"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Schone slaapsters

Zaterdag, 9 december, 2017

Geschreven door: Owen King
Artikel door: Nico Voskamp

Goed geschreven maar onwaarschijnlijk verhaal

[Recensie] Het is een terugkerend fenomeen bij Stephen King: de plots in zijn boeken variëren in geloofwaardigheid. Neem Misery, waarin een doorgedraaide fan van een schrijver dezelfde schrijver gijzelt en hem dwingt een boek speciaal voor haar te schrijven. Dat is voorstelbaar. Neem Gevangen, waarin van het ene op het andere moment een ondoordringbare glazen koepel over een stadje komt te staan. Als een Berlijnse muur houdt die koepel alle ongelukkigen binnen het glas, en alle anderen daarbuiten. Dat is niet voorstelbaar.

In Schone Slaapsters is de plot als volgt: Als vrouwen (alle vrouwen op aarde) in slaap vallen, worden ze langzaam omhuld met een coconachtig weefsel – en ze worden niet meer wakker. Het virus verspreidt zich vanuit een vrouwengevangenis in Amerika over alle gevangen, op één na: Evie. Is zij de oorzaak van het virus of een medische rariteit? Ondertussen ontwaken de vrouwen die in slaap zijn gevallen in een compleet nieuwe wereld.

Oké. Zo blanco mogelijk slaan we het boek open en dalen – langzaam, heel langzaam – af in het verhaal. Het verhaal is namelijk omslachtig. Ook dat is niet nieuw bij Stephen King; een gemiddeld boek van hem is al snel 400 pagina’s dik en dat komt niet omdat hij snel to the point komt. Prettige verrassing wel: de dialogen zijn redelijk goed. Dat maken we weleens minder mee bij King – zijn figuren komen soms rechtstreeks uit de karikatuurbibliotheek. Ook met de opbouw van het verhaal is niets mis. Ik vermoed dat we hier te maken hebben met de positieve invloed van zoon Owen King. Want dat is hier een nouveauté: vader en zoon King hebben samengewerkt in Schone Slaapsters.

Helaas moeten we echter toch concluderen dat het verhaal iets te veel inlevingsvermogen vergt om in mee te gaan. Het begin is nog voorstelbaar: een virus verspreidt zich onder vrouwen in de gevangenis. Al snel weet iedere vrouw dat ze beter niet kan gaan slapen, want anders overdekt wordt met het mysterieuze coconachtige weefsel. Een voorspelbare strijd tegen de slaap begint, op z’n Amerikaans met veel legale en illegale soft- en harddrugs. Hebben we zo’n strijd niet eerder gezien? Jazeker, het is The invasion of the body snatchers all over again.

Hereditas Nexus

Evie is de enige vrouw die geen last heeft van het virus, maar zij is dan ook een soort Wonder Woman. Ze is beresterk en staat mentaal in verbinding met een superwezen. Hm-hm, denk je dan, en je leest de toepasselijke gedachten van Clint de gevangenispsycholoog: “Het complete raamwerk van logica dat hij had opgebouwd was zo gammel dat Clint zich afvroeg in hoeverre Billy, Rand, Tig en Scott er echt in geloofden; waarschijnlijk snakten de cipiers naar iets waarop ze zich konden storten te midden van deze crisis, die even onwerkelijk als nachtmerrieachtig was.”

Het wachten is dus tot alle andere vrouwen die hun ogen niet meer open kunnen houden en in slaap zijn gestort, wakker worden. En wat dan? Even geduld lezer, tot pagina 826. Dan hebben vader en zoon King hun lappen tekst tot een geheel gesmeed en komen tot een afronding. En een nawoord. Helaas laat dit stuwmeer aan woorden ook aan het eind geen blijvende indruk achter. Misschien had de uitgever vooraf moeten uitleggen dat duoschrijven niet per sé hoeft te leiden tot een spannend, of een twee keer zo dik boek.

Ook gepubliceerd op Nico’s recensies 

Schone slaapsters