"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Waar was je nou

Woensdag, 14 september, 2005

Geschreven door: K. Schippers
Artikel door: Henk Bergman

Het gevaar van oude foto’s

Normaliter kost een roman van 240 bladzijden me vijf à zes uur zuivere leestijd. Bij Waar was je nou bleef ik ruim boven dat gemiddelde, maar bovendien verliep er aanzienlijk meer tijd tussen de eerste en de laatste pagina dan ik gewend ben. Met andere woorden: het boek kostte me per bladzijde een grotere leesinspanning dan gewoonlijk en ik heb het ook veel vaker weggelegd en later weer opgepakt dan ik normaal doe. Zegt dat iets over de inhoud? Ja, natuurlijk. Irritant is het beste woord dat ik kan bedenken. Waar was je nou is een irritant boek. Maar net als irritante mensen kunnen irritante boeken toch ook goed zijn voor aardige momenten.

Het verhaal? Vraag me niet het na te vertellen – ondanks mijn meer dan gemiddelde inspanning. Het begin: dat was nog wel te volgen. Hoofdpersoon Ruud en zijn zus Trudy zijn bezig het huis van hun overleden moeder uit te ruimen. Daarbij moeten ze een bestemming zien te vinden voor de ruime voorraad foto’s, want moeder nam graag en vaak haar Kodak ter hand. Als Ruud één van de foto’s aandachtig bekijkt, bevindt hij er zich opeens ‘middenin’. Het is het begin van enkele fotoreizen naar zijn verleden, waarin hij ook Trudy meeneemt. Een constructie met mogelijkheden, denk je als lezer. Hoewel: op dat moment – we zitten rond pagina 30 – ben je al wat achterdochtig geworden. Waarom kan Schippers geen normale zinnen schrijven? Waarom al dat associatieve gedoe? Vanwaar die drang om de lezer suf te beuken met niet terzakedoende gedachten en details?

Je bange vermoedens komen helaas uit. De rest van het verhaal – en laat ik daar duidelijk over zijn: voor mij moet een roman ‘een verhaal’ met een kop en een staart hebben – loopt als zand tussen je vingers weg. Ruud krijgt het idee om iets te doen met een broche van zijn moeder, hij laat het sierraad zelfs namaken – maar het waarom en het waartoe zijn me een compleet raadsel gebleven. Op zijn fotoreizen terug in de tijd ontmoet hij vrienden en bekenden, maar ze duiken op uit het niets en verdwijnen er even snel weer in. Over hun motieven, hun rol in Ruuds leven (of beter: hoe hij die rol waardeert) worden we niets wijzer – dat vindt Schippers niet nodig. Hij sleept ons wel mee in een oneindige reeks van mistige, betekenisloze observaties – en denkt kennelijk dat hij ons daar een plezier mee doet. Zeker, ook onscherpe foto’s kunnen iets zeggen of duidelijk maken. Maar na vier of vijf vraag je toch: waar blijven nou de wél gelukte exemplaren?

Ik zei al: ook irritante boeken kunnen aardige momenten hebben. En die heeft Waar was je nou zeker. Sommige beschrijvingen van Schippers (bijvoorbeeld over een dagje aan het strand of een bezoek aan de bioscoop) zijn raak. Daar kon ik om een of andere reden mijn irritatie over de overmaat aan details en zijsprongetjes even van me af zetten. Een verademing: voor een paar bladzijden verlost van de onzekerheid waar de schrijver je permanent in laat verkeren. Even geen invuloefening waarin je al die observaties van een betekenis moet voorzien omdat je anders elk houvast verliest.

Kookboeken Nieuws

Voor mij kwam daar nog iets bij. Ik ben elf jaar jonger dan K. Schippers (die eigenlijk Gerard Stigter heet), maar opgegroeid in dezelfde buurt als hij: Amsterdam West. Dus als hij schrijft over bioscoop West End, snackbar Marja (waar je gratis mayonaise of piccalilly bij je patat kreeg) en de Blauwe Tram (die van Amsterdam naar Zandvoort reed) weet ik precies waar hij het over heeft. Ook voor mij zijn dat herinneringen waar ik via een foto zo weer kan binnenstappen. Precies op die momenten vond ik Waar was je nou leuk om te lezen. Maar mag ik die oneerlijke voorsprong op andere lezers wel meetellen?

Voor mij was Waar was je nou een kennismaking met de romans van K. Schippers. Je moet van zijn aanpak houden – dat is zeker. Zo ver ben ik na één boek nog niet. Vooralsnog heb ik me hoofdzakelijk geïrriteerd en verbaasd. Hoe kan iemand zo onrustig schrijven? Waarom blijft er zoveel in het vage? Hoe kan het dat ik geen enkele grip krijg op wat toch ‘een verhaal van niets’ is? Of beter: waarom is er eigenlijk helemaal geen verhaal? En wat is dat voor schrijver die me dwingt zijn overvloed aan details en gedachten zelf te duiden? Laten we het er maar op houden dat ik gewoon een luie lezer ben.


Eerder verschenen op Recensieweb


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur: