"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Vlucht in de duisternis

Vrijdag, 23 augustus, 2019

Geschreven door: Arthur Schnitzler
Artikel door: Jan Koster

Gevecht met de wanen

Vertaler Jef Rademakers is met succes bezig om te voorkomen dat werken van Arthur Schnitzler in de vergetelheid zouden geraken. Nu is ook het allerlaatste boek van deze auteur, Vlucht in de duisternis, door hem vertaald.
De benaming allerlaatste is niet helemaal zuiver; het is wel het laatste boek dat bij leven verscheen. Het verhaal was al twintig jaar af maar Schnitzler wilde het niet laten drukken. Te veel autobiografische elementen. Spiegels zijn in deze novelle een motief; in boekvorm zou het een papieren spiegel zijn. Die confrontatie wilde hij schijnbaar niet aan. Hij overleed toen hij de eerste (lovende) recensie over dit boek ontving.

[Recensie] Schnitzler had blijkbaar genoeg redenen om niet goed in zijn vel te zitten. Hij had een nogal roerig liefdesleven, (veel te) zacht uitgedrukt. Hij kon zich destijds meer permitteren dan hij in dit tijdsgewricht zou hebben gekund. Het kan een vorm van vluchten zijn geweest. Het leven viel hem zwaar. Daar komt bij dat hij ook last had van iets met pot en ketel: hij bekritiseerde de dubbele moraal maar was zelf geen haar beter dan degenen op wie hij zijn pijlen richtte. Niet bevorderlijk voor de gemoedsrust.

Hypochondrie, wanen en inbeelding

Het verhaal speelt in een periode dat de hoofdpersoon, Robert, een half jaar vrijaf heeft. Om  het hoofd leeg te maken, geestelijk herstel. Als dat half jaar is verstreken blijkt dat het nog niet genoeg is geweest. Hij kan niet anders dan er nog een tijdje aan vast te plakken, maar wel op een andere plek, in de bergen in plaats van aan een meer. Het wordt er niet beter op.

Boekenkrant

Hem mankeert lichamelijk niets maar hij verzint van alles. Als hij een keer met een wat verwrongen gezicht uit bed stapt en zichzelf in de spiegel ziet waant hij zich al bijna dood, of in ieder geval hard op weg.

De vrouwen in zijn leven zitten hem ook dwars, althans de herinnering aan hen. Wijlen zijn echtgenote, Brigitte, is overleden. Hartfalen, maar Robert kent momenten dat hij denkt dat hij haar misschien wel heeft vermoord. Zijn laatste relatie, met Alberta, liep spaak. Zijn geheugen laat hem in de steek over de laatste keer dat zij samen waren. Het zit hem enorm dwars dat hij dat niet meer kan terughalen en in zijn slechtste momenten denkt hij dat hij ook haar heeft vermoord.
Achtervolgingswaanzin is ook zoiets. Als hij iets over de sterke arm hoort dan kan het niet anders dan hem betreffen. Gemoedsrust kent hij niet.

De broer

Dat is Otto. Robert kijkt tegen hem op, een arts die het in zijn ogen helemaal voor elkaar heeft en die ook nog eens een hechte club vrienden om zich heen heeft. Die vrienden nemen Robert, begrijpelijk genoeg, niet zo serieus. Otto heeft wel aanzien bij hen.
De relatie met Otto is misschien wel Robert’s grootste probleem. Hij verwoordt dat zo:

“Wij beiden mogelijke verschijningsvormen van één en dezelfde goddelijke idee? Eén van ons beiden moet verdwijnen in de duisternis.”

De titel, Vlucht in de duisternis, verraadt al dat zoiets staat te gebeuren. De manier waarop is wel heel verrassend. En tragisch.

Onderkoelde dramatiek

Het taalgebruik en de omstandigheden zijn, uiteraard, nogal gedateerd; het is ongeveer een eeuw geleden geschreven. In de vertaling komt dat prima tot uitdrukking en toch is Rademakers erin geslaagd om het te laten aanvoelen als een vertelling die meer van deze tijd is.

Qua omvang is Vlucht in de duisternis een klein boekje. Doordat het nogal afstandelijk is opgeschreven en emoties niet worden uitvergroot lijkt het niet zo, maar inhoudelijk is het heel vol. Ga maar na: rouwverwerking, mislukte relaties, op sociaal vlak een buitenbeentje, flinke psychische problemen, het is nogal wat. En dat is nog niet eens alles. Dat het uitmondt in een dramatisch einde, het kan eigenlijk niet anders.

In een nawoord maakt Rademakers duidelijk hoe ambivalent hij staat ten opzichte van Schnitzler:  een heel nare man, maar een geweldige auteur met een prachtig oeuvre. Een begrijpelijk standpunt. In ieder geval mogen we hem zeer dankbaar zijn voor het alsnog vertalen van deze novelle en de uitgeverij, Aspekt, voor het uitbrengen van dit zeer fraaie werk.

Eerder verschenen op jkleest.nl

Boeken van deze Auteur:

De jonge weduwe

Droomnovelle en andere verhalen

Vlucht in de duisternis

Vlucht in de duisternis

Beate en haar zoon