"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Onzichtbare levens

Dinsdag, 30 april, 2019

Geschreven door: Adriaan Backer
Artikel door: Agnes Grond

Hiv aan de rand van de samenleving

Met hun boek Onzichtbare levens brengen journalist Colet van der Ven en fotograaf Adriaan Backer een eerbetoon aan kwetsbare mensen

[Recensie] De vijftienjarige Tugba uit Tadzjikistan heeft hiv opgelopen via een loverboy. Ze weet niet wat het is, wel dat er een taboe op rust. “Ze hebben me verteld dat mensen met hiv die iemand infecteren, in de gevangenis terechtkomen.” Dus mag niemand het weten. Lodovica is, twee maanden nadat ze is getest, door haar schoonouders het huis uitgezet. “Ze strooien nu praatjes rond in het dorp dat ik hiv-positief ben omdat ik een prostituee zou zijn.”

Zomaar twee verhalen uit het boek van Colet van der Ven. Ze reisde de wereld over om mensen met hiv/ aids aan het woord te laten. Meestal hoorden die al tot gemarginaliseerde groepen – gevangenen, migranten, werkloze jongeren, meisjes en vrouwen, transgenders, homo’s, drugsgebruikers en sekswerkers. Nu hebben ze er een stigma bij gekregen.

“Als mensen erachter komen dat ik seropositief ben”, zegt Anna, een Oekraïense vluchteling, “willen ze niet meer met me praten.” In dit boek krijgen ze een stem en fotograaf Adriaan Backer geeft hen een gezicht. Mensen met hiv hebben een brandmerk vanwege het taboe op de twee belangrijkste bronnen van infectie – seks en drugs. Dat er vaak sprake is van onmacht en dwang, en er diepere oorzaken zijn, zoals armoede, geweld en migratie, wordt in dit boek pijnlijk duidelijk.

Boekenkrant

Na de presidentsverkiezingen van 2007 vond er in Kenya een explosie van geweld plaats. Het was doden of gedood worden en duizenden vrouwen en meisjes werden verkracht. Daarna, opgevangen in vluchtelingenkampen, is prostitutie de enige manier van overleven voor veel meisjes. Maar – bang om verstoten te worden – ze vertellen niemand dat ze seropositief zijn.

In Zuid-Afrika regeren de straatbendes, die onder invloed van de verwoestende drug tik, bang zijn voor niemand. Ook in de gevangenissen hebben ze de macht. Daar vechten ze om seks. Als ze eruit komen zijn ze hiv-positief en vertellen dat niet. “Het zou mijn reputatie schaden”, zegt Ederees. Je wilt als man niet vertellen dat je in de gevangenis stelselmatig bent verkracht.

Onder Afro-Amerikanen in de VS is zelfs homoseksualiteit nog een taboe. Als je als zwarte al gediscrimineerd wordt, wil je daarbovenop niet ook nog eens als homo gediscrimineerd worden, legt James uit. Dus zegt hij niets. Ook in de kerken is homoseksualiteit onbespreekbaar. Al grapt de homoseksuele taxichauffeur dat ze naar hem wel moeten luisteren, want hij zingt er de solo’s. Omdat voor Afro-Amerikanen de kerk heel belangrijk is, zouden juist kerkelijke leiders het voortouw kunnen nemen bij het doorbreken van het stigma dat ligt op homoseksualiteit, hiv en aids. Maar dat gebeurt nog nauwelijks.

Het boek Onzichtbare levens eindigt met een kort historisch overzicht en met cijfers. Op dit moment zijn ruim 37 miljoen mensen geïnfecteerd, van wie 20 miljoen leven in Afrika. 5 miljoen van hen zijn pubers en jonge meiden. Er gloort enig licht dankzij de mobiele telefoon. Daarmee kunnen ook groepen die zich niet durven te melden en dus niet behandeld worden, mogelijk worden bereikt.

Met ontroerende verhalen en wonderschone foto’s krijgen deze kwetsbare mensen niet alleen de volle aandacht, de prachtige uitgave lijkt ook een soort eerbetoon.

Eerder verschenen in Volzin