"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Religious Terrorism

Zondag, 30 augustus, 2020

Geschreven door: Heather Gregg
Artikel door: Karl van Heijster

Het eeuwige verband tussen religie en geweld

[Recensie] Onder de noemer Cambridge Elements geeft Cambridge University Press beknopte en gepeer reviewde teksten uit over een gericht onderwerp. De elementen zijn onderverdeeld in verschillende reeksen, variërend van weidse thema’s als Elements in Ethics tot het meer gefocuste Elements in Twenty-First Century Music Practice. De uitgever streeft ernaar om het beste van de wetenschappelijke literatuur in boek- en tijdschriftvorm te combineren. De elementen hebben de focus van een tijdschriftartikel, maar zijn los verkrijgbaar als een boek. Dat stelt de lezer in staat zich stukje bij beetje verder in een onderwerp te verdiepen, één deelonderwerp per keer.

In de reeks Elements in Religion and Violence wordt, zoals de titel al aangeeft, het verband tussen religie en geweld onderzocht. De hoofdvraag van Heather S. Greggs Religious Terrorism is hoe de diverse wereldreligies, die toch de naam hebben vrede en liefde te propageren, als inspiratie en rechtvaardiging voor terrorisme kunnen dienen. 

In haar antwoord wordt gauw duidelijk dat de veronderstelling dat religie louter tot saamhorigheid oproepen, berust op een eenzijdige en versimpelde voorstelling van zaken. Religies hebben een ethische component in de vorm van scriptuur en doctrine, zoveel is zeker. Maar georganiseerde religie heeft ook een sociale en materiële component. Voorbeelden van de eerste zijn religieuze leiders en een sociaal netwerk. Geld is een voorbeeld van de materiële component. Geïnspireerd door een interpretatie van de ethische component, kunnen deze aangewend worden voor gewelddadige acties, met name jegens andersgelovigen. (In sommige gevallen richt het geweld zich naar binnen, bijvoorbeeld in de vorm van massale zelfmoorden binnen sektes.)

Gregg onderscheidt verschillende oorzaken van religieus terrorisme. Alle componenten van georganiseerde religie spelen bij deze een rol. Maar bij sommige oorzaken weegt de ene component zwaarder dan de andere. De eerste drie oorzaken – de roep om religieuze puurheid, de wil tot macht over een stuk grond en het willen bespoedigen van het einde der tijden – zouden bijvoorbeeld onmogelijk zijn zonder religieuze leiders die menigten op weten te zwepen. De laatste oorzaak die Gregg onderscheidt, de persoonlijke ontwikkeling van religieuze radicalen, leunt daarentegen veel meer op psychologische factoren en het sociale netwerk dat religie biedt. Een hoofdrol bij alle oorzaken wordt echter gespeeld door religieuze doctrine, zonder welke er geen niet-materiële rechtvaardiging (een “groot verhaal” in de woorden van Lyotard) voor deze daden is.

Dans Magazine

Hoewel Gregg dit doctrinaire aspect nooit veronachtzaamt, heeft ze maar weinig oog voor de inhoudelijke teksten die ter inspiratie van religieus terrorisme kunnen zorgen. Dit komt voornamelijk door de opzet van het boek. Gregg geeft vijf verschillende voorbeelden van religieus terrorisme. ISIS en christelijk geïnspireerd wit-identitair nationalisme springen wellicht het meest in het oog, maar ze noemt bijvoorbeeld ook Aum Shinrikyo. Deze Japanse sekte liet in 1995 een zenuwgasaanval los op de metro van Tokio. Aan de grond van al deze bewegingen ligt een verzameling – verwerpelijke – ideeën. Maar verder dan een schetsmatige contouren van een karakterisering wil Gregg niet gaan in haar behandeling hiervan. Het houdt het boek kort, maar het laat de lezer wel naar meer informatie snakken.

Goed, de wens naar zoveel detail is misschien ook onrealistisch voor een boek dat nog geen negentig pagina’s bevat. Bovendien, je zou het ook op kunnen vatten als een indicatie van de noodzaak die Gregg in haar tekst weet te creëren. Wie zich verder wil verdiepen in de ideeën achter religieus terrorisme, kan bovendien uit de voeten met de andere Elements in Religion and Violence. Want aan religieus geweld is vandaag de dag geen gebrek, helaas.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles