"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Al het blauw

Dinsdag, 22 maart, 2022

Geschreven door: Peter Terrin
Artikel door: Nico Voskamp

Een langzaam verlies van onschuld

[Recensie] Peter Terrin is geen onbekende in literatuurland. Hij stond al op verschillende shortlisten en won in 2012 de AKO Literatuurprijs. Dat zulks niet uit de lucht komt vallen, merk je al in de eerste alinea’s van Al het blauw.

Simon, de negentienjarige protegé, wordt door de schrijver het geluk geschonken een passionele relatie aan te gaan met Carla Binotto, een twintig jaar oudere Italiaanse barvrouw. Ze schenkt de glazen vol in het zwembadcafé Azzurra. In al het blauw van dat zwembadwater spettert hun relatie eerst heftig en dan wat bezadigder alle kanten op – uiteindelijk in een richting waarin zwaarwegende keuzes betreffende de toekomst zullen moeten worden gemaakt.

Het thema laat zich op zijn eenvoudigst typeren door het Engelse coming of age. ‘Verlies van onschuld’ zou je dat in het Nederlands kunnen noemen, al heeft dat een negatieve bijklank, waarschijnlijk door een vleugje calvinistische domineesgeest dat is blijven kleven aan onze genen.

Terrin schildert met woorden. Hij doet dat op z’n gemak. Heel kalm begint hij zijn zinnen, bouwt ze op in spanning, lengte en intensiteit, en laat ze zachtkens neerkomen in het brein van de lezer. Simon krijgt moeiteloos gestalte als een wat simpele ziel die zijn studie opeens voor gezien houdt. In een paar wendingen zet Terrin de gemoedstoestand van Simon neer, zijn zoeken, zijn wanhoop: wat te doen met je leven?

Hereditas Nexus

Net zo wanhopig, maar dat weet ze zelf in het begin van het verhaal nog niet, is Carla. Zij heeft ‘een onbehouwen echtgenoot’, van wie ze al jaren alles slikt. Maar soms is er een grens bereikt, een grens van waardigheid. Kan ze haar wonden helen, haar leven met Simon een nieuwe draai geven?

Die spanning duwt het verhaal vooruit, eerst langzaam, dan steeds sneller, tot de climax. Minutieus zet Terrin de lijnen uit, trekt aan de touwtjes van zijn personages en brengt hun diepste gedachten onder woorden, zoals in dit intense telefoongesprek:

“Het is Carla, hij hoort het terwijl hij zijn eigen naam uitspreekt, de stilte in het keukentje van Azurra, het lege café, het zwembad en alles eromheen…
Carla hoort zijn stem, kort, hallo met Simon, en ze voelt de warmte, hoe compleet anders hij is dan John, en ze voelt de steken in haar wenkbrauw die een uur geleden door de dokter is gehecht, en ze breekt… Het komt door jou, zegt ze, omdat ik jou aan de lijn heb. Dus als je mij hoort moet je huilen, zegt Simon laconiek. Ze lacht.
Maar Simon blijft stil, het is geen grapje. Het is niet erg, zegt ze. Echt niet. Het gebeurt wel meer. Wanneer kom je?…
Heb je tijd? Het café is pas over twee uur open… Als ik de sleutel in het slot laat zitten kan hij niet binnenkomen… Heeft John jou geslagen? vraagt Simon.
Het stelt niks voor, zegt Carla. Het doet me helemaal niets, geloof me, Simon… Hij is niet agressief, niet lang. Ik bedoel. Ik denk dat John verdrietig is. Ik denk dat hij zich eenzaam voelt. Snap je? Nee, zegt Simon koud. Dat snap ik niet.”

Dit dus, 286 mooie bladzijden lang. Neem er de tijd voor, proef de zinnen, de wendingen, de komma’s en de strategisch geplaatste pauzes. Laat het verhaal zich ontwikkelen, groeien in je hoofd, en lees rustig – zonder haast is dat – door.  



Ook verschenen op Nico’s recensies en Tiktok

Boeken van deze Auteur: