zonder mij

Vrijdag, 27 maart, 2020

Geschreven door: Marilou Nillesen
Artikel door: Jan Stoel

Ontwaken wij?

[Recensie] Aan de Champs-Élysées in Parijs staat het Hôtel de La Païva, een luxueus stadspaleis, gebouwd tussen 1856 en 1866 in opdracht van La Païva, de in 1819 in het Joodse getto van Moskou geboren Esther Lachmann. Zij was misschien wel de meest succesvolle courtisane ooit en huwde uiteindelijk Guido Henckel von Donnersmarck. Het leven van Lachmann is een van de twee grote verhaallijnen in de hecht gecomponeerde debuutroman Ontwaak zonder mij van Marilou Nillesen (1970). Nillesen is historicus, journalist, onderzoeker en houdt van Parijs.

Nine van der Meer is onderzoekster en heeft de opdracht een deelonderzoek te doen naar de rol die courtisanes hebben gespeeld tijdens en na de eerste feministische golf van de 19e eeuw. In het archief in Parijs spit ze documenten over Lachmann door, leest haar correspondentie. Esther Lachman had een enorm doorzettingsvermogen, lef, geraffineerd, ambitieus, keihard, egoïstisch, wil invloed. De naam La Païva is haar geuzennaam. Het betekent “de eeuwige Jodin.” Esther is een topverleidster, trouwt als ze 17 is, krijgt een jaar later een kind en verlaat haar man een jaar later, omdat hij niet naar Parijs wil gaan. Ze volgt altijd haar eigen weg. Ze wordt langzamerhand een begeerde courtisane en verkeert in de hoogste kringen. Ze ontwikkelt zichzelf, leert meerdere talen spreken, rijdt paard, bezoekt opera’s, schuift aan bij diners van bekende kunstenaars. Door een huwelijk verwerft ze de titel van markiezin en vindt uiteindelijk op 33-jarige leeftijd in 1852 de dan 22-jarige Guido Henkel von Donnersmarck, een van de rijkste mannen van Europa en neef van Bismarck. Guido is stapelverliefd op haar. Ze laat, met zijn geld, voor zichzelf het mooiste huis van Parijs bouwen, Hôtel de la Païva, in een tijd waarin het alleen gaat om uiterlijk vertoon en decadentie de boventoon voert. “Het gebouw is mateloos in alles, net als de courtisane.” Er worden grote feesten gehouden en het is een ontmoetingsplek voor kunstenaars en schrijvers, zoals Flaubert, de gebroeders De Goncourt, die het paleis minachtend Louvre du Cul (paleis van de kont) noemen. Maar dan veranderen de tijden.

Nine heeft twee dertienjarige zonen, een tweeling, is bewust ongehuwd en op zoek naar zichzelf. Ze is volgzaam, gezeglijk, zou meer lef moeten hebben, “dan zouden mijn relaties anders verlopen zijn. (…) Leven zonder kneuzingen op te lopen is onmogelijk. (…) Ik probeer blauwe plekken te voorkomen.” Ze is qua karakter tegengesteld aan Esther Lachmann. Een nieuwe liefde overkomt Nine in Parijs: de buurman van haar appartement, Joseph, of wel Jojo, een womanizer. Het lijkt wel of hij dezelfde charmes in de strijd gooit als La Païva. Ze kan hem niet uit haar gedachten zetten, maar wil afstand houden. Het is voor haar een gevecht tussen het gevoel en de rede. Dat vormt de kern van de tweede verhaallijn.

Je zou de roman dus enerzijds als een historische roman kunnen beschouwen (de feiten rondom La Païva en wat er in de wereldgeschiedenis gebeurde kloppen, evenals de plekken die beschreven worden), anderzijds een psychologische roman/liefdesgeschiedenis. Feit en fictie lopen organisch in elkaar over en dat doet Nillesen overtuigend. Het verhaal is vanuit het perspectief van Nine geschreven. De belangrijkste personages in de roman hebben een round character, ontwikkelen zich. Beetje bij beetje voegt de auteur nieuwe elementen aan de personages toe waardoor je inzicht krijgt in wat ze denken en doen.

Kookboeken Nieuws

Binnen de twee verhaallijnen speelt er nog een diepere laag als thema: het feminisme in de 19e eeuw en nu. Of misschien moeten we eerder van emancipatie spreken. Gelijkberechtiging van vrouwen, vrouwen die de barricaden op gaan, de 19e-eeuwse Mariannes (bekend geworden door het schilderij van Delacroix) en de Gele Hesjes van nu, de strijd van vrouwen om zelfstandigheid en niet ondergeschikt te zijn aan de man. Tot 1956 verloren vrouwen in Nederland hun zelfstandigheid als ze huwden en tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw kregen ze ontslag als ze trouwden, memoreert de auteur in haar voorwoord. Rond dat thema cirkelen allerlei motieven als eenzaamheid, egoïsme, ambitie, gewetenloosheid, liefde en lust, macht, sluwheid.

Door parallellen te trekken tussen de 19e eeuw en het heden komt bij de lezer ongemerkt de gedachte op dat er tussen toen en nu soms niet zoveel veranderd is, dat de tijdsgewrichten op elkaar lijken. “Medio de 19e eeuw verdwijnen de puriteinse waarden en normen steeds meer voor mannen.. (…) Ons leven moet een aaneenschakelijking van hoogtepunten zijn. (…) Onze tijd lijkt op de lege wereld van de courtisane, die in deze tijd gefloreerd zou hebben: op zoek naar het hoogst haalbare, ten koste van iedere prijs.” Impliciet hebben we hier dus te maken met een kritische beschouwing van onze maatschappij, iets dat een historicus als Marilou Nilessen mooi aanstipt. Nillesen neemt je aan de hand van Nine van der Meer bovendien mee door het 19e-eeuwse Parijs en dat van nu, de architectuur, de kunsten.

Die spiegeling tussen La Païva en Nine is een rode draad door het boek. “Ik spiegel me aan haar kracht, zou meer willen zijn als zij.” Nine noemt haar “een schier onaantastbare vrouw, iedere keer in staat zich te transformeren tot een verleidelijk droombeeld. Een niet te grijpen illusie.” Maar ze vraagt zich ook af of Lachmann nooit gewetensnood heeft gehad met het leed dat ze bij anderen aanrichtte. Of ze ook een andere kant had.

De auteur heeft een fris taalgebruik, schakelt moeiteloos tussen de 19e eeuw en nu en houdt de spanning vast. Ze, heeft een boeiende roman geschreven over twee werelden die elkaar raken, maar ook verschillen. Aan het huiveringwekkende begin van het boek toont de auteur hoe ver liefde kan gaan en in de laatste zin van het boek wordt de titel van het boek duidelijk. Een roman die je laat nadenken over onze samenleving. Ontwaken wij ook?

Eerder verschenen op Hebban