"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Retour Parijs

Dinsdag, 27 april, 2021

Geschreven door: Anne Teunis
Artikel door: Jan Stoel

Wie ben je en wie wil je zijn?

[Recensie] Met Retour Parijs heeft Anne Teunis een debuutroman geschreven die staat als een huis. Het verhaal ontroert doet je stilstaan bij waar het in het leven echt om gaat. De psychologische tekening van de belangrijkste personages is verfijnd en levensecht. Kortom een roman die beklijft. Het is het tweede boek dat de jonge uitgeverij GiST – die zich richt op auteurs die de vijftig gepasseerd zijn, schrijvers met levenservaring – het licht doet zien. Deze roman is een pareltje.

De 56-jarige Christine van Heeteren is een zeer succesvol kunstenaar. Dankzij het netwerk van haar Parijse galeriehouder Thibaut Le Roy is ze internationaal doorgebroken. Ze werkt al dertig jaar met hem samen en met groots vertoon zal haar tiende expositie in Parijs geopend gaan worden. Ze reist met de nodige tegenzin naar Parijs om het over die tentoonstelling met Le Roy te hebben. Ze zit namelijk in een creatieve impasse. Dat is haar nog nooit overkomen. Ze durft het niet te vertellen, kan geen werk laten zien. Ze verzint een smoes en zegt dat de kern van haar nieuwe werk ‘transitie’ is. En gaandeweg het verhaal blijkt het woord transitie een sleutelwoord te zijn. Je voelt in het eerste hoofdstuk al meteen spanning: “Nog steeds, na al die jaren zijn er plekken die ze liever mijdt. Alsof iemand een paar straten heeft weggekrast op de plattegrond van Parijs, terwijl juist dit gedeelte van de stad bepalend is geweest voor de weg die ze ooit is ingeslagen.” Deze zin bevat meteen de intrige van de roman. Wat is er in Parijs met Christine gebeurd? Waarom woont en werkt ze in het ouderlijk huis in een dorpje in Drenthe? Wat is de thematiek van haar schilderijen?

In Parijs ontmoet ze na zesentwintig jaar opnieuw kunstcriticus Jacques Daniël Lévy, de man met wie ze een relatie heeft gehad en die inmiddels 65 jaar is. Hij geeft een lezing en “ze voelt hoe ze weer wordt ingesponnen door zijn aanwezigheid. Niets veranderd is hij; als geen ander verstaat hij het kunst van het vervoeren.” Lévy en Christine zijn elkaar nooit vergeten, maar hebben ieder hun eigen levensweg gekozen. Lévy is inmiddels gescheiden en zijn dochter Julie is een talentvol studente aan de kunstacademie. Hij introduceert Julie bij Christine en dat verloopt stroef. Christine en Daniël krijgen opnieuw een stormachtige verhouding: “De tijd tussen toen en nu lost op”. Enkele maanden daarna komt aan het nieuwe geluk een abrupt einde. Kan Christine zich herpakken?

Het verhaal is opgedeeld in drie grote delen en ieder deel toont een nieuwe laag van de psyche van Christine. Het eerste deel vertrekt vanuit het zich alleen voelen van Christine en gaat over in de hernieuwde liefde met Jacques, de ontmoeting met Julie en wat dat met haar doet. In het tweede deel staat de relatie tussen Christine en Julie centraal en hoe zij zich tot elkaar verhouden. Jacques heeft in zijn testament laten opnemen dat hij graag ziet dat Julie door Christine artistiek begeleid wordt. Maar ieder heeft zijn eigen opvattingen. Aanvankelijk zijn ze afstandelijk naar elkaar, maar later volgt toenadering. „Poëzie is de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie”, schreef dichter Willem Kloos. Voor Christine en Julie geldt dat ook voor hun schilderkunst. Julie heeft het over een schilderij van Dali waarop een woestijn te zien is met verwrongen beelden. “Het was precies hoe ik me voelde: leeg en vervreemd.” En ze zegt over het werk van Christine: “Klopt het dat in al jouw schilderijen de mens eigenlijk alleen is?” Spot on geformuleerd! In het derde deel komt het inzicht, wordt het verleden letterlijk en figuurlijk opgeruimd, hervinden zowel Julie als Christine hun levenskracht en zijn ze vrij. “Als je luistert, geeft het leven een weg onder je voeten.” Het verhaal culmineert in dit citaat: “Je kan de wereld voor de gek houden, jezelf maar tot op zekere hoogte.”

Yoga Magazine

Teunis pelt in Retour Parijs heel precies en integer de begrippen verdriet, eenzaamheid, bezieling en nieuw perspectief af en wat dat met mensen doet. De zoektocht die Christine maakt is met gevoel, empathie en ontroering beschreven. Het levert een authentiek verhaal op met een universele boodschap: kiest het leven jou of kies je jouw leven. Wat het verhaal zo sterk maakt is dat Anne Teunis er in slaagt vooral te schrijven over wat de personages voelen. Tegen het eind van het verhaal ziet Christine een straatmuzikant die het eerste vioolconcert van Bruch speelt. “De viool bezingt verdriet, spijt, berusting, maar ook een niet te stoppen levenskracht en moed.” Bruch zei zelf over het stuk: “Wie wil scheppen, heeft eenzaamheid en concentratie nodig.” Teunis legt hier en ook op andere plekken van dit soort intertekstuele verbindingen. Als ze met Jacques voor een werk van Picasso staat: “Picasso ging almaar door, alleen maar scheppen. Zijn liefdesleven, hoe heftig en turbulent ook, was bijzaak voor hem.” Jacques: “Vergelijken verarmt je en is onrealistisch.”

Teunis schrijft verfijnd, observeert scherp en gebruikt krachtige metaforen. Over bijvoorbeeld het ontbreken van inspiratie: “Het beeld van de muze die zich schaterend uit de voeten maakt danst voor haar ogen.” Zoals de Drentse boerderijen: “De huizen breeduit met de kap als een muts diep over de ramen getrokken.” Of de receptie bij de vernissage bij een expositie: “Van alle kanten verzamelen zich obers rond een witte taart als pinguïns tijdens het voedermoment in een dierentuin.” Maar ook veel diepere metaforen. Zo loopt Christine in Parijs bij een kerkhof. “Zal ze langs de muur om het kerkhof lopen of kiest ze een langere route met een boog eromheen. (…) Hier is het leven, achter de muur is de dood. Deze wandeling is als een ommegang rondom haar verdriet; een route die bewust gelopen moet worden met aandacht. Om te zijn met dat wat onomkeerbaar is.”

Deze psychologische roman kruipt onder je huid, doet je stilstaan bij waar het in het leven echt om gaat.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles