"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Vuile was

Donderdag, 15 februari, 2007

Geschreven door: Dick Holzhaus
Artikel door: Bert Zuidhof

Familiesoap met één thema

Reisweblogs zijn populair. Men zwermt uit en houdt het thuisfront op de hoogte door middel van dagboekachtige verslagen. Vaak zijn deze verslagen jammer genoeg niet erg boeiend geschreven: meestal is de werkelijkheid gewoon te saai om naverteld te worden, en is het verslag niet interessant voor mensen die het moeten doen zonder de directe ervaringen van de reiziger. Een oplossing hiervoor is het verdraaien van de werkelijkheid, of het uitvergroten van een detail, om zo het verhaal aantrekkelijker te maken. De werkelijkheid een beetje opleuken zogezegd.

Dick Holzhaus heeft dit gedaan in Vuile was. Alhoewel, opleuken. Zijn romandebuut is het – deels autobiografische – relaas van zijn moeder Helena ‘Lenie’ van Leeuwen en haar noodlottige huwelijk met Oscar Hohenbach. Wat begint als een romantische tienerliefde verandert al snel in een hel op aarde. Oscar is altijd al een man geweest die graag stennis schopt, maar als hij als oorlogsslachtoffer terugkeert uit Nederlands-Indië, wordt het langzamerhand erger: hij drinkt, vecht, mishandelt en manipuleert zijn vrouw en gezin.

De herinneringen aan deze familietragedie zijn door Holzhaus en zijn moeder opgetekend: hij gebruikte haar verhaal – dat ‘eerder feitelijk verhalend dan literair “meeslepend” te noemen’ was – en maakte er een krachtiger verhaal van, omdat ‘duizenden details en verwijzingen tot eenduidige scènes werden verwerkt’. Aldus Holzhaus’ toelichting op zijn website (www.HolzhausInternational.nl), en ik geef hem geen ongelijk voor deze ingreep: een waar gebeurd levensverhaal is niet automatisch een boeiende roman.

Holzhaus en zijn moeder staan zelf model voor de hoofdpersonen, maar de schrijver verzekert ons wel dat de karakters zijn uitvergroot: ‘Mijn alter ego is veel grimmiger en arroganter dan ik ben en mijn moeder is zeker niet de verwarde zeurpiet uit het boek.’ Gelukkig maar, want de moeder is in het verhaal inderdaad enorm bekrompen, kortzichtig, egocentrisch en klaagziek – over haar dochter die een kindje heeft geadopteerd, zegt ze bijvoorbeeld: ‘Als je zo rijk bent als zij kun je ook een blank kindje kopen dat een beetje op je lijkt.’ Dicky, een van de kinderen, is een arrogante, cynische, door de wol geverfde reclameman, ergert zich aan alles om hem heen – ‘[bejaarden] waren klaagzieke gifbuilen die met hun onhandige natte bekjes en te grote kunstgebitten minispritsen tot een papje vermaalden dat vervolgens drabbig uit hun mondhoeken sijpelde.’ – maar veracht bovenal zijn vader met een diepgewortelde haat. Door deze uitvergroting blijven de personages nogal vlak en zijn ze eerder ergerlijk dan boeiend.

Boekenkrant

Het boek bevat drie verhaallijnen. Twee ervan zijn vanuit het perspectief van Lenie geschreven – haar leven, vanaf haar jeugd in de jaren veertig en het heden waarin Oscar op zijn sterfbed ligt. De derde verhaallijn volgt Dicky, die voor een kleine week naar Nederland is teruggekeerd vanuit Thailand. Hij cirkelt om zijn familie en worstelt met de vraag of hij zijn schofterige vader zal bezoeken voordat deze sterft. Gedoseerd onthullen deze drie lijnen de tragedie rondom Oscar. Vanaf de eerste bladzijden wordt duidelijk dat die er is; de omvang moet dan nog duidelijk worden.

Een groot nadeel is echter dat het levensverhaal – net als de personages – vlak is: de laatste 300 bladzijden zijn erg veel van hetzelfde. De gespannen relatie tussen Oscar en Lenie – ze verliest zich steeds opnieuw aan Oscar; elke baby is een belofte voor nieuwe tijden; elke belofte wordt weer gebroken – verandert wezenlijk niet, en op een gegeven moment ken je het liedje wel. Holzhaus gebruikt wel erg veel tekst om duidelijk te maken dat ze niet met of zonder elkaar kunnen leven. Meer redactie voor dit levensverhaal zou erg welkom zijn geweest.

De redactie is daarnaast ook op een andere manier irritant tekortgeschoten: in het boek staan veel type- en zetfouten, zinnen die niet kloppen (‘Jammer genoeg begonnen ’s avonds na het werk besprekingen in de kroeg te houden’), vreemde formuleringen (‘Hij wees op het schoolbord’), werkwoorden worden steevast vervoegd met ‘had’ (‘Deze parkeerplaats had ook prima geweest’) en komma’s zijn te schaars gezaaid. Holzhaus’ stijl is ook los van deze onvolkomenheden niet erg sprankelend. Om de opmerkingen van Dicky is soms wel te lachen, maar dit is eerder uitzondering dan regel.

Vuile was is gebaseerd op een indrukwekkend verhaal, maar een goed boek is het er niet door geworden. Een boek heeft meer nodig dan de werkelijkheid, onder andere omdat de realiteit in het algemeen geen spanningsboog kent. De spanningsboog die Holzhaus in het verhaal legt – wat is er nu echt met Oscar gebeurd daar ver weg als KNIL-militair? – is niet sterk genoeg om het langdradige verhaal overeind te houden. Het wordt een repetitieve soap, waarbij het niet uitmaakt met welke aflevering je begint: het verhaal is pijnlijk, en pijnlijk voorspelbaar.


Laat hier je reactie achter:

1 reactie op “Vuile was

  1. Correcte recensie,
    Ik heb de afgelopen jaren alleen non fictie gepubliceerd. Mijn manuscripten voor romans en korte verhalen niet ter publicatie aangeboden en opgestapeld. Het tot op heden overleven van longkanker heeft me ertoe gebracht mijn werken uit te geven. Ik hoop dat deze beter zijn dan mijn debuut. Vuile Was komt in een re-edit ook in de reeks. Waarschijnlijk als laatste publicatie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.