"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Oorlogsvlieger

Woensdag, 11 januari, 2017

Geschreven door: Antoine de Saint-Exupéry
Artikel door: Ger Leppers

Abstracte overpeinzingen te midden van het oorlogsgeweld

Op 31 juli 1944 werd het vliegtuig van de 44-jarige Fransman Antoine de Saint-Exupéry voor de kust van Toulon tijdens een verkenningsvlucht neergehaald door een Duitse jager.

“Saint-Ex”, die zijn val in de Middellandse Zee niet overleefde, was piloot in hart en nieren, iemand vol genereuze ridderlijkheid, een avontuurlijk kind van een bewogen tijd. Al voor de oorlog voerde hij in primitieve vliegtuigjes heroïsche vluchten uit boven de Sahara en Patagonië. Daarnaast was hij een bewonderd schrijver. In internationale bestsellers als Nachtvlucht uit 1931 verhaalde hij zijn belevenissen. En bovenal is hij de auteur van één van de beroemdste en (ook onder volwassenen) meest geliefde kinderboeken uit de wereldliteratuur: De Kleine Prins.

Oorlogsvlieger, dat in 1942 verscheen, beschrijft een eerdere verkenningsvlucht, boven Arras in Noord-Frankrijk, tijdens het Duitse offensief van mei 1940. Van dergelijke tochten keerde slechts één op de drie bemanningen levend terug. Maar Saint-Exupéry aanvaardt met moed en fatalisme de risico’s die aan zijn opdracht verbonden zijn, want, zo schrijft hij, “weglopen heeft nog nooit iemand ergens gebracht.”

Maar Oorlogsvlieger is geen oorlogsrelaas zoals er tientallen bestaan, vol avonturen en bloedstollende wendingen. De in het eerste deel van het boek beschreven luchtschermutselingen hebben – afgezien natuurlijk van het steeds aanwezige levensgevaar –  nog wel een hoog ‘Snoopy tegen de Red Baron’-gehalte: vliegeniers kijken over hun schouder of ze achtervolgd worden door vijandelijke jachtvliegers en dekking moeten zoeken in wolkenformaties. De problemen zijn concreet en niet gering: op tien kilometer hoogte bevriezen de mitrailleurs, voortdurend moet daar in die ijle luchtlagen worden gecontroleerd of de bemanningsleden het bewustzijn niet hebben verloren. De boordnavigator oriënteert zich nog op kerktorens en rivierlopen, het vliegtuig moet soms scherp wegdraaien van het luchtafweergeschut. Tijdens het laatste deel van de tocht, op geringe hoogte, wordt het vliegtuig zowel door de Duitsers als door de eigen troepen onder vuur genomen.

Ons Amsterdam

Vanaf ongeveer halverwege het boek gaat het verslag van de verkenningsvlucht, dat van het begin af aan al herhaaldelijk werd onderbroken door bespiegelingen, herinneringen en vrije associaties van de schrijver, evenwel steeds meer over in een essay, dat tegen het slot zelfs de allures krijgt van een meditatie over de Mens – met een nadrukkelijke hoofdletter.

Die meer abstracte overpeinzingen van Saint-Exupéry vond ik nog boeiender dan het verslag van de krijgshandelingen. Zij hebben betrekking op nog altijd actuele begrippen als mens-zijn, gemeenschapszin, de absurditeit en de zin van oorlog. Maar ook – het boek is immers van na de Franse capitulatie – op begrippen en emoties die nu misschien minder tot de verbeelding spreken, zoals nederigheid, opoffering, het vaderland, het verwerken van de nederlaag van een beschaafd land tegen een barbaars regime: “Ik begrijp de betekenis van nederigheid. Het is niet jezelf kleineren. Het is de grondslag van ons handelen. Als ik, om mezelf vrij te pleiten, mijn tegenslagen op het noodlot schuif, onderwerp ik me aan het noodlot. Schuif ik ze op verraad, dan onderwerp ik me aan verraad. Maar als ik mijn schuld op me neem, maak ik aanspraak op wat ik als mens vermag. Dan heb ik invloed op hetgeen waartoe ik behoor. Dan maak ik deel uit van de gemeenschap.”

De Nederlandse lezer van nu kan bovendien de laatste vijftig bladzijden van het boek bijna niet anders lezen dan als een waarschuwing, bijna zestig jaar voor dato, tegen het gedachtegoed van de hedendaagse Nederlandse PVV. Die partij heeft Saint-Exupéry natuurlijk nooit gekend, maar de denkwijze die aan haar wereldbeeld ten grondslag ligt, was hem zijn leven lang volstrekt vreemd: “Burgers in mijn samenleving die van mij verschillen krenken me geenszins, ze verrijken me.”

Eerder verschenen in Trouw

Boeken van deze Auteur: