"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Revelations of a Slave Trader

Woensdag, 6 juni, 2018

Geschreven door: Theophilus Conneau
Artikel door: Nico Voskamp

Handel is handel

[Recensie] Als kapitein Conneau in Afrika 217 slaven ophaalde en in Amerika verkocht, was zijn netto winst 41.719 dollar. Minus zijn investeringen was dat ruim 100 % pure winst, en dat in 1826. Die lucratieve marge was één van de redenen dat de slavenhandel in die tijd bloeide als nooit tevoren. Het zorgde er onder andere voor dat de gewetensbezwaren naar de achtergrond schoven om ruimte te maken voor het grote cashen.

Dit is één van de feiten in het fascinerende Revelations of a Slave TraderOr Twenty Years’ Adventures of Captain Canot, dat in 1976 in Nederlandse vertaling (Logboek van een slavenhaler) uitkwam. Kapitein Theophilus Conneau schreef het logboek onder de naam ‘Canot’ (sloep), om moeilijkheden te voorkomen. Als hij het onder zijn eigen naam had geschreven, zou hij zijn broer die hofarts bij Napoleon III was, hebben gecompromitteerd. Het verslag is in een directe, eenvoudige stijl geschreven, wat het niet minder schokkend maakt.

Het voorwoord is aan de lezer gericht: “Ik moet vragen mij de eigenaardige en wellicht grammaticaal aanvechtbare stijl van mijn verhalen niet euvel te duiden. Ik beoog een schildering van Afrika zoals het is… Mijn oogmerk is slechts een beroep te beschrijven, dat thans immoreel en uit de tijd wordt geacht.”

Vervolgens wordt verteld hoe de jonge Theophilus in de scheepvaart, de visserij, gevangenschap, een schipbreuk en uiteindelijk in de slavenhandel terechtkwam. Theophilus blijkt een handige babbelaar, die snel prima zijn weg vindt in Afrika, zoals te lezen is in zijn beschrijving van ‘de hoofdstad Tombouctou’. Ook is hij pragmaticus: “Ik vertoefde lang genoeg in dit land om te weten dat veel blanken zich vijanden maken door te smalen of te lachen over dwaasheden van de negers. Het was niet mijn taak hier beschaving te brengen. Ik liet de dingen zoals ik ze aantrof… Als ik onder mohammedanen was, deed ik alsof ik in de koran geloofde en bij kaffers eerbiedigde ik hun taboes, fetisjen, leguanen en houten beelden.”

Boekenkrant

Zijn vloeibare sociale vaardigheden komen van pas bij het hoofddoel: slaven halen. Daarbij hielp het dat slavernij ook in Afrika toen al wijd verbreid was, maar op een andere manier dan in Amerika. Voor Afrikaanse rijken was het niets bijzonders om kinderen van slaven te adopteren of met slavinnen te trouwen. Die werden dan als volwaardig lid in een gezin opgenomen. Talentvolle slaven konden rijkdom vergaren en brachten het soms zelfs tot koning. Ook waren de Afrikanen onbekend met de superioriteitsgevoelens die in Amerika ten opzichte van zwarte slaven heersten. Daardoor werken stamhoofden ‘gemakkelijker’ mee aan het uitleveren van slaven aan de buitenlanders, niet wetend welk soort leven de slaven te wachten stond.

Voor Theophilus was het gewoon handel. Hij kocht een slaaf voor 100 baar per stuk,  ongeveer 50 dollar. “Bij vrouwelijke slaven trokken wij 20 procent af als ze ouder waren dan 25 jaar. Waren ze jong, goedgebouwd en in staat om kinderen te krijgen, dan brachten ze eenzelfde bedrag op als een mannelijke slaaf van eerste kwaliteit. Jongens langer dan 1.30 m kostten evenveel als volwassen mannen. Een zwangere vrouw of een vrouw met een kind aan de borst bracht maar weinig méér op.”

Zo gladjes zakelijk als dit klinkt, zo hard waren de maatregelen om de levende have onder controle te houden. De ‘kat met de negen staarten’ werd regelmatig gebruikt bij opstandige slaven. Conneau noemt dit “onplezierige noodzakelijkheden”, net zoals de “afschuwelijke plicht” om slaven te brandmerken wanneer verschillende opdrachtgevers ze verschepen met hetzelfde schip. Ook het lepeltje-lepeltje neerleggen van de slaven in bedompte scheepsruimen om er zoveel mogelijk te kunnen vervoeren, wordt niet gezien als wreed maar als praktisch.

Het is wonderlijk om dit relaas te lezen met de kennis van nu – enerzijds een wereld van verschil, anderzijds verandert er weinig. Eén voordeel heeft dit boek wel: het verhaal wordt waarheidsgetrouw weergegeven, niet vertroebeld door ongefundeerde discussies, zodat je in alle objectiviteit je mening kunt vormen. Waarom deden mensen dit soort werk? Om verschillende redenen, zo blijkt, maar misschien vooral omdat er bakken geld mee werd verdiend. Het is een donker hoofdstuk uit de wereldgeschiedenis. Laten we er lessen uit trekken.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles en op Nico’s recensies

Het boek is in Engelstalige versie nog regulier te bestellen. De Nederlandse vertaling uit 1976 is her en der tweede hands verkrijgbaar: Uitgeverij Amsterdam Boek / ISBN 9031897086