"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Over de liefde

Dinsdag, 4 maart, 2008

Geschreven door: Doeschka Meijsing
Artikel door: Rachel Levy

Meijsing laat gedurfde thema’s liggen

Het boek Over de liefde, dat inmiddels al enkele weken in de top tien van de best verkochte boeken staat van de betere boekhandel, is de twaalfde roman van auteur Doeschka Meijsing. Het is bovendien een van haar eerste echt autobiografische romans. Daarmee onderscheidt Meijsing zich van vele auteurs. Menigeen begint een schrijverscarrière juist met autobiografisch getint werk (waarbij de critici zich dan direct afvragen of de auteur ook strikt literaire fictie kan produceren). Vele schrijvers blijven een leven lang autobiografische aspecten in hun romans verwerken.

Dat hoeft overigens helemaal niet negatief te zijn, want het voordeel van autobiografisch schrijven is dat een auteur schrijft over wat hem persoonlijk raakt. De ware roman is het boek dat emoties en levenservaringen zo realistisch mogelijk uitdrukt, en wat kun je beter beschrijven dan je eigen ervaringen en gevoelens?

Dat die vlieger niet altijd op hoeft te gaan, bewijst Meijsing met Over de liefde. Het boek gaat over een vrouw van middelbare leeftijd wiens vrouwelijke partner haar na een lange relatie heeft ‘ingeruild’ voor een man, met wie ze een kind wil. De vrouwelijke partner is bovendien aanzienlijk jonger dan de hoofdfiguur.

De ex-geliefde is de derde langdurige relatie die de hoofdpersoon uit het boek verliest. En met dat derde verlies, de derde breuk, verliest de hoofdpersoon ook een deel van zichzelf. Ze wordt lusteloos en raakt in een depressie. Een ongeluk waarbij ze een schedelbasisfractuur oploopt, verandert daar eigenlijk weinig aan. Pas tegen het eind van het verhaal leert de hoofdpersoon afstand te nemen van het verleden en een eigen weg te gaan – wat Meijsing heel letterlijk uitbeeldt door haar in de Amsterdamse gracht te laten vallen, waarna ze zelf weg zwemt, afstand neemt van haar vriendinnen en vooral haar ex-partner, die op de kant staan en haar uit de gracht willen trekken.

Maar zo pretentieus als de titel van het boek is, gaat de roman eigenlijk niet over de liefde. Eerder gaat het over verliefdheid, die vluchtige en gepassioneerde drang om ‘gewild’ te zijn door een specifieke ander, en dicht bij diegene te zijn. Daarnaast gaat het boek over andere gevoelens, zoals de angst om alleen te zijn, het gevoel verraden te zijn door een ex-geliefde. Maar over de liefde?

De basis van het verhaal – een oudere en een aanzienlijk jongere vrouw die een relatie hebben, waarna de jongste haar verruilt voor een man om een kind mee te krijgen – biedt een schat aan verhaallijnen die kunnen worden uitgediept. Thema’s die Meijsing wel degelijk onderkent en aantipt, maar niet uitdiept. In een bijzin wordt gerefereerd aan het in de steek gelaten worden door een jongere partner, evenals aan de ‘onvolmaaktheid’ van een homoseksuele relatie en de mogelijkheid tot voortplanting die een heteroseksuele relatie biedt.

‘Lesbische liefde was geen echte liefde en zelfs dat had ik tot drie keer toe weten te verknallen. Gelijkslachtige liefde was een gehonoreerde afwijking, geen kwaad woord erover, ieder zijn eigen voorkeur, maar het was zowel religieus als evolutionair als fenomenologisch een verschijnsel zonder nut, een nooit uitgebannen narcisme, een speelse aberratie, tot afsterven gedoemd.’

In een televisieuitzending van Pauw & Witteman kort na de verschijning van haar boek, deed Meijsing nog veel krassere uitspraken over homoseksualiteit, die ze ‘onnodig voor de wereld’ noemde, vanwege de onmogelijkheid van natuurlijke voortplanting en gezinsvorming. Ze leek een duidelijke voorkeur te hebben voor het ‘gewone’ gezin. Ze sprak zich bovendien uit tegen het homohuwelijk – net als in de roman.

Juist in een samenleving die homoseksualiteit tolereert, juist omdat Meijsing zelf homoseksueel is en ongetwijfeld goed doorwrochte gedachten zal hebben over deze thema’s, hadden deze kwesties ontwikkeld kunnen en moeten worden in een roman als Over de liefde. Want het is nogal wat, wanneer een lesbische vrouw stelt dat homoseksualiteit het imperfecte en heteroseksualiteit het perfecte is. En eigenlijk impliceert dat dat een homoseksuele relatie problematischer en minder diepgaand is juist vanwege het ontbreken van de mogelijkheid van natuurlijke voorplanting.

Het wel aantippen maar niet uitdiepen van wat de meest originele, vernieuwende en gedurfde kwesties over liefde zijn, is de grootste teleurstelling van Over de liefde. Gewone verhalen over eenzaamheid, depressie, en verliefdheid, bestaan er immers genoeg.

Ook het tweede thema – de vraag of leeftijdsverschil binnen een relatie een breekpunt kan vormen – blijft onuitgewerkt. Dat lost de auteur op door de nieuwe minnaar van haar ex nog wat ouder te maken dan zij zelf. Maar toch, het is en blijft onbevredigend.

Juist omdat het hier gaat om Meijsing, die een grote staat van dienst heeft als romancier, had een lezer meer verwacht dan wat er uiteindelijk is gegeven. Wat vooral bewijst dat autobiografisch schrijven niet automatisch goede literatuur oplevert.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

100% chemie

Hoe verliefd is de lezer