"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ver weg van het stadsgewoel

Vrijdag, 22 september, 2017

Geschreven door: Thomas Hardy
Artikel door: Tea van Lierop

Pastoraal Proza

Ver weg van het stadsgewoel is een klassieke poëtische roman uit 1874. Het boek werd in eerste instantie uitgegeven als feuilleton. De titels van de talrijke en korte hoofdstukken vertellen al veel van de inhoud.  De uitgever was de vader van Virginia Woolf. Schrijver Thomas Hardy maakte zich zorgen over de gevolgen van de industrialisatie voor de maatschappij, de titel zegt hier al iets over.

De zeer onafhankelijke Bathsheba Everdane ontmoet schaapsherder Gabriel Oak op het moment dat zij arm is en hij welvarend. Zij waant zich onbespied wanneer ze een handspiegel tevoorschijn haalt en zich, volgens Gabriel volkomen onnodig spiegelt. Behalve mooi vindt hij haar ook ijdel. Hardy beschrijft de relatie van Oak met de natuur in poëtisch proza, het is bijna onmogelijk niet mee te voelen met de opgeroepen beelden: “De hemel was helder – opvallend helder – en het getwinkel van alle sterren leek op het kloppen van één lichaam, op de maat van een gemeenschappelijke hartslag.”

De twee ontmoeten elkaar nog een aantal  keer. Gabriel dingt vergeefs naar haar hand (“Ik haat het als mannen mij als hun bezit zien, ook al zal ik er misschien ooit met eentje trouwen”) en tijdens het hele verhaal zal hij een grote rol blijven spelen in het leven van Bathsheba. Ook wanneer de rollen omgedraaid zijn: zij rijk, hij arm. Zij erft de boerderij in Weatherbury van haar oom, hij raakt al z’n schapen kwijt.

De karaktereigenschappen van boer Oak, bescheidenheid en vooral eerlijkheid, werken niet mee om de liefde van Bathsheba, de onafhankelijke, te winnen.

Boekenkrant

Opvallend zijn de vele Bijbelse namen en teksten die Hardy gebruikt: aartsengel  Gabriel en  Bathsheba, moeder van Salamo. In de mouterij hebben de mannen namen als Laban, Jacob en Joseph. Gabriel denkt regelmatig aan een citaat uit Prediker: “Sommige vrouwen zijn nog erger dan de dood. Ze zijn een vangnet en hun hart is een val.” Het hele boek door gaat Hardy door met zijn beeldende schrijfstijl, op elke pagina staat wel iets om je te verwonderen, te lachen, mee te leven, te filosoferen. Wat te denken van de stokoude mouter die zichzelf moed inspreekt:

“Jawel, en toen ik nog jong was en er nog gymnastiek in m’n verstand zat, waren er niet weinigen die mij bij mijn waarde wisten te waarderen.” En over boer Oak: “Terwijl hij prakkizeerde over zijn tegenslagen, zowel in de liefde als over zijn bestaan als schaapherder, viel hij in slaap, want herders genieten, evenals zeelieden, het voorrecht Morpheus te kunnen oproepen, in plaats van op hem te moeten wachten.”

Intussen is Bathsheba nog steeds niet aan de man, hoewel er nu al drie mannen verliefd op haar zijn: Gabriel, Mr Boldwood en sergeant Troy. Hier wordt het interessant. Hardy heeft het in zijn vertelling voor elkaar gekregen dat het hele denkproces van Bathsheba zo weergegeven wordt dat de lezer helemaal meegesleurd wordt in de gevoelens die Troy bij haar opwekt. Je ziet en voelt het gebeuren voordat Bathsheba het zelf doorheeft.

De drie heren weten elkaars positie en dit geeft voldoende stof om te gissen, te hopen, twijfel te zaaien en proberen in de gunst te komen. Flink wat drama zorgt nog voor extra speculatie, frustratie en verdriet. Het boek heeft een verrassend einde. Het verhaal is prachtig, maar spectaculair is de schrijfstijl!

Eerder verschenen op metdeneusindeboeken.blogspot


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.